Scaffolding: de studenten tot nieuwe ideeën brengen door voort te bouwen op hun bestaande kennis

Het opdelen van de leerstof in stukken kan de studenten helpen gemakkelijker met complexe stof aan de slag te gaan. Scaffolding is een doeltreffende manier om studenten aan te moedigen om problemen op te lossen door ze geleidelijk meer begrip en zelfstandigheid bij te brengen. Wat zijn de belangrijkste elementen voor docenten?

Belangrijke begrippen en definities

De ondersteuning die docenten bieden bij scaffolding hangt af van de kenmerken van het soort taak (goed of slecht gestructureerd) en de antwoorden van de student.  Aangezien bij impactgedreven onderwijs ‘heikele problemen’ worden aangepakt, moet scaffolding zeker worden overwogen bij het ontwerpen van een impactgedreven cursus.

Scaffolding is een interactief proces tussen een docent en een student waaraan beiden actief moeten deelnemen. Belangrijke begrippen in dit proces zijn:

  • Contingentie: een docent handelt afhankelijk van de situatie wanneer hij de ondersteuning aanpast aan een (groep) student(en). Contingentie wordt vaak aangeduid als op maat gemaakte, gedifferentieerde, aangepaste of responsieve ondersteuning. Om dergelijke ondersteuning te kunnen bieden, moet eerst het vaardigheids- en leerniveau van de student worden bepaald. Daarom zijn diagnostische strategieën een hulpmiddel voor contingentie.
  • Fading: bij scaffolding neemt de ondersteuning van een docent na verloop van tijd af. De snelheid waarmee dit gebeurt, is afhankelijk van de ontwikkeling van de studenten. 
  • Overdracht van verantwoordelijkheid: door contingente fading wordt de verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van een taak geleidelijk overgedragen aan de student. De student krijgt meer controle over het leren.

Deze belangrijke concepten moeten samen worden overwogen. 

Stappenplan / checklist

Stap 1: stel vast wat de studenten al weten en activeer hun voorkennis. 

Stap 2: controleer je diagnose: zorg ervoor dat je afgestemd bent op de behoeften van je studenten, zodat je je ondersteuning kunt aanpassen aan hun kennis- of vaardigheidsniveau.

Stap 3: ondersteun strategieën. In deze stap gaat het om modelleren, demonstreren, instructies en feedback geven en sturende aanmoediging.

Stap 4: controleer of de studenten het begrijpen. Deze stap is bedoeld om te controleren of de ondersteuning voldoende was en om vast te stellen welke studenten misschien iets meer ondersteuning nodig hebben. 

Conclusie

Scaffolding kan een doeltreffende manier zijn om studenten in staat te stellen complexe problemen aan te pakken door deze problemen in stukjes te knippen en te koppelen aan kennis of vaardigheden die de studenten al hebben. Daarom zou het een goede methode kunnen zijn voor impactgedreven onderwijs wanneer studenten te maken krijgen met maatschappelijke urgenties bij het oplossen van heikele problemen of complexe maatschappelijke problemen; het helpt hen te focussen op hun leerproces.

Relevante boeken en bronnen

Van de Pol, J., Volman, M. & Beishuizen, J. Scaffolding in Teacher-Student Interaction: A Decade of Research. Educ Psychol Rev 22, 271–296 (2010). https://doi.org/10.1007/s10648-010-9127-6

Van de Pol, J., Volman, M., & Beishuizen, J. (2012). Promoting teacher scaffolding in small-group work: A contingency perspective. Teaching and teacher education28(2), 193-205.

Zackariasson, M. (2020). Encouraging student independence: Perspectives on scaffolding in higher education supervision. Journal of Applied Research in Higher Education, jaargang 12 nr. 3, blz. 495-505. https://doi.org/10.1108/JARHE-01-2019-0012

Vergelijk @count opleiding

  • @title

    • Tijdsduur: @duration
Vergelijk opleidingen