Een arts van een Nederlandse afvalkliniek heeft via Marktplaats recepten verkocht voor het populaire diabetesmedicijn Ozempic. Dit blijkt uit een recent verschenen artikel van RTL Nieuws. De arts stuurde tegen betaling een recept op naar een apotheek. Dit alles gebeurde zonder consult of medische check. Martin Buijsen, hoogleraar Gezondheidsrecht aan Erasmus School of Law, vertelt meer over de acties van de desbetreffende arts en de mogelijke consequenties.
‘Wondermiddel’ Ozempic
Ozempic werd initieel op de markt gebracht voor patiënten met diabetes type 2 (suikerziekte). Door zorgverzekeraars wordt het medicijn enkel voor deze bestemming vergoed. Maar Ozempic kan ook worden voorgeschreven bij ernstige obesitas. Daarnaast verscheen het middel de laatste tijd meermaals in de media: diverse beroemdheden promootten namelijk het gebruik van Ozempic als snel afslankmiddel. De stijgende vraag naar de medicatie zorgt momenteel voor een tekort. Diabetespatiënten lopen door het tekort gezondheidsrisico's als ze het medicijn niet kunnen krijgen. In februari riep het Nederlands Huisartsen Genootschap daarom op om te stoppen met het voorschrijven van Ozempic bij patiënten met obesitas.
Medicijnautoriteit CBG waarschuwde eerder dit jaar dat Ozempic niet gebruikt dient te worden zonder toezicht van een arts. Een arts kan namelijk beoordelen of het middel wel geschikt is voor de patiënt. Bovendien kan Ozempic in bepaalde situaties gezondheidsschade opleveren.
“Ondermijnend voor de hele beroepsgroep”
Desondanks bood een arts van een Nederlandse afvalkliniek Ozempic aan via Marktplaats. De arts beloofde een recept voor 6 maanden, waarbij zelf een winst van 200 euro werd gemaakt. De arts schreef in verband met “persoonlijke omstandigheden” recepten buiten de werkzaamheden in de afvalkliniek om.
Buijsen reageert in een uitzending van RTL Nieuws op het voorschrijven van Ozempic via Marktplaats: “Het is gevaarlijk, onverantwoord en ook ondermijnend voor de hele beroepsgroep. Het is niet goed voor de geneeskunst wanneer burgers er weet van krijgen dat er op deze manier door artsen met voorgeschreven geneesmiddelen omgesprongen wordt. Ik mag hopen dat dit niet vaker gebeurt en dat niet heel veel meer beroepsbeoefenaren zich bezondigen aan dit gedrag. Ik hoop echt dat dit uniek is.”
Voorschrijven van medicatie via het internet
Artikel 67 van de Geneesmiddelenwet verbiedt het voorschrijven van geneesmiddelen als de behandelaar de patiënt niet kent, niet eerder persoonlijk heeft ontmoet of van wie de behandelaar geen medicatiehistorie kent. “In de coronatijd kon het echter vaak niet anders en werd een uitzondering gecreëerd op dit artikel”, vertelt Buijsen. Medicatie kon daarop, onder voorwaarden, online worden voorgeschreven. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) gedoogde deze uitzondering op artikel 67 van de Geneesmiddelenwet, maar trok dit gedoogbeleid in op 1 juni 2022. “Omdat het online voorschrijven toch positief gewaardeerd werd, zal artikel 67 van de Geneesmiddelenwet worden gemoderniseerd”, legt Buijsen uit. Tot de aanpassing van die bepaling een feit is, geldt er een Beleidsregel voorschrijven via internet. “Volgens deze Beleidsregel mag er worden voorgeschreven na online contact als er geen fysiek onderzoek nodig is (1) en de voorschrijver over actuele medicatiegegevens van de patiënt beschikt (2).” De Beleidsregel heeft volgens Buijsen praktisch zeker meerwaarde: “Het bespaart tijd voor zowel voorschrijver als patiënt. Maar het spreekt voor zich dat het lang niet altijd kan”.
