Deze opdracht is bedoeld voor gevorderde studenten, om te reflecteren op de oorsprong van hun fundamentele overtuigingen en ideeën. Dit kan op vele verschillende manieren gedaan worden, maar het hoofddoel van de opdracht is altijd om het proces van kennisverwerving in kaart te brengen: hoe ben je tot een specifiek inzicht gekomen? (Voor een laagdrempelige aanpak kan gestart worden met, bijvoorbeeld: hoe ben je tot je favoriete literatuur gekomen?)
Andere manieren om deze reflectie te beginnen, zijn:
- Analyseren van de kernconcepten waarmee studenten (aangeleerd zijn te) werken en denken.
- Het in kaart brengen van de oorsprong van de academische traditie waarin gewerkt en gedacht wordt.
- Reflecteren op de demografische kenmerken van de mensen die een inspiratie voor eigen academisch werk zijn geweest.
- Onderzoeken wie er vertegenwoordigd zijn in de bibliografieën van een specifiek vak of een discipline.