De opleiding geneeskunde draagt een maatschappelijke verantwoordelijkheid: artsen opleiden, die volgens de gangbare professionele normen kunnen functioneren. Daarbij verhoogt een professionele attitude tijdens de opleiding de kans op succesvolle professionaliteit als beroepsbeoefenaar.
Wat doet de commissie?
De CLBP draagt zorg voor de professionele ontwikkeling van studenten op het moment dat er vanuit de opleiding twijfel of zorg is over het professioneel functioneren. De CLBP ontvangt deze twijfel of zorg na beoordelingen van onderwijsactiviteiten, of na directe meldingen. De CLBP werkt primair, maar niet uitsluitend, vanuit de hulpvraag van studenten en heeft hierbij een consulterende rol. De CLBP monitort studenten actief vanaf het moment dat zij bericht krijgt totdat de hulpvraag naar wens is afgesloten. De (voorzitter van de) CLBP is examinator en uiteindelijk ook verantwoordelijk voor het toekennen van de EC’s voor professionele ontwikkeling. Voor details: zie OER.
De CLBP werkt op basis van zelfreflectie van studenten en geeft coachend advies. De CLBP gaat het gesprek aan met studenten, biedt een luisterend oor en kan een extra steuntje in de rug zijn. Samen wordt er een plan van aanpak afgesproken. Soms blijken eerder gemelde zorgen echter ongegrond.
Eigen regie
In de basis ligt de regie voor de eigen professionele ontwikkeling bij studenten zelf. Het doorlopen van het geneeskunde-curriculum geeft studenten ervaringen. Feedback en reflectie leren hen hoe daarmee om te gaan en hoe zij van daaruit verder kunnen gaan. Studenten weten idealiter wie ze zijn, wat ze wel en niet kunnen, waar grenzen, talenten en interesses liggen, evenals valkuilen én wat ze belangrijk vinden in het leven en in de toekomstige professie. Daarbij werken ze aan het ontwikkelen van weerbaarheid en veerkracht in combinatie met (emotionele) stabiliteit. Het ultieme doel is een houding van levenslang leren en duurzame inzetbaarheid. De opleiding vuurt deze ontwikkeling aan met het curriculum en ondersteunt deze ontwikkeling door het bieden van coaches in de bachelor en mentoren in de master, met wie individueel en in de vorm van intervisies wordt teruggekeken en vooruitgeblikt. Op het moment dat studenten problemen ervaren die verder gaan, kunnen ze zich wenden tot de studieadviseur. In al deze gevallen ligt de regie bij studenten zelf. De CLBP komt pas om de hoek als dit niet afdoende lijkt.
Zorg voor elkaar
Studeren binnen de opleiding geneeskunde vraagt om een vertrouwde, betrokken, waarderende, motiverende en stimulerende omgeving, opdat studenten kunnen leren. Het is een randvoorwaarde. Desondanks redden studenten het soms niet alleen. Het past bij zo’n omgeving om op elkaar te letten en zorg voor elkaar te dragen. Af en toe heb je anderen nodig met een ander perspectief. Met name als het niet goed met je gaat, zijn anderen vaak beter in staat dit te zien. De opleiding draagt hierin een verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van studenten, ook met het oog op de verantwoordelijkheden, die het toekomstige beroep met zich meebrengt. Op het moment dat het studenten zelf niet lukt om bij te sturen, én dit wordt opgemerkt door de opleiding, komen studenten bij de CLBP terecht.
Zorgen voor elkaar betekent jezelf uitspreken over elkaar, naar elkaar. Of deze zorgen gegrond zijn of niet, zal blijken uit dat gesprek. Initieel is dit gesprek met elkaar en soms met een externe, zoals de CLBP. Voor continue waarborging van professionele ontwikkeling van de student draagt de opleiding een verantwoordelijkheid.