Een man die een fastfoodketen verlaat, wordt met meer dan 80 kogels geraakt, een afgehakt hoofd wordt voor een café geplaatst, een busje ramt het gebouw van een toonaangevende krant, de redactie van een andere krant wordt beschoten met een raketwerper, en de broer, de adviseur en de advocaat van een informant worden geliquideerd. Een tijd terug zou niemand dit met Nederland associëren, maar het gebeurt toch echt allemaal in het land van windmolens en tulpen. Robby Roks, universitair hoofddocent Criminologie aan Erasmus School of Law, licht de ontwikkelingen toe bij Independent.
Naar aanleiding van de liquidatie van Peter R. de Vries, ontstond er wederom internationale media-aandacht voor de ontwikkelingen van de georganiseerde criminaliteit in Nederland. Verscheidene nieuwsplatforms legden al snel een link met de bijstand van De Vries aan Nabil B, de kroongetuige in het Marengo-proces. Dit verband is nog niet officieel vastgesteld, maar volgens Roks zou het leiden tot zeer belangrijke vragen indien dit wel gebeurt. Ridouan Taghi, de hoofdverdachte in het Marengo-proces, zit namelijk in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught en riskeert hoogstwaarschijnlijk een levenslange gevangenisstraf. Volgens Roks moeten de huidige liquidaties niet gezien worden als wanhoopsdaden, maar als een ‘power play’ tegen iedereen die verbonden is aan de kroongetuigen, waaronder de Staat zelf. Dit impliceert volgens Roks mogelijk dat de individuen die terecht staan in het Marengo-proces en de criminele organisaties waar zij onderdeel van uitmaken, zichzelf onaantastbaar wanen, met alle mogelijke gevolgen van dien.
Ander soort geweld
Roks benadrukt echter wel dat geen sprake is van een toename in de hoeveelheid geweld uit het criminele circuit, al zijn deze nieuwe conflicten binnen de criminele onderwereld wel zorgwekkender geworden door het soort geweld dat gebruikt wordt. Beschietingen gebeuren overdag, dichtbij scholen, met veel bijstanders, en er worden zelfs vergismoorden gepleegd. Volgens Roks kan dit gedeeltelijk teruggeleid worden naar de steeds minder professionele huurmoordenaars die ingeschakeld worden, steeds vaker wordt gekozen voor jonge en onervaren huurmoordenaars uit Nederland, in plaats van de vroegere ervaren huurmoordenaars uit voormalig Joegoslavië.
Harder straffen, of toch niet?
Kort na de moord op de advocaat van Nabil B., Derk Wiersum, reageerde Geert Wilders op Twitter dat hij er niet meer zeker van was of de Nederlandse rechtsstaat de autoriteit nog had in Nederland of dat er sprake is van een narcostaat. In combinatie met zijn xenofobe retoriek en een roep om zwaardere straffen, slaat Wilders hiermee mogelijk een averechts pad in. Roks licht toe dat hard straffen voor zware zaken met verharde criminelen weliswaar een belangrijke boodschap afgeeft, maar dat dit niet het enige belangrijke beleidspunt is. Zo sprak Roks met een verdachte die als de ‘moordmakelaar’ van Taghi aangeduid wordt. Hij gaf aan dat dergelijke regelgeving enkel de kloof tussen de overheid en bepaalde maatschappelijke groepen vergroot. Zelfs voor de media-aandacht voor Taghi werden bijvoorbeeld ‘Marokkanen’ door velen al gezien als de ‘anderen’ binnen Nederland. Preventieve methodes ter voorkoming van jeugdcriminaliteit kunnen de schadelijke gevolgen hiervan mogelijk tegengaan. Zelf vindt Roks de term narcostaat overdreven: “de term narcostaat bekt wel lekker, maar is niet echt van toepassing. In mijn beleving zijn de machthebbers in Nederland [namelijk] niet betrokken bij de drugshandel.”
Bang voor eigen veiligheid?
Met FunX sprak Roks over zijn eigen veiligheid in het licht van de liquidatie van Peter R. de Vries. Op de vraag of Roks zichzelf wel eens zorgen maakt over zijn eigen veiligheid antwoordt hij: “niet per se, maar dat heeft ook te maken met een aantal belangrijke verschillen tussen mijn werk en dat van misdaadverslaggevers. In de regel komen criminologen niet met onthullingen of informatie waarvan de daders eigenlijk zouden willen dat het allemaal bij de daders blijft’’.
Wel maakt Roks dreigende en intimiderende situaties mee in zijn werk als criminoloog. Vaak spreekt hij hiervoor met mensen die in verband gebracht worden met zware delicten. Als voorbeeld haalt Roks zijn promotieonderzoek aan naar de leden van de Haagse Crips, waarin hij onder andere een lange tijd doorgebracht heeft met Delano R., alias Keylow. Keylow wordt er nu van verdacht ‘moordmakelaar’ te zijn voor Ridouan Taghi. Met Keylow kreeg Roks discussie over bepaalde delen van zijn promotieonderzoek, wat uitliep op een woordenwisseling waarbij Keylow heel erg boos werd. Nadat Roks als reactie hierop Keylow blokkeerde op WhatsApp kwam een van de homies van Keylow naar het werk van Roks om aan te geven dat de ruzie echt uitgesproken diende te worden. Deze situatie werd door Roks als dreigend ervaren. Begin vorig jaar bezocht Roks Keylow in de gevangenis en hebben de twee het alsnog uitgepraat.