Het coronavirus zou geen pandemie maar een ‘plandemie’ zijn en de oorlog in Oekraïne een afleidingsmanoeuvre, beiden georganiseerd door een kwaadwillende elite die uit is op wereldoverheersing. Dergelijke complottheorieën bieden voor sommigen houvast in onzekere tijden. In het onlangs verschenen AIVD-jaarverslag bestempelt de dienst hedendaagse complotten als ‘een ernstige bedreiging’ voor de democratische rechtsorde. Maar, is dit wel terecht? Dit is één van de vragen die aan bod komt in het themanummer ‘Complot’ in het Tijdschrift over Cultuur & Criminaliteit van Boom Criminologie. Om bij dit themanummer stil te staan en erover in gesprek te gaan, werd onlangs een studiemiddag ‘Complotdenken’ georganiseerd. Fiore Geelhoed, universitair docent Criminologie aan Erasmus School of Law, doet onderzoek naar zogeheten complotdenkers en werkte mee aan het themanummer en de studiemiddag. We blikken samen met haar terug op de middag en de opgedane inzichten.
Naast Geelhoed – wie die middag het spits afbeet met een introductie over ‘complotdenken’ – waren de sprekers Dina Siegel, Marc Cools en Jaron Harambam aanwezig om hun kennis over en onderzoek naar complotdenken te delen. Na hun presentaties volgde een paneldiscussie waarin wetenschappers, professionals, een voormalige politieagent, een wetenschapsjournalist en een student met elkaar in discussie gingen over complotten en de maatschappelijke reacties en implicaties van complotdenken. Tegenover het panel bevond zich een divers en bovendien actief participerend publiek: van onderzoekers tot politiemedewerkers en van studenten tot beleidsmakers.
Dé complotdenker bestaat niet
De studiemiddag maakte allereerst duidelijk dat de term ‘complotdenker’ geen begrip is dat op zichzelf staat. Eerder is het een label dat wordt geplakt op een diffuse groep alternatieve denkers. Volgens Geelhoed is het zonder meer toekennen van de term complotdenker problematisch. De term insinueert namelijk een zeker dualisme – er is een waarheid en een onwaarheid – en gaat gepaard met een normatief oordeel. Zogeheten complotdenkers bestempelen zichzelf dan ook niet als zodanig. Liever zien zij zichzelf als “maatschappijkritisch” of “autonoom”, vertelt Geelhoed.
Ook bestaat er niet zoiets als ‘dé complotdenker’: het is een gemêleerde groep waarin verschillende mensen er verschillende ‘waarheden’ op nahouden. Dat er een breed scala bestaat aan mensen die in complotten geloven, bleek uit de presentatie van Jaron Harambam, universitair docent Media, Truth Politics and Digitalisation aan de Universiteit van Amsterdam. Harambam onderzoekt onder meer het fenomeen conspirituality waarbij samenzweringstheorieën en spirituele overtuigingen samenkomen of -smelten. Waar rechtse sympathisanten, samenzweringstheoretici en spiritueel ingestelde mensen doorgaans radicaal verschillen, kunnen gedeelde affiniteiten hun verenigen in hun ideologie, met name als deze anti-institutionele trekken heeft. Toch benadrukte Harambam tijdens de studiemiddag dat de samenvloeiing van deze verschillende groepen niet volmaakt is en dat er nog steeds wezenlijke verschillen tussen de groepen bestaan.
“Complotdenken is eigenlijk van alle tijden”
Waar de term complotdenken relatief nieuw is, heeft het fenomeen zelf een lange voorgeschiedenis. “Complotdenken is eigenlijk van alle tijden”, vertelt Geelhoed. Dit werd op de studiemiddag verhelderd door de presentatie van Dina Siegel, hoogleraar Criminologie aan de Universiteit van Utrecht, en Marc Cools, hoogleraar Criminologie aan de Universiteit Gent. Siegel en Cools namen het publiek mee naar eind negentiende eeuw waarin de zogenaamde ‘Protocollen van de Wijzen van Zion’ voor het eerst geopenbaard werden: een berucht geschrift dat beweert een geheime joodse samenzwering aan het licht te brengen en tot op de dag van vandaag bekend staat als een van de meest verspreide samenzweringstheorieën. Complotten bestonden dus al voordat zij als zodanig betiteld werden.
Een spiegel van de samenleving
Bovendien wees de middag uit dat complottheorieën onlosmakelijk verbonden zijn met hun maatschappelijke context. De theorieën vormen als het ware een spiegel van de heersende opvattingen, machtsverhoudingen en spanningen in de samenleving. Zoals eerder gezegd ontkiemt de hang naar een waarheid en houvast in tijden van bezorgdheid of ontevredenheid. Daarnaast zijn er ook complottheorieën geweest die achteraf waar bleken te zijn. “Dus het is ook niet altijd onterecht om in een complot te geloven”, vertelt Geelhoed. Bovendien besluit niet iedereen die in een complot gelooft – en de bescheiden groep die van daaruit geweld legitimeert – om hier ook naar te handelen. Het is dan ook onterecht en volgens Geelhoed zelfs gevaarlijk om complotdenken automatisch te koppelen aan gewelddadigheid. “Dit kan leiden tot een self-fulfilling prophecy”, vertelt ze.
Mensen weer dichter bij elkaar brengen
De middag werd besloten met een paneldiscussie, waarin een open gesprek ontstond over – onder andere – de implicaties van complotdenken en de manier om hier als samenleving op te reageren. Met de eerdergenoemde punten in het achterhoofd maakte dit debat bovenal duidelijk dat het van belang is om complotdenkers niet in een hoekje te duwen, maar oog te hebben voor de maatschappelijke kaders waarbinnen zij zich bewegen en de reacties die zij vanuit de samenleving ontvangen. Stigmatisering en problematisering kunnen juist averechts werken. In plaats daarvan is het zaak om met de mensen die complotten aanhangen in gesprek te gaan en niet de verschillen maar overeenkomsten als vertrekpunt te nemen, benadrukt ook Geelhoed. “We hoeven het niet allemaal met elkaar eens te zijn. Maar, in de kern willen de meesten van ons gewoon deel uitmaken van een goed functionerende democratie”, concludeert ze.
- Universitair Docent
- Meer informatie
Benieuwd naar het themanummer ‘Complot’? Lees hier verder.