Onlangs bleek uit een onderzoek van journalist Darshan Boerema dat minstens vier in Nederland gevestigde apotheken zware pijnstillers en verdovende middelen uitgeven op basis van een online uitgeschreven doktersrecept bij Dokteronline. De online webwinkel vraagt mensen om een vragenlijst in te vullen. Op basis van hun antwoorden schrijft de webwinkel, tegen betaling en met hulp van buitenlandse artsen, doktersrecepten uit. De vier in Nederland gevestigde apotheken uit het onderzoek van Boerema geven vervolgens – zonder dat de patiënt in kwestie dus gezien is door een dokter – de medicatie uit die op het online uitgeschreven doktersrecept vermeldt staat. André den Exter, universitair hoofddocent Gezondheidsrecht aan Erasmus School of Law, verscheen in de YouTube-video van Boerema en bespreekt in dit artikel de juridische kant van het verhaal. “Wanneer je medicatie afgeeft aan een vreemde en je het recept niet kan controleren of verifiëren, dan is dat niet in lijn met wat de beroepsgroep heeft afgesproken en is dat dus geen verantwoorde farmaceutische zorg.”
Hoe sluit de Nederlandse wetgeving aan bij het gebruik van online platforms zoals Dokteronline?
Den Exter legt uit dat de Geneesmiddelenwet het mogelijk maakt om online recepten voor te schrijven en uit te geven, maar wel onder bepaalde voorwaarden. “Een voorwaarde daarvan is de bekendheid van de patiënt bij de voorschrijver en de risico inschatting van het ter hand stellen door de apotheker.” In het geval van Dokteronline, waar buitenlandse artsen recepten voorschrijven, kennen de artsen de patiënten niet. “De invulling gegeven door Dokteronline kan niet en is dus onwenselijk uit het oogpunt van het gezondheidsbelang van de patiënt,” aldus Den Exter. Daarnaast wijst Den Exter op een andere voorwaarde voor het online uitschrijven en uitgeven van recepten: de medicatiehistorie. Hij wijst daarbij op artikel 2 van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg. Het artikel eist dat de hulpverlener, in dit geval de apotheker, goede farmaceutische zorg verleent. Den Exter geeft aan: “Goede farmaceutische zorg omvat onder andere veilige zorg en dus een risicobeoordeling op basis van de medicatiegeschiedenis. Als die ontbreekt is er geen sprake van goede zorg en voldoet het platform niet aan de wettelijke eis.”
Welke verantwoordelijkheden hebben apothekers?
De Geneesmiddelenwet geeft verschillende voorschriften voor het afgeven van medicijnen door apothekers. Daarnaast dienen apothekers zich ook aan de beroepsnormen van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) te houden. Den Exter zegt: “Een daarvan is de risico inschatting voordat een receptgeneesmiddel wordt afgegeven of ter hand gesteld. De risico inschatting gebeurt op basis van het medicatiedossier of in overleg met de voorschrijvende arts. Er is een verificatieplicht voor het recept, en dan kan de medicatie vervolgens aan de patiënt worden versterkt. Dit kan aan de balie of via een online kanaal. Buitenlandse recepten mogen worden geaccepteerd, maar daarvoor geldt eveneens een verificatieplicht. Als het recept niet betrouwbaar lijkt, moet de apotheker weigeren het geneesmiddel te verstrekken.”
Den Exter vertelt dat in het verleden al een keer een apotheker is berispt, omdat hij een medicijn verstrekte terwijl de patiënt onbekend was er een geen verificatie had plaatsgevonden. In dit geval ging het om een patiënt met psychiatrische klachten die via Dokteronline een recept had gekregen voor Tramadol, een zware pijnstiller. De patiënt had in één keer 50 tabletten ingenomen, waardoor zij in het ziekenhuis moest worden opgenomen en ernstige gezondheidsschade opliep. Dit incident leidde tot een onderzoek door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verbood uiteindelijk de apotheek om nog langer online voorgeschreven medicijnen zonder adequate controle te verstrekken. Den Exter geeft aan: “Ook de tuchtrechter vond destijds het handelen van de apotheker onzorgvuldig. Bij twijfel niet verstrekken, is het motto!”
Welke stappen kunnen worden genomen?
Den Exter vertelt dat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) in dit geval aan zet is. De IGJ kan stappen ondernemen, zoals inspectiebezoeken, onderzoeken, en indien nodig het opleggen van maatregelen zoals een bestuurlijke boete of zelfs sluiting van de apotheek. Daarnaast is het nog mogelijk dat de IGJ een tuchtzaak aanspant tegen individuele apothekers wegens schending van beroepsnormen en de Geneesmiddelenwet. Het is van groot belang dat de apothekers zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheden en de gevolgen van het niet naleven van de wet.
Om het verstrekken van medicatie op basis van dubieuze doktersrecepten tegen te gaan, vindt Den Exter het een goede eerste stap om de beroepsnormen binnen de beroepsgroep te bespreken en deze aan de leden uit te leggen. Hij licht toe dat een uitleg over de risico’s van het verstrekken van medicatie aan onbekende patiënten zonder passende verificatie een goed begin kan vormen. Door deze normen duidelijk te communiceren, kan de beroepsgroep zich sterker positioneren tegen ongepaste praktijken en bijdragen aan het waarborgen van veilige farmaceutische zorg.
- Universitair Hoofddocent
- Meer informatie
Bekijk de YouTube-video van Darshan Boerema hier.
- Gerelateerde content