De ambitie van Erasmus Universiteit Rotterdam is om per saldo een positieve impact te hebben op het klimaat, zoals verwoord in Strategy2024.
Begin 2023 erkende Erasmus Universiteit Rotterdam de klimaat- en ecologische noodtoestand. “Wat we in de komende tien jaar doen, heeft impact op vele generaties na ons”, verklaarde het College van Bestuur. “Daarom roepen wij onze gehele organisatie op om in ons onderzoek, onderwijs en de bedrijfsvoering de duurzaamheidstransitie te verbreden en versnellen.” Deze oproep kon rekenen op brede steun binnen de universiteit en sindsdien zijn diverse initiatieven ontplooid.
Een van de initiatieven was om in kaart te brengen welke relaties Erasmus Universiteit Rotterdam heeft met organisaties die een positieve dan wel negatieve impact hebben op het klimaat en ecosystemen. De eerste resultaten van dit onderzoek zijn nu, september 2023, bekend en zijn een van de onderwerpen van gesprek in de universiteitsbrede dialogen over duurzaamheid (interne link) die vanaf oktober 2023 binnen de universiteit worden gehouden.
Wat is er onderzocht?
Erasmus Universiteit Rotterdam heeft met hulp van een extern en onafhankelijk onderzoeksbureau in kaart gebracht hoeveel formele samenwerkingen de EUR heeft gehad in de periode 2018-2022 op het gebied van onderzoek, onderwijs en bedrijfsvoering. Ook is onderzocht hoeveel van die organisaties een positieve of negatieve impact op het klimaat en ecosystemen hebben. Alle publieke onderdelen van de universiteit (faculteiten en diensten) én alle private organisaties verbonden aan de universiteit (o.a. de besloten vennootschappen in de EUR Holding) zijn meegenomen in het onderzoek.
Voor dit onderzoek zijn alle contracten en facturen voor (raam)overeenkomsten, subsidies en beurzen, samenwerkingsprojecten (ook met alleen inhoudelijke betrokkenheid), leveranciers en afnemers in de periode van 2018 tot en met 2022 beschouwd als ‘formele samenwerkingen’.
Om op objectieve wijze te kunnen bepalen of een formele samenwerkingspartner een positieve of negatieve impact heeft op het klimaat en ecosystemen, is gebruik gemaakt van zeven openbaar beschikbare lijsten van diverse (inter)nationaal erkende autoriteiten, waaronder de Carbon Underground 200 en de Clean 200. Zo werd uiteindelijk een lijst samengesteld van in totaal 1.900 organisaties die een positieve danwel negatieve impact hebben op klimaat en ecosystemen. Vervolgens is bekeken welke samenwerkingspartners van de universiteit voorkomen op deze samengestelde lijst.
Wat zijn de uitkomsten van het onderzoek?
In totaal werden 61.393 formele samenwerkingen gevonden tussen EUR en externe partijen. 33 van die samenwerkingen waren met organisaties met een negatieve impact op het klimaat en ecosystemen. In 103 gevallen werkte de EUR samen met organisaties met een positieve impact. Het merendeel van beide groepen betreft debiteuren (afnemers), waaronder cursisten van een postacademische cursus of opleiding waarvoor de betreffende organisatie heeft betaald.
Verreweg de meeste samenwerkingen (61.257) zijn met partners die niet voorkomen op de gebruikte lijsten met organisaties die een positieve dan wel negatieve impact hebben op klimaat- en ecosystemen. De aard en financiële omvang van de samenwerkingen is nog niet in kaart gebracht.
Wat doen we met de uitkomsten?
Het is duidelijk dat Erasmus Universiteit Rotterdam samenwerkt met een veelheid aan externe partners. Met deze partners willen wij een bijdrage leveren aan het oplossen van de complexe maatschappelijke problemen van nu en de toekomst. Op dit moment zijn er binnen de EUR slechts in beperkte mate voorwaarden gesteld aan het aangaan van nieuwe samenwerkingen met externe partners.
In hoeverre het wenselijk is om hier voorwaarden aan te stellen, is een vraag die zowel binnen de universiteit als binnen de gehele samenleving leeft. Het is niet eenvoudig om daar snel een goed antwoord op te geven. Het is ook van groot belang om de medewerkers en studenten van onze universiteit de kans te geven om hun inzichten, ervaringen en dilemma’s met betrekking tot dit onderwerp te delen. De universiteitsbrede dialogen over duurzaamheid bieden de mogelijkheid hiertoe. De opbrengsten van die dialogen vormen de input voor nieuwe beleidsvoorstellen en actieplannen, uitmondend in een hernieuwde duurzaamheidsstrategie voor de universiteit.
Hoe gaat het nu verder?
De eerste bevindingen van het onderzoek naar samenwerkingsrelaties tussen EUR en externe partners worden verder aangevuld en verrijkt. Bij nieuwe informatie wordt deze pagina bijgewerkt.
De universiteitsbrede dialogen over duurzaamheid starten in de eerste week van oktober. Alle medewerkers en studenten van de EUR zijn uitgenodigd om hieraan deel te nemen. De faculteitsdialogen zijn bedoeld om intern een debat op gang te brengen over duurzaamheid in onderzoek, onderwijs, leiderschap/management en bedrijfsvoering en de bijdrage van disciplines aan duurzaamheid (of het gebrek daaraan). In de interdisciplinaire dialogen tussen faculteiten zullen de deelnemers zich richten op het systematisch aanpakken, uitwisselen en afstemmen op het gebied van duurzaamheid. In al deze dialogen zullen de samenwerkingen van de Erasmus Universiteit Rotterdam met (fossiele) partners meegenomen worden.
Contactinformatie
- Pers en mediaE-mailadres