Wat onderzoeken we?
Wij willen weten hoe mensen informatie verwerken. Drie vragen staan centraal in ons onderzoek:
- Hoe gebruiken mensen informatie om zich een beeld van de wereld te vormen?
- Wat zijn de cognitieve mechanismen die er voor zorgen dat mensen kunnen gaan geloven in desinformatie en complottheorieën?
- Hoe kunnen wij er als onderzoekers voor zorgen dat mensen minder gevoelig worden voor desinformatie en complotdenken?
Waarom doen we dit onderzoek en op welke manier?
Complotdenken is van alle tijden. Zo bestonden er al complottheorieën over de dood van de Romeinse keizer Nero. Zoals de bestorming van het Capitool in Washington DC op 6 januari 2021 laat zien, kan complotdenken gevaarlijke gevolgen hebben. Het is dus belangrijk dat we weten hoe deze vorm van denken ontstaat en zich verspreidt onder de bevolking. Wij zien complotdenken als een cognitief proces en onderzoeken dit met een combinatie van methoden, binnen het psychologische laboratorium en in de maatschappij. We voeren psychologische experimenten uit en analyseren uitingen in de sociale media met behulp van geavanceerde computertechnieken.
Hoe maakt ons onderzoek impact?
Mis- en desinformatie kan bijdragen aan het onstaan en de verspreiding van complottheorieën. Het is daarom belangrijk om inzicht te krijgen in hoe mensen mis- en desinformatie verwerken en hoe dit complotdenken beinvloedt. De meeste organisaties en individuen willen geen mis- en desinformatie verspreiden. Om dit te voorkomen moeten zij kritisch kijken naar de informatie die zij geven en ontvangen. De resultaten van ons onderzoek kunnen leiden tot een advies over hoe de kwaliteit van de informatieverwerking van personen en bij organisaties geoptimaliseerd kan worden. Bijvoorbeeld over hoe informatie het best geïnterpreteerd en doorgegeven kan worden. Hoe ga je om met onzekerheid? Hoe bepaal je de betrouwbaarheid van een informatiebron? Hoe interpreteer je wetenschappelijk onderzoek?