Veerkracht
Met Verve! leerde ons dat verpleegkundigen veel veerkracht (moeten) vertonen in de dagelijkse praktijk. Zij regelen pro-actief en achter de schermen dingen om de zorg goed te laten verlopen. Dit werk om dingen goed te laten lopen, is vaak niet in protocollen en richtlijnen te vatten, maar zorgt wel voor een veilige en kwalitatief goede patiëntenzorg.
Rol van risico screeningsinstrumenten
Verpleegkundigen doen veel activiteiten om de patiëntveiligheid in de gaten te houden. Zo vullen zij allerlei screeningsinstrumenten in, denk aan risico-inventarisatie voor decubitus, ondervoeding, pijn, vallen en delier. We leerden twee dingen. Allereerst dat deze screeningsinstrumenten beperkt behulpzaam zijn. Ervaren verpleegkundigen gebruiken vooral hun klinische blik om goede en veilige zorg te leveren. Een pijnscore van 3 is een onbetrouwbare score bij een patiënt, die verkrampt in bed ligt en hoog in zijn ademhaling zit. Zo’n patiënt heeft extra pijnmedicatie nodig, ondanks dat dit volgens het protocol bij de score 3 niet nodig is. Tijdens de focusgroepen reflecteerden we op de vraag: Wanneer is zo’n screeningsinstrument een hulpmiddel en wanneer wordt het een doel op zich? En dat leerde ons dat screeningsinstrumenten heel behulpzaam zijn als je het vak nog moet leren. Het structureert werkroutines, maar het kan administratieve ballast worden als je meer ervaren bent. Daarnaast ontdekten we dat vooral kwaliteitsafdelingen de data uit de screeningsinstrumenten gebruiken. Verpleegkundigen krijgen deze data niet terug en gebruiken het dan ook zelden om na te denken over verbetering van de kwaliteit en veiligheid van hun patiëntenzorg.
Rol van protocollen en richtlijnen
Ook leerden we dat allerlei protocollen en procedures invullen hoe verpleegkundigen de zorg moeten leveren. In Met Verve! observeerden we dat het regelmatig voorkomt dat verpleegkundigen zich niet aan gemaakte afspraken kunnen houden. Of dat de dagelijkse praktijk anders uitwerkt, als van tevoren bedacht. In Safety II taal het verschil tussen Work as Done (de dagelijkse praktijk) en Work as Imagined (zoals bedacht). Bijvoorbeeld het gebruik van een felgekleurde medicatiejasjes met de tekst ‘Niet storen medicatieronde’. Deze medicatiejasjes zijn bedoeld om in alle rust en geconcentreerd medicatie te kunnen delen, zodat je geen slordigheidsfoutjes maakt, omdat je afgeleid bent. Echter, we zagen dat deze verpleegkundigen juist vaker werden gestoord, omdat ze opvielen. En meestal is “niet storen” onhaalbaar. Want als verpleegkundigen op een patiëntenkamer kwamen, vroegen patiënten ook om hulp voor bijvoorbeeld het toilet. Verpleegkundigen moeten dan noodgedwongen een afweging maken tussen zorgvuldigheid “ik deel alleen medicatie” en efficiëntie “ik doe het even snel, want de patiënt moet zo nodig en mijn collega is ook druk”.
Rol van afweging tussen efficiëntie en zorgvuldigheid
We observeerden dat met name rondom medicatieveiligheid verpleegkundigen vaak een afweging moeten maken tussen zorgvuldigheid en efficiëntie. In Safety II taal is dat de ETTO-TETO balans.
Rol van reflecteren en leren
Ook leerden we dat verpleegkundigen nauwelijks tijd hebben om te reflecteren en met elkaar te leren hoe het beter kan. Tijdens dienst-starts, huddles, dienst-evaluaties en visites stonden verpleegkundigen stil bij bijzonderheden van die dienst, belastbaarheid van collega’s, de werklastverdeling en knelpunten in de patiëntenzorg. Tijdens deze korte momenten stemmen zij vooral taken af. We zagen veel veerkracht in dit afstemmen. Verpleegkundigen zetten zich in om dingen (weer) goed te laten lopen. Maar er was weinig tijd en mentale ruimte om met elkaar van hun veerkracht te leren en reflecteren.
Tijdens het onderzoek was het een enorme uitdaging om reflectiebijeenkomsten te plannen samen met verpleegkundigen. Als we bij het reflecteren ook artsen en managers wilden betrekken, dan werd het nog moeilijker. Aan de andere kant zagen we dat reflectie sessies leidden tot veel enthousiasme en energie om met de geleerde lessen aan de slag te gaan.