Mariangela Lavanga groeide op in een klein stadje in Italië, ver weg van de huidige 'fast fashion'-trends. "Als kind hadden we nog nooit van 'fast fashion' gehoord. Kleren werden gekoesterd en hersteld, niet weggegooid", zegt ze. Omdat er niet voortdurend nieuwe kleren konden worden gekocht, moesten haar zussen en zij creatief zijn. "Het was het elke week weer spannend om naar de markt te gaan en schatten te zoeken tussen de tweedehands kleding. Onze creativiteit werd gevoed door ons enthousiasme om die kleren een nieuw leven te geven." Deze vroege kennismaking met duurzaamheid heeft een blijvende invloed gehad op Lavanga en haar weggevoerd van haar studie economie naar het snijvlak van cultuur, creativiteit en mode.
"Toen ik aan het eind van mijn tienerjaren voor het eerst in aanraking kwam met een fast fashion-winkel, was dat een openbaring", zegt Lavanga. "Het enorme aanbod van betaalbare kleding was ongelooflijk, maar riep ook vragen bij mij op over duurzaamheid en consumptiecultuur." Deze ervaringen brachten haar ertoe zich te verdiepen in de duurzaamheidstransitie in mode en textiel, een onderbelichte onderwerp in de academische wereld. Als universitair hoofddocent Cultural Economics and Entrepreneurship aan Erasmus Universiteit Rotterdam, richt Lavanga zich momenteel op de dringende behoefte aan duurzame praktijken in de mode en benadrukt ze de rol van culturele en creatieve sectoren bij het realiseren van systemische verandering.
De donkere kant van de mode
De mode-industrie bevindt zich momenteel op een kritiek punt en moet dringend de schadelijke effecten van overproductie en overconsumptie aanpakken. Er komt razendsnel en tegen bodemprijzen nieuwe hippe kleding op de markt. Dit heeft geleid tot enorme volumestijgingen, resulterend in het meest urgente probleem van de industrie: haar gigantische CO2-voetafdruk. "De impact van fast fashion op het milieu is onvoorstelbaar", legt Lavanga uit. "Van waterintensieve katoenteelt tot het gebruik van giftige kleurstoffen en de enorme hoeveelheid kleding die op de vuilnisbelt belandt: de industrie moet dringend een omslag maken."
Aarde en mensen zijn de dupe
Maar niet alleen de aarde heeft te lijden. Achter die bodemprijzen gaan arbeiders schuil die werken onder schrijnende omstandigheden. "De menselijke kosten van de mode- en textielindustrie mogen niet worden genegeerd", benadrukt Lavanga. "Veel werknemers maken te lange werkdagen, verdienen een schijntje en werken in onveilige omgevingen." De niet aflatende druk om goedkopere kleding te produceren houdt deze oneerlijke praktijken in stand en toont aan dat er dringend behoefte is aan ingrijpende veranderingen. Door deze dringende uitdagingen rechtstreeks aan te pakken, wil Lavanga de mode-industrie en consumenten een groenere toekomst bieden.
"Onze creativiteit werd gevoed door ons enthousiasme om tweedehands kleren een nieuw leven te geven"
Mariangela Lavanga
Associate Professor of Cultural Economics and Entrepreneurship (ESHCC)
Tijd voor transformatie
Lavanga heeft een missie om de transitie van de mode- en textielindustrie naar grotere duurzaamheid te versnellen. Met haar onderzoek duikt ze diep in de problemen waarmee de industrie kampt, en stelt ze transformerende oplossingen voor. Lavanga hamert op de noodzaak van substantiële en systemische veranderingen: van het bestrijden van de milieuproblematiek en overproductie tot het verbeteren van slechte arbeidsomstandigheden. Wat we nu zien is dat veel initiatieven stapsgewijze veranderingen voorstellen, zoals het verbeteren van transparantie en etikettering, het gebruik van gerecyclede vezels, terugnamesystemen en textielrecycling. Maar er is meer nodig: "We moeten de totale hoeveelheid kleding en textiel die we verbruiken, terugdringen en de industrie opnieuw inrichten", stelt ze.
Menselijk en ecologisch welzijn in plaats van groei
Deze nieuwe inrichting vereist dat we nieuwe prioriteiten stellen, waarbij we ons niet langer richten op groei, maar op menselijk en ecologisch welzijn. Lavanga en haar collega’s van het Institute of Sustainable Futures (University of Technology Sydney) en de Universiteit van Lund hebben het concept van de 'Welzijnsgarderobe' ontwikkeld, als hulpmiddel om eerlijkheid te bevorderen, grenzen te stellen, nieuwe indicatoren te creëren, rechtvaardig bestuur te waarborgen en rechtvaardige uitwisselingssystemen op te zetten. "Ons doel is om het idee van fast fashion ter discussie te stellen en praktijken te bevorderen die niet alleen duurzaam zijn, maar ook sociaal rechtvaardig", aldus Lavanga. Stel je de implementatie voor van milieubewuste ontwerpopdrachten, het stoppen van de export van textielafval, het garanderen van eerlijke lonen en het bevorderen van kledingruil en reparatiediensten.
Het idee van fast fashion ter discussie stellen
Lavanga benadrukt het belang van lokale productie en het gebruik van duurzame materialen: "Textiele ecosystemen moeten lokaal en regeneratief zijn, de ecologische voetafdruk verminderen en duurzaamheid vanaf de basis bevorderen", stelt ze. Via het Horizon Europe project ‘FABRIX’ willen Lavanga en haar partners in het consortium lokale, regeneratieve textielecosystemen versterken door textiel- en kledingproducenten in steden als Rotterdam en Athene in kaart te brengen. "We zijn bezig een digitaal platform te creëren om de samenwerking te bevorderen en de productie van circulaire mode te versnellen", legt Lavanga uit. Deze aanpak vraagt om nauwe samenwerking tussen verschillende belanghebbenden om de sector te transformeren.
Lavanga is voorstander van een transformerende benadering van modeproductie en ‑consumptie door de kloof tussen de academische wereld en de industrie te overbruggen. Haar inspanningen zijn niet alleen theoretisch van aard maar bieden tastbare oplossingen waarmee duurzaamheid en ethiek worden verankerd in de industrie. "De toekomst van de mode wordt bepaald door ons vermogen om op duurzame en rechtvaardige wijze te innoveren", aldus Lavanga, waarbij ze zich een modewereld voorstelt die zowel mensen als de planeet op waarde schat.
Samenwerken voor daadwerkelijke verandering
Lavanga benadrