Frank Weerman is benoemd tot bijzonder hoogleraar op de nieuw ingestelde leerstoel Jeugdcriminologie aan Erasmus School of Law. Prof. Weerman is op 1 augustus 2016 in deze functie begonnen.
Erasmus School of Law is blij met deze mogelijkheid het onderzoek naar jeugdcriminologie in Rotterdam te versterken en een leerstoel te hebben die gekoppeld is aan het thematische masterprofiel jeugdcriminologie. De leerstoel zal een aanzienlijke bijdrage leveren aan de missie van internationaal en multidisciplinair onderzoek op hoog niveau en aan de maatschappelijke rol van Erasmus School of Law en de sectie criminologie.
De leerstoel wordt gefinancierd door het NSCR, het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (opgericht door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek). Dit centrum houdt zich bezig met fundamenteel, onafhankelijk en interdisciplinair onderzoek en is gespecialiseerd in innovatieve dataverzameling met betrekking tot misdadigers, misdaden, en gerechtelijke reacties op criminaliteit. De bijzondere leerstoel van prof. Weerman aan Erasmus School of Law koppelt onderzoekers aan gegevensverzamelingen en draagt zo bij aan de functie van het NSCR als nationaal centrum voor en facilitator van geavanceerd onderzoek op het terrein van criminaliteit en rechtshandhaving.
Het onderzoek van professor Weerman zal met name gericht zijn op de rol van leeftijdsgenoten en problematische jeugdgroepen bij crimineel gedrag van jongeren, met bijzondere aandacht voor de groeiende rol van internet bij jeugdcriminaliteit. De resultaten zullen als informatie dienen voor beleidsmaatregelen en praktijken om problemen met grootstedelijke jeugdcriminaliteit aan te pakken. De leerstoel zal aansluiten op nieuwe methodes en theorieƫn binnen de criminologie en op onderzoek dat al eerder is verricht binnen de sectie criminologie aan Erasmus School of Law.
De leerstoel heeft een duur van vier jaar, met de mogelijkheid van een verlenging.
Over prof. Frank Weerman
Prof. Weerman studeerde in 1992 af in sociologie, met de specialisatie criminologie. In 1998 promoveerde hij aan de Rijksuniversiteit Groningen, waarvoor hij een empirisch onderzoek verrichtte om Hirschi's bindingstheorie te testen en ook toe te passen op jeugddelinquentie. Van 1998 tot 2000 was hij postdoc bij de Universiteit Twente, waar hij een boek schreef over samenplegen, criminele samenwerking en groepsvorming. Sinds 2000 is hij als (senior)onderzoeker verbonden aan het NSCR. In die periode is hij betrokken geweest bij de opzet en coƶrdinatie van twee longitudinale onderzoeken naar leeftijdsgenoten en crimineel gedrag van adolescenten, waarin gedetailleerde informatie werd verzameld over sociale netwerken van jongeren, hun tijdsbesteding en lidmaatschap van problematische jeugdgroepen.