Promotie A.A. (Arno) Macken

Hieronder volgt een korte samenvatting van het proefschrift:

Dagelijkse activiteiten zoals eten, aankleden en wassen zijn afhankelijk van goed functionerende armen. Bij ernstige schouder- en elleboogproblemen kan een gewrichtsvervanging (prothese) nodig zijn om pijn te verlichten en de arm weer bruikbaar te maken. Dit onderzoek richt zich op het verbeteren van de resultaten van schouder- en elleboogprotheses.
Elleboogprotheses
De redenen voor een elleboogprothese zijn veranderd: waar vroeger reumatoïde artritis de belangrijkste oorzaak was, zijn dat nu vaker botbreuken of andere traumagerelateerde klachten. Het kiezen van de juiste behandeling is cruciaal. Voor de nazorg blijkt één simpele vraag over de elleboogfunctie vaak genoeg, wat de controle minder belastend maakt.
Toch is de duurzaamheid van elleboogprotheses beperkt. Na vijf jaar werkt 91% van de protheses nog goed. Problemen zoals loslating, infecties en slijtage komen voor, wat betekent dat andere behandelingen beter zijn voor jongere patiënten.
Schouderprotheses
De omgekeerde schouderprothese wordt veel gebruikt bij ernstige schade, zoals gescheurde pezen of slijtage door artrose. Chirurgen kunnen kiezen uit verschillende operatietechnieken, met vergelijkbare resultaten. Minder ervaren chirurgen kunnen zich beter specialiseren in één aanpak, terwijl ervaren artsen per patiënt een methode kunnen kiezen.
Voor betere plaatsing van de prothese blijkt een grotere maat implantaat vaak even effectief én goedkoper dan andere opties. Na tien jaar functioneert 94% van de schouderprotheses nog goed, wat deze behandeling vooral geschikt maakt voor oudere patiënten.
Conclusie
Dit onderzoek helpt om schouder- en elleboogprotheses efficiënter, duurzamer en patiëntvriendelijker te maken, met als doel een betere kwaliteit van leven voor patiënten.