Er zijn maar een paar gemotiveerde studenten voor nodig om een verandering teweeg te brengen in het onderwijs, om een impact te maken in de maatschappij. Dat bewijst I DO, een nieuw onderwijsproject binnen Rotterdam School of Management. Als trotse partner stelt Impact at the Core drie studenten aan je voor die aan de wieg stonden van dit vak. “Er ligt zoveel macht binnen universiteiten. Het is hoog tijd dat we daar iets moois mee doen.”
Van Guinea naar Rotterdam
Als we het over I DO gaan hebben, kunnen we niet om Students for Project Misside heen. Het verhaal begint in Guinea, waar RSM-student Lennart Corleissen vrijwilligerswerk deed voor de lokale gemeenschap in Télimélé. “Dan rijd je door de steden en zie je de omstandigheden waarin die mensen leven. Iets dat me enorm raakte, was een moeder die urenlang met haar zoon naar het ziekenhuis onderweg was geweest om een behandeling tegen malaria voor hem te krijgen. De behandeling kostte twee euro. Dat kon ze niet betalen, dus is ze omgekeerd. Het kan niet zo zijn dat we in een wereld leven waar de één zonder met zijn ogen te knipperen twee euro uitgeeft, terwijl ergens anders kinderen aan malaria sterven. Toen ik zag wat Project Misside deed; niet alleen het bieden van medische hulp, maar ook het werken aan een langetermijnverandering door onderwijs te geven, voelde ik me geroepen om met hen te werken.”
En zo zag Students for Project Misside het levenslicht: negentien RSM-studenten die werken aan het verbeteren van medisch praktijkonderwijs in Télimélé, en zich inzetten voor bewustwording rondom de gezondheidszorg in Guinea. Een sociaal verantwoordelijkheidsgevoel lijkt de bindende factor te zijn tussen deelnemende studenten. Mark Alaton – verantwoordelijk voor de externe relaties van I DO – zet de toon door Bill Gates te citeren: “Van hen aan wie veel gegeven is, wordt ook veel verwacht.” Voordat hij zich aansloot bij ‘Misside’ was hij via zijn middelbare school betrokken bij verschillende maatschappelijke ontwikkelingsprojecten. Voor Sahand Fescharakifard, hoofd personeelszaken, komt de passie voor dit project voort uit zijn eigen culturele achtergrond: “Mijn vader was een vluchteling uit Iran. Economisch gezien verkeert het land op dit moment in slechte staat. Veel van mijn familieleden wonen er nog. Als we elkaar over de telefoon spreken voel ik hun verlangen om ook in Europa te zijn. Ik kom zelf niet uit een rijk gebied; ik kan de verschillen in inkomen en sociale status makkelijk zien, en wat dat met mensen doet.”
Impact maken in het hier en nu
Kort na de start van ‘Misside’ realiseerde de groep zich dat er nog meer studenten waren die geinteresseerd waren in maatschappelijke problematiek. Lennart: “Ze wilden iets goeds doen, maar zagen binnen hun onderwijs geen mogelijkheid om dat te doen.” Mark omschrijft hoe hun ambitie in het begin wat tegengas kreeg door het rigide karakter van het academische instituut. “Wij wilden alle problemen in de wereld gaan oplossen, maar we kregen het onderwijssysteem niet meteen aan onze kant; er was nog niets concreets in het curriculum opgenomen wat dat betreft.” Met I DO hopen ze een praktisch element in te bouwen in het anders zo theoretisch geladen onderwijs. De initiatiefnemers vertellen dat studenten vaak ietwat overdonderd zijn door het idee dat ze na hun studie moeten deelnemen aan de arbeidsmarkt en alle verantwoordelijkheden die daarbij horen, terwijl ze vaak weinig of helemaal geen praktijkervaring hebben opgedaan.
Voor hen die al bekend zijn met RSM ligt het waarschijnlijk voor de hand waar I DO vandaan komt. De faculteit moedigt haar studenten aan om via een zogenoemde I WILL verklaring na te denken over de toekomst, en over de plek die zij daarin willen hebben. Het was Sahand die destijds de naam verzon: “Ik zag al die foto’s en inspirerende quotes van mensen die iets goeds wilden doen, maar geen mogelijkheid zagen om die ideeën in de praktijk te brengen. Met I DO willen we geen afbreuk doen aan I WILL, maar het concept juist uitbreiden door te laten zien dat je ook nú een positieve maatschappelijke impact kunt hebben.”
Onderwijsontwikkeling is een les op zich
I DO werkt aan een leeromgeving waar studenten hun kennis op echte cases kunnen toepassen. Door hun samenwerking met kleine maatschappelijke spelers kunnen ze ‘zachte vaardigheden’ aanleren en tegelijkertijd kennismaken met de gehele professionele cyclus: probleemstelling, projectwerk en het afleveren van een eindproduct. Op die manier brengen ze een tastbare en directe impact teweeg. Ondersteund door Impact at the Core is I DO bezig om het project als vak in het curriculum te implementeren, in lijn met de missie van RSM om een bron van positieve verandering te zijn. Lennart: “Een team van onderwijskundigen heeft ons bijvoorbeeld geholpen met het verbeteren van onze workshops, en we hebben geleerd hoe we zelf een vak in Canvas kunnen aanmaken. In het begin was ik wat sceptisch over het idee om geholpen te worden door mensen die de deelnemende studenten niet persoonlijk kennen, maar het waren juist heel open en motiverende gesprekken. Er staan nog meer sessies gepland en we kijken ernaar uit om onze bevinden af te zetten tegen hun expertise op het gebied van, bijvoorbeeld, onderwijsdoelen.”
Hoe dan ook, voor deze studenten is het ontwikkelen van I DO als vak een les op zich geweest. Sahand: “Het was een stuk ingewikkelder dan we dachten. Er zijn zóveel dingen waar je rekening mee moet houden waar wij nog niet over hadden nagedacht. Zo heb ik hier veel geleerd over communicatie; het houden van sollicitatiegesprekken, het herkennen van een goede leider of een goede deelnemer. Al die dingen had ik niet kunnen leren binnen het traditionele onderwijs.” Bovendien, zo stipt Mark aan, er is een bepaalde taalbarrière tussen studenten en externe partijen die elke professional moet leren overbruggen. “En dan heb ik het niet over Engels of Duits. Je kunt simpelweg niet op dezelfde manier communiceren met een ngo als je met de faculteit zou doen, want iedereen heeft een ander belang en andere culturele achtergrond. Je moet leren om je ideeën op de juiste manier te formuleren binnen zulke relaties.”
Hoe gaat het nu met I DO?
Momenteel bestaat I DO uit zes teams die werken met diverse ngo’s uit landen als Sri Lanka, Zimbabwe en Bangladesh. Elk team telt drie of vier studenten die elk een impact maken door hun kennis in de praktijk te brengen. Sahand coacht een team dat werkt aan de inclusie van gehandicapte kinderen in Sri Lanka. “We starten nu met de actiefase, we gaan dus eindelijk iets doen! In de komende weken komen we waarschijnlijk obstakels tegen, maar die maken het proces alleen maar waardevoller. De studenten zijn enorm gemotiveerd, ze voelen zich met elkaar verbonden door het feit dat zij dit vrijwillig doen en dat ze het vertrouwen hebben gekregen óm het te doen.”
Lennart: “Er zal altijd een sterke band bestaan met dit project en met de universiteit. We zitten met zijn allen in een huwelijk; deze baby is van het hele team.” Alle drie de studenten benadrukken dat er nog meer mensen bij I DO horen. “Het is belangrijk voor ons dat al onze collega’s in dit artikel genoemd worden, dit project is altijd een teamprestatie geweest.” Beloofd is beloofd: Vincent Jahn, Malte Gocha, Sherwin Husseinifard and Artus Assmann hebben allemaal op hun eigen manier bijgedragen aan I DO en verdienen een plaats op deze pagina.