De Rotterdamlezing wordt elk jaar georganiseerd door Erasmus Universiteit Rotterdam, Erasmus Trustfonds en Arminius Debatpodium. Kijk wie er allemaal gesproken hebben.
De 19e Rotterdamlezing werd gegeven door Ronald van Raak, hoogleraar erasmiaanse waarden, op 15 mei 2023 in debatpodium Arminius.
Hand in Hand: Erasmus en wat Rotterdammers bindt
Welke gedeelde waarden binden ons in de huidige tijd van verharding, polarisatie en fragmentatie? Waarom lijkt spreken over waarden soms moeilijk of zelfs pijnlijk? Wat kunnen we leren van Desiderius Erasmus, die ook leefde in een tijd van polarisatie, over hoe wij met elkaar kunnen omgaan?
Ronald van Raak nam de bezoeker mee in de dilemma’s van deze tijd en het belang van de discussie over waarden. Aansluitend ging hij samen met gemeentelijk kinderombudsman Stans Goudsmit en rector van International Institute of Social Studies Inge Hutter in gesprek met het publiek.
Rotterdamlezing 15 mei 2023 - totale uitzending
Rotterdamlezing 15 mei 2023 - highlights
Alle Rotterdamlezingen
Keizer, hoogleraar Familiesociologie, vertelde over de invloed die familie heeft op de ontwikkelingsuitkomsten van kinderen, waarbij zij inzoomde op vaders en moeders. Daarnaast legde ze uit welke rol familie kan spelen in het in stand houden, vergroten, of verkleinen van sociale ongelijkheid. Hierbij besprak Keizer het belang van nationale context en liet ze zien hoe beleid en interventies de ongelijkheid in de ontwikkelingsuitkomsten van kinderen kunnen verkleinen.
Het aantal mensen met overgewicht is dramatisch toegenomen. In 2018 had voor het eerst meer dan de helft van de Nederlanders overgewicht, en 15% ernstig overgewicht, ofwel obesitas. In Rotterdam liggen deze percentages zelfs nog hoger dan het landelijke gemiddelde. Overgewicht of obesitas gaat vaak gepaard met allerlei aandoeningen, zoals diabetes mellitus, verhoogde bloeddruk en hart- en vaatziekten. Daarnaast leidt obesitas tot een verhoogd risico op depressie, psychosociale problemen, gewrichtsklachten en verschillende vormen van kanker.
Tijdens deze Rotterdamlezing werpt Liesbeth van Rossum, internist-endocrinoloog en hoogleraar op het gebied van obesitas en stressonderzoek in het Erasmus MC, nieuw licht op het gevaar én het belang van ons lichaamsvet. Zijn er specifieke redenen aan te wijzen waarom zoveel Rotterdammers overgewicht hebben? Is het toeval dat de Rotterdamse specialiteit juist de caloriebom ‘kapsalon’ is of spelen er nog hele andere factoren mee?
Rotterdam is van oudsher een stad van aankomst en opbouw. De grote sociaaleconomische uitdagingen die hiermee gepaard gaan laten zich steeds vaker vangen onder de noemer ‘armoede’. Een grote groep Rotterdammers heeft hiermee te maken: lage inkomens en hieraan gerelateerde ‘onzichtbare’ vormen van armoede, zoals energie-, zorg- en mobiliteitsarmoede. Deze problematiek is hardnekkig, hangt nauw samen met sociale en fysieke omgeving, en heeft een direct effect op gezondheid en levensverwachting.
Om zulke hardnekkige problematiek te doorbreken pleit Derk Loorbach in Armoede uitgesloten voor een radicale breuk met de dure, bureaucratische en geïnstitutionaliseerde aanpak van armoede, schulden en werkeloosheid. Deze houdt maatschappelijke uitsluiting in stand en heeft de afgelopen jaren geen noemenswaardig positief effect gehad. Loorbach wil inzetten op het reduceren van de onderliggende fysieke en sociaaleconomische veroorzakers van armoede via duurzame mobiliteit, energietransitie in de gebouwde omgeving, een gezonde leefomgeving en gezonde leefstijlen.
Zijn onorthodoxe en concrete oplossingen als gratis energiezuinige koelkasten een antwoord op de groeiende kloof in Rotterdam? Biedt fietsles op Zuid een weg uit de armoede? Helpen lokale voedselcollectieven en meer groen in de wijken zorgkosten te verlagen?
Rotterdam heeft diverse ‘smart city’ prijzen gewonnen, maar als je willekeurige voorbijgangers op de Coolsingel vraagt wat een ‘smart city’ is, zullen ze vaak het antwoord schuldig blijven. Geen wonder dat burgers, maar ook stadsbestuurders dus niet altijd goed weten wat er aan slimme ontwikkelingen gaande is. Toch is het cruciaal dat burgers en bestuurders betrokken zijn bij de slimme stad.
Van Istanbul en Turkije waar in 2016 2.7 miljoen gevluchte Syriërs wonen. Waarom blijft een deel van de Syriërs in Turkije en riskeren anderen hun leven op weg naar Europa? Hoe gaan we in Nederland en Rotterdam om met opvang en opkomst van vluchtelingen.
Op een paradoxale wijze lopen de kunst en cultuursector, voor de troepen uit. Gedwongen door bezuinigingen wordt de betekenis van kunst en cultuur uitvoerig bediscussieerd. In het publieke debat wordt de publieke waarde van kunst en cultuur besproken: dat zouden we vaker moeten doen en het zal in de toekomst ook vaker gebeuren.
