Inleiding
Onderzoek heeft aangetoond dat de consumptie van kunst en cultuur ons welzijn verbetert, ons kritisch denkvermogen versterkt en empathie en ruimdenkendheid cultiveert. Daarnaast kunnen de creatieve geesten ons inspireren om ons een andere toekomst te visualiseren, terwijl ze de lastige problemen van vandaag op innovatieve en onverwachte manieren aanpakken.
Het economische belang van de culturele en de creatieve sector in Europa blijkt uit het feit dat er meer banen in deze sector zijn dan in de auto-industrie en dat deze sector vergelijkbaar is met de accommodatie- en levensmiddelensector, of de ICT-sector. Prognoses (door UNCTAD in 2021) laten zien dat de sector in 2030 10% van het wereldwijde bruto nationaal product zal uitmaken.
De Erasmus Universiteit Rotterdam is goed uitgerust om toegevoegde waarde te leveren aan deze industrieën door te werken aan transdisciplinaire onderzoeks- en engagementprojecten vanuit verschillende perspectieven.
Met het oog op de kansen die zich aandienen, zijn we gestart met een nieuwe gemeenschap van EUR-onderzoekers en -vakmensen die werken op de raakvlakken van kunst, cultuur en creativiteit, en andere vakgebieden.
Wat zijn de doelstellingen voor deze gemeenschap?
- Om de zichtbaarheid van het vakgebied als prioriteit voor onderzoek, onderwijs en betrokkenheid te vergroten, zowel binnen de EUR als daarbuiten;
- Het delen van kennis en middelen; en
- Het creëren van nieuwe mogelijkheden voor samenwerking en valorisatie.
Wat bedoelen we als we het hebben over kunst, cultuur en creativiteit?
Kunst, cultuur en creativiteit is een breed gebied dat bestaat uit veel verschillende sectoren en onderwerpen. Verschillende wetenschappers, beleidsmakers en mensen uit de praktijk definiëren het inderdaad op iets andere manieren en gebruiken verschillende afkortingen.
Bijvoorbeeld:
- CCSI (cultural and creative sectors and industries)
- CCS (cultural and creative sectors); of
- CCI (cultural and creative industries).
Volgens de Resolution on a coherent EU policy for cultural and creative industries, van het Europees Parlement van 13 december 2016: “culturele en creatieve industrieën zijn industrieën die gebaseerd zijn op culturele waarden, culturele diversiteit, individuele en/of collectieve creativiteit, vaardigheden en talent met het potentieel om innovatie, welvaart en banen te genereren door het creëren van sociale en economische waarde, in het bijzonder uit intellectuele eigendom; zij omvatten de volgende sectoren die steunen op culturele en creatieve input: architectuur, archieven en bibliotheken, artistieke ambachten, de audiovisuele sector (waaronder film, televisie, software en videospelletjes, en multimedia en opgenomen muziek), cultureel erfgoed, design, op creativiteit gebaseerde hoogwaardige industrieën en mode, festivals, livemuziek, podiumkunsten, boeken en uitgeverijen (kranten en tijdschriften), radio en beeldende kunst, en reclame.”
Het vakgebied wordt ook gekenmerkt door een rijkdom aan interdisciplinaire verbindingen en synergieën, zoals in het geval van onderwerpen als cultuur en welzijn of de rol van cultuur bij het bevorderen van andere gedrags- en mentaliteitsverandering.
Bezoek de website van de Arts, Culture and Creativity Community (A3C)