Prof.dr.ir. Jantine Schuit (1964) is met ingang van 1 november 2024 benoemd tot nieuwe rector magnificus van de EUR. Zij is verantwoordelijk voor onderwijs, onderzoek en impact, met inbegrip van het wetenschappelijk personeel(sbeleid), studenten en wetenschapsvoorlichting. De benoeming is voor een periode van 4 jaar. Zij volgt daarmee rector magnificus prof.dr. Annelien Bredenoord op, die sinds 1 september de rol van voorzitter van het CvB vervult.
Jantine Schuit is hoogleraar en bestuurder en werkt op het snijvlak van gezondheid, gedrag en maatschappij. Haar onderzoek richt zich op de effectiviteit van gedragsinterventies en beleid op het gebied van gezondheid.
"De Erasmus Universiteit is een prachtige universiteit met ambitieuze doelen die me zeer aanspreken."
"Ik ben erg blij met deze benoeming. De Erasmus Universiteit is een prachtige universiteit met ambitieuze doelen die me zeer aanspreken. Ik kijk ernaar uit om samen te werken met mijn collega's, zowel binnen als buiten de universiteit. Het is bijzonder om in deze academische gemeenschap een betekenisvolle rol te mogen vervullen en samen met onze medewerkers en studenten te werken aan een veelbelovende toekomst voor de Erasmus Universiteit", aldus Jantine Schuit.
Achtergrond
Schuit studeerde Huishoud- en consumentenwetenschappen (richting: epidemiologie en gezondheidsleer) aan Wageningen Universiteit. In 1997 promoveerde zij op onderzoek naar het effect van een bewegingsprogramma op risicofactoren voor hart- en vaatziekten bij ouderen. Van 1997 tot en met 2017 was zij werkzaam bij het RIVM, o.a. als Hoofd van het centrum Voeding, Preventie en Zorg en plaatsvervangend directeur Volksgezondheid en Zorg. Zij was vanaf 2005 tot en met 2017 als Universitair Hoofddocent en Bijzonder Hoogleraar verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam. In 2017 werd zij aangesteld als decaan bij Tilburg School of Social and Behavioral Sciences en Hoogleraar Health, Behavior and Society. Sinds november 2020 is zij lid van het College van Bestuur en vice- rector magnificus van Tilburg University.