Is het de buurt of zijn het de mensen die bepalen hoe de levensverwachting is in de verschillende wijken van Rotterdam? Beide is het antwoord. ‘’De bewoners zijn natuurlijk de basis, maar de buurt doet er zeker toe. Een mooie, fijne omgeving zorgt ervoor dat je langer leeft.’’
Wat betekent het om te houden van een stad? Houdt de stad ook van jou? Kan liefde zo eenzijdig bestaan? En als die stad Rotterdam is, is de vraag nog prangender: hoe te houden van een stad zonder hart? Te midden van de vaak herhaalde Rotterdamse harteloosheid, blijkt toch dat een diepe liefde voor Rotterdam gevoeld wordt. Die liefde is aanleiding om stil te staan bij wat het betekent om van de stad te houden.
Centraal in deze lezing stond de opkomst en ondergang van Pim Fortuyn en de latere wederwaardigheden van het Fortuynisme in de lokale Rotterdamse en nationale politiek in het licht van deze messiaanse opvatting van politiek.
Jan Rotmans bewees een bijzondere visie op Rotterdam te hebben. Na een beschouwing over de ontwikkeling van Rotterdam voor en na het bombardement, schetste hij hoe Rotterdam door duurzaamheid binnen dertig jaar kan uitgroeien tot een bruisende metropool vol elektrische auto’s, waterwoningen en gerenoveerde stadshavens.
Godfried Engbersen ging na wat het karakter van Rotterdam is. Hij analyseerde of de vele, uiteenlopende imago’s bij de stad passen, of dat we op zoek moeten naar een imago dat beter bij Rotterdam past.
Susanne Janssen ging in op de rol van (lokale) media in een multiculturele samenleving.
Discriminatie is wettelijk verboden en maatschappelijk ongewenst. Toch doet discriminatie zich in verschillende gedaanten voor, vaak onzichtbaar. Discriminatie vindt bewust of onbewust plaats, is direct of indirect van aard en richt zich onder andere tegen vrouwen, ouderen, gehandicapten, homoseksuelen en allochtonen. Een bijkomend probleem is dat discriminatie lastig te bewijzen is, ook in wetenschappelijk onderzoek.
In het Nederland van 1960 was vrijheid van godsdienst populairder dan vrijheid van meningsuiting. Niet-religieuze uitingen konden maar moeilijk in het openbaar plaats vinden. Ze moesten die plaats bevechten. In iets meer dan een generatie is dat veranderd. De “Verlichting” speelt in de cultuur van vandaag een centrale rol. De scheiding van kerk en staat is veel centraler komen staan. De ontkerkelijking zet zich sterk door. Daardoor worden nu juist religieuze uitingen in het openbaar steeds minder verdragen.
Sinds de jaren ‘90 verkleurt Rotterdam in hoog tempo. De ras-Rotterdammer van weleer is vergrijsd of vertrokken. Nieuwe Rotterdammers met vreemde roots staan op en verlangen een plek en een stem in de stad. Na de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh, maar ook in het kielzog van de internationale etnische en religieuze spanningen, is de onderhuidse angst voor de ander en het vreemde steeds meer naar boven gekomen. Beleidsmakers proberen met de krachtig klinkende formule ‘schoon, heel en veilig’ de angst en afkeer van chaos, desintegratie en geweld te bezweren, maar de onvrede en de vele angsten blijven. Ooit was Rotterdam een trotse en zelfbewuste no-nonsense wereldhaven, nu is het een bange metropool.
Aan het eind van de negentiende eeuw hadden Nederlanders niet zo een goede naam in het buitenland. Zij werden als conservatief en chauvinistisch gezien. Ze leefden in hun Hollandse domineeswereldje, met zijn traditionele instellingen. Als ze naar het buitenland trokken namen ze die besloten wereld bij voorkeur mee. De Nederlander was een liefhebber van gezellige avondjes, culturele activiteiten vonden bij voorkeur binnenshuis en in besloten kring plaats. In damesgezelschap zijn ze stijf, gegeneerd, en dansen en flirten kunnen ze al helemaal niet, lezen we in het dagboek van een waarnemer in Zuid-Afrika, het land waarmee de Nederlanders zich toen zo verwant voelden.
Kleurloos Rotterdam 2025. Hoe stellen we ons dit voor? Willen we een indruk krijgen van wat onze voorspellingen waard zijn, dan is het instructief om ons ruim 20 jaar terug in de tijd te verplaatsen. Wie kon er in 1984 - dat beladen jaar van George Orwells boek, dat beschrijft hoe veiligheid in terreur is omgeslagen - net bekomen van de demonstratiegolven tegen kruisraketten, vermoeden dat het Oostblok 5 jaar later zou verkruimelen en weer 15 jaar later Russische satellietstaten tot de Europese Gemeenschap zouden toetreden?
Voor veel inwoners is Rotterdam een ‘wereldstad’. Een fijne plek om te wonen, te leven, te werken. Een omgeving met op allerlei gebied grootstedelijke kenmerken. Geen metropool, zoals New York, Londen of Parijs. In vergelijking daarmee eerder een dorp. Maar dan wel een global village, een knooppunt in het proces van internationalisering dat wordt gekenmerkt door toenemende stromen over steeds grotere afstand van geld, goederen en informatie. En van mensen. Op dit moment wonen circa 120 miljoen personen in een ander land dan waar zij geboren zijn. Nog nooit was de internationale migratie zo omvangrijk.