Veel bepalingen op het terrein van de gezondheidszorg worden ingevuld door beroepsnormen, zoals de KNMG-gedragscode voor artsen. “Dat zijn normen opgesteld door organisaties van leden van een beroepsgroep die in acht genomen moeten worden door de individuele leden van die beroepsgroep’, legt Buijsen uit. “De wet verbiedt het voorschrijven zonder fysiek onderzoek, maar beroepsnormen schrijven voor hoe dat onderzoek moet plaatsvinden en welke therapieën aangewezen zijn voor de aandoening, stoornis of ziekte die op basis van het diagnostische onderzoek is vastgesteld.”
Winstmarge verkoop medicatie
Buijsen stelt dat bij de verkoop van medicatie wel winst mag worden nagestreefd: “Farmaceuten en groothandels willen zeker winst maken op hun producten. En ook de verstrekker van de geneesmiddelen aan de patiënt – de apotheker – mag een winstmarge hanteren.” De winstmarge is echter niet ongelimiteerd: “De apotheker heeft zich te houden aan de afspraken met de zorgverzekeraars over de te leveren geneesmiddelen en de prijs die daarvoor in rekening mag worden gebracht”. Buijsen legt uit dat het hier in de casus van de arts niet om ging: “Het ging niet om de winst van de voorschrijver op de verkoop van Ozempic, maar om het verkopen van het voorschrift zelf.”
Hoe kan worden opgetreden tegen de acties van de arts?
De arts op Marktplaats schreef Ozempic voor zonder consult of het vragen naar de medicatiegegevens van de patiënt. Hiermee overtreedt de arts artikel 67 van de Geneesmiddelenwet. “De IGJ kan overtreders een bestuurlijke boete opleggen”, vertelt Buijsen. “Twee keer een bestuurlijke boete levert een economisch delict op, een strafbaar feit, dat kan worden bestraft met een hechtenis of een geldboete. Bij herhaling komt dus het strafrecht in beeld.”
Het gedrag van de arts kan volgens Buijsen in eerste instantie bestuurs- en tuchtrechtelijk worden opgepakt. Bestuursrechtelijk kan de overtreder worden beboet. Het wettelijke tuchtrecht voor de gezondheidszorg is eveneens van toepassing, aangezien het een BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaar – namelijk een arts – betreft. Buijsen: “Als de IGJ besluit deze zaak na onderzoek voor de tuchtrechter te brengen, mag voor de betrokkene het ergste worden gevreesd. Dergelijk gedrag ondermijnt het vertrouwen dat de samenleving in artsen moet kunnen stellen. Mij zou het niet verbazen dat een tuchtrechter de beroepsbeoefenaar in kwestie haar titel van arts zou ontnemen. En dan is het einde carrière.”
- Professor
- Meer informatie
Zie het fragment van RTL Nieuws van 30 mei hier.
Zie het artikel van RTL Nieuws hier.
Vind je dit onderwerp interessant? Dan is de master Recht van de Gezondheidszorg mogelijk iets voor jou!
Tijdens deze unieke master zal je jouw juridische kennis toepassen op actuele medische en ethische vraagstukken. Denk bijvoorbeeld aan de verhoudingen tussen patiënten en zorgverzekeraars (zorgverzekeringsrecht), de rol van het strafrecht in de zorg en het juridische aspect bij technologische ontwikkelingen in de zorg. Wil je meer weten over de master? Lees dan hier meer.Wil je meer inzicht krijgen in de wereld van medisch-juridische vraagstukken? Luister nu de aflevering 'Draagmoederschap door de tijd: een juridische en maatschappelijke blik' van de podcast 'De zitting', geproduceerd door Erasmus School of Law. In deze aflevering bespreekt onder andere Martin Buijsen, hoogleraar Gezondheidsrecht, het wetsvoorstel 'Wet kind, draagmoederschap en afstamming'. De aflevering is te beluisteren op Spotify.