Deze zomer verscheen bij de Statenhofpers Zeven dagen oorlog, de herinneringen van dichter-zanger Koos Speenhoff (1869-1945) aan de Duitse inval in mei 1940. Speenhoff, die we natuurlijk kennen als rasechte Rotterdammer, woonde in die dagen in Scheveningen en was getuige van de bombardementen en het militaire machtsvertoon. Zijn herinneringen aan die periode zijn nooit eerder gepubliceerd en werden voor deze uitgave bezorgd door Jacques Klöters, kenner van het lichte levenslied en van het werk van Speenhoff.
Speenhoff en de Duitse bezetting – daar valt veel over te vertellen. Sommigen hebben hem beticht van sympathie met de bezetter, feit is dat zijn dochter actief nationaalsocialiste was. Uit de memoires en de toelichting van Klöters blijkt dat hij zich vooral bekommerde om het lijfsbehoud van zijn gezin en de huishoudelijke financiën. Hij was als liedjeszanger uit de gratie geraakt, waar hij zelf geen begrip voor had. Klöters noemt hem een ‘ouderwets monument’. De onbezorgde levensstijl die bij zijn vroegere status hoorde, kon hij al lang niet meer handhaven.
De herinneringen laten heel goed zien hoe het in die vroege meidagen gonsde van de geruchten en de wildste verhalen, bijvoorbeeld over het aantal doden dat bij de inval was gevallen. Voor ons wordt zijn relaas echt interessant, wanneer hij op 16 mei naar Rotterdam reist en verslag doet van wat hij daar aantreft. Hij is zwaar aangedaan door de enorme verwoestingen en het leed van de bewoners die hij tegenkomt. Onder de vernielde gebouwen noemt hij ook het ‘Leesmuseum’, waarmee hij vrijwel zeker het Rotterdamsch Leeskabinet aan de Geldersekade bedoeld zal hebben. De herinneringen schreef hij weliswaar op basis van aantekeningen, maar ze bevatten wel veel onnauwkeurigheden (zo dateert hij de verwoesting van Rotterdam twee dagen te vroeg). Zijn unieke, een beetje anachronistische schrijfstijl en zijn beschrijving uit-de-eerste-hand maken het dagboek niettemin tot een bijzonder document. En dan is het ook nog eens prachtig vormgegeven en gedrukt!
Uit ‘Ons Rotterdam’:
‘Rotterdam gaat nooit verloren
Koppig ging het aan het werk
In geen eeuwigheid vergaan!’