Het ongeluk van het bezoek

Een man op de radio vertelt dat na deze crisis dit land nooit meer zal zijn zoals het was. Boem. Paukeslag. Ik ben opgevoed in het prachtige vak Geschiedenis en er zijn lange luie middagen die ik met haar doorbreng op de bank of in bed dus als historicus raak ik niet zo snel ondersteboven van tijden die veranderen.

Een thuiswerkende vader vertelt op de radio: “Ik heb voor het eerst in me leven stof gezogen en het gaat redelijk in huis zolang je elkaar niet dwars loopt te bomen,” en een vrouw vult aan: “het is moeilijk om alles bol te kunnen werken.” Het is niet erg, dit zouden ze zonder crisis ook zo hebben gezegd maar het wordt pas erg als deze ouders hun kinderen lange tijd thuis gaan lesgeven want dan wordt het inderdaad nooit meer zoals het was.

In klassen die ik had, zaten ook slimmeriken die moeilijke zinsconstructies bedachten met woorden in de categorie dwarsbomen en bolwerken waarmee ze wilden laten zien hoe goed ze waren maar uiteindelijk verstrikt raakten in zinsbouw en spelling. Ik juich ze toe, moedig ze aan en maak rondedansjes maar vertel ze ook dat ze op het Staatsexamen de overtollige uitbundigheid ietsje moeten minderen en vooral moeten zorgen dat hun zinnen staan als een huis. Maak het niet te moeilijk voor jezelf, bedenk bijvoorbeeld synoniemen die makkelijker in het gebruik zijn dan de verraderlijke struikelwoorden en ik geef ze bovendien de geruststelling mee dat geboren en getogen Nederlanders de taal met houten klompen vol koeienstront betreden en dat geeft niet zolang ze geen les gaan geven. Lesgeven is een vak.

Ik geef nu schermles. Via veel schermpjes kijk ik in zolderkamers en huiskamers. Soms hoor ik kinderen huilen of huisgenoten roepen en je ziet studenten die heel graag willen leren. De lessen op de universiteit waren een veilige plek waar je kon lachen en praten en waarbij je juist even niet thuis was, de plek waar je liever niet wilde zijn en dat was voor veel studenten heel belangrijk. De dynamiek van de fysieke les is er niet meer, de interactie verloopt met vertraging en klinkt niet zoals het hoort.

Een lichtpuntje deze week was een student die tijdens de les zijn scherm afsloot met de mededeling ‘Er komt ongelukkig persoon in mijn huis die bezoek is, tot zo.’ Hier houd ik van: is de persoon ongelukkig (ziek, geen geld, geen huis, geen baan, door vrouw en kinderen verlaten) of komt het tijdstip van zijn vrolijke binnenkomst als bezoeker ongelegen? En waarom tot zo? Misschien heeft deze bezoeker juist de steun en aandacht nodig die je hem of haar nu ontzegt omdat je schermles hebt. Ik mis dit soort onverwachte uitspraken die als een vriendelijke bergbeek door mijn les stroomden en waarop je direct kon reageren en waardoor een heel ander spel ontstond dan jij met je lesschema van tevoren had bedacht. Het is nu een beetje huilen in je elleboog.

Ik zit op een bank in Het Park, een mooi stukje groen aan de voet van de Euromast met een simpele Rotterdamse naam. Het park is leeg, net als de straten om het park en de kades langs de Maas. In een andere maar niet veranderde tijd denk ik aan Nostalgia at noon, een gedicht van Jules Deelder: 

Chet Baker,
where art thou?

  • Piethein Burmanje (1961) studeerde Geschiedenis in Amsterdam en volgde de lerarenopleiding in Leiden en Utrecht (NT2). Hij werkte als journalistiek medewerker voor NRC-Handelsblad in Brussel en Rotterdam, als publieksvoorlichter voor het Rijksmuseum en als docent NT2 voor Vluchtelingenwerk Nederland. Hij is coauteur van Kleine Mannetjes. Van Alexander de Grote tot Nicolas Sarkozy (Contact, 2012). Sinds 2017 werkt hij als docent NT2 voor het Language &Training Centre van de Erasmus Universiteit Rotterdam.

    Piethein Burmanje (Blog)
    Arie Kers

Compare @count study programme

  • @title

    • Duration: @duration
Compare study programmes