Sjoerd van Tuinen is een van de deelnemers aan een onderzoeksproject over de depolitisering in Europa, waaraan een prestigieuze Research Excellence Inititiave-beurs (REI) is toegekend van €682.000. Het project, dat aan het Erasmus Institute for Public Knowledge (EIPK) zal worden uitgevoerd, draagt de naam 'Depoliticization and the Public Interest'. Onderzoekers uit verschillende academische disciplines zullen samenwerken tijdens dit project: naast Van Tuinen (Faculteit der Wijsbegeerte) nemen ook wetenschappers van de Erasmus School of History,Culture and Communication, Faculteit der Sociale Wetenschappen, Erasmus School of Law en het Erasmus University College deel aan het project.
Het interdisciplinaire onderzoeksproject gaat uit van het idee dat Europa een proces van depolitisering ondergaat. Vanuit deze gedachte is het onduidelijk wat er wordt verstaan onder het 'algemeen belang' en wat de democratische kracht is van wat traditioneel de 'publieke sfeer' wordt genoemd. Hoe wordt dit algemeen belang gerepresenteerd en verwoord in het gezicht van een technocratische governance, populistische politiek en de beschermde macht van het bedrijfsleven door supranationale regelgeving? Depolitisering kan worden gedefinieerd als het verdwijnen van fundamentele democratische vragen over rechtvaardigheid, gelijkheid, representatie en precariteit door technologische oplossingen en door het regelgevingskader, risicoberekeningen en door politieke debatten met een groeiend technocratisch en post-ideologische karakter.
Het project sluit aan bij recent onderzoek over 'making things public' en de 'issuefication' van publieke kwesties. Het bouwt voort op klassieke onderzoeken in de sociale wetenschappen over de structurele transformatie van de publieke sfeer en over het einde van de publieke cultuur. Het onderzoek zal dit uitwerken met een focus op het technologische, regelgevende en affectieve de- en repolitiserende tendensen in de belangrijkste hedendaagse vraagstukken. Het interdisciplinaire karakter van het onderzoek is gekoppeld aan de overtuiging dat vragen over publiek belang en de opkomst van alternatieve vormen van politisering gerelateerd zijn aan zowel socio-technische infrastructuren en juridische kaders. Ze vereisen sociale wetenschappelijke analyse, historische contextualisering, juridische interpretatie en conceptuele filosofische analyse.