"Solidariteit in de zorg is beperkt tot gecontracteerde zorg en daar is niets mis mee"

Een recent wetsvoorstel gepresenteerd door demissionair minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) beoogt de vrije artsenkeuze van verzekerden binnenkort verder te beperken. Verzekerden zullen hun zorg alleen volledig gedekt zien worden als zij zich tot gecontracteerde zorgaanbieders wenden; de diensten van niet-gecontracteerde aanbieders moeten zij (deels) zelf betalen. Andre den Exter, universitair hoofddocent Gezondheidsrecht aan Erasmus School of Law, beschouwt het voorstel als een positieve ontwikkeling in de Nederlandse gezondheidszorg. Hij schrijft erover in het Financieele Dagblad.

Het wetsvoorstel beoogt dat verzekerden alleen nog maar terechtkunnen bij zorgaanbieders die door hun zorgverzekeraar zijn gecontracteerd. Voor niet-gecontracteerde zorg zal voortaan slechts een gedeeltelijke vergoeding beschikbaar zijn. Het wetsvoorstel heeft met name betrekking op verzekerden met een natura-verzekeringspolis. Deze polisvariant houdt in dat zorgverzekeraars de zorgaanbieders voor hun verzekerden selecteren op basis van diverse criteria, waaronder prijs en kwaliteit. Een dergelijk systeem stelt zorgverzekeraars in staat om zorg van goede kwaliteit tegen lagere kosten in te kopen. Met behulp van het wetsvoorstel kunnen de kosten in de gezondheidzorg volgens Den Exter dan ook worden beheerst en krijgen verzekerden een duwtje in de richting van zorgaanbieders die goede kwaliteit tegen redelijke kosten aanbieden.

En het ‘recht’ op vrije artsenkeuze dan?

Tegenstanders van het wetsvoorstel stellen dat het de keuzevrijheid van verzekerden beperkt en dat het voorstel in strijd is met het recht op vrije artsenkeuze. Het is volgens Den Exter echter een misvatting om te spreken van een ‘recht’ op vrije artsenkeuze: “Dat ‘recht’ is immers verspeeld met de keuze voor een naturapolis. Daarentegen heeft de verzekerde wel recht op vergoeding van de ontvangen zorg. Normaal gesproken is dat een volledige vergoeding, maar bij niet-gecontracteerde zorgaanbieders past de zorgverzekeraar een korting toe die de verzekerde zelf moet betalen. Die korting bepaalt de zorgverzekeraar zelf en vormt een bron van conflicten tussen partijen die vaak in een rechtszaal wordt beslecht.”

Evenwicht tussen keuzevrijheid en solidariteit

Volgens Den Exter zou het volledig afschaffen van de vergoeding van niet-gecontracteerde zorg de doelmatigheid dan ook ten goede komen. Alhoewel hij de wetgever dit niet snel ziet doen, komt de wetgever zorgverzekeraars nu wel tegemoet door een generieke korting van 25% toe te staan op ongecontracteerde zorg. Deze korting voldoet aan het ‘hinderpaal’-criterium dat vaststelt dat de korting verzekerden niet mag belemmeren zich tot niet-gecontracteerde zorgaanbieders te wenden. “Mocht deze lijn worden doorgezet dan krijgen de zorgverzekeraars inderdaad veel vrijheid een kortingsbijdrage te hanteren wat de regiefunctie en de solidariteit ten goede komt. Solidariteit in de zorg is dus beperkt tot gecontracteerde zorg en daar is niets mis mee”, concludeert Den Exter.

Vergelijk @count opleiding

  • @title

    • Tijdsduur: @duration
Vergelijk opleidingen