Tot onvrede van China heeft de Europese Unie (EU) een onderzoek naar de oneerlijke concurrentie van gesubsidieerde Chinese elektrische auto's in de EU aangekondigd. De EU vermoedt namelijk dat China zijn eigen elektrische auto-industrie zwaar subsidieert om Europese consumenten te verleiden een Chinese en goedkopere elektrische auto te kopen. Het onderzoek dat het tegengaan van oneerlijke subsidiëring betreft, is volgens Pim Jansen, universitair hoofddocent Innovation of Public Law aan Erasmus School of Law, een duidelijk politiek signaal dat perfect binnen het huidige tijdsgewricht past, waarbij de EU steeds assertiever optreedt tegen China. Naast het aangekondigde antisubsidie-onderzoek van de EU, geldt vanaf dit jaar namelijk ook de Foreign Subsidies Regulation, waardoor de Unie meer bevoegdheden heeft om op te treden tegen buitenlandse subsidies die de concurrentie binnen de interne markt van de EU aantasten. Jansen vertelt over de ontwikkelingen in het Financieele Dagblad (FD).
Het onderzoek moet uitwijzen of Chinese producten binnen de EU tegen een aanzienlijk lagere prijs worden aangeboden dan op de Chinese markt. Als dit het geval is, kan de Unie optreden tegen de kunstmatig lage prijzen van Chinese producten in Europa. Toch is dat moeilijker gezegd dan gedaan, zegt Jansen: “De moeilijkheid daarbij is dat de prijs in China mogelijk al niet marktconform is.” Overigens zijn antidumpingzaken doorgaans talrijker, en zijn subsidie-onderzoeken hieraan gekoppeld: ongeoorloofde staatssteun en dumping kunnen heel goed samengaan. Dat was bijvoorbeeld het geval bij twee recente zaken inzake glasvezel (bestemd voor onder meer molenwieken) en een speciaal soort aluminiumfolie, gebruikt in autobatterijen. In beide gevallen kwamen er extra heffingen op deze producten uit China.
Bredere trend
Jansen ziet de Brusselse stap als onderdeel van een bredere trend, waarin de EU steeds assertiever optreedt jegens China. Zo geeft de begin dit jaar ingevoerde Foreign Subsidies Regulation Brussel onder andere meer bevoegdheden om buitenlandse overnames te onderzoeken, als die mede dankzij staatssteun mogelijk zijn. “Een krachtig instrument. Er kunnen ook aanzienlijke boetes worden opgelegd”, vertelt Jansen. “Feitelijk probeert de EU zo de eigen staatssteunregels te exporteren naar de rest van de wereld. Onder het motto: we stellen onze markt open, maar wel op onze voorwaarden.”
- Universitair Hoofddocent
- Meer informatie
Klik hier voor het hele artikel in het FD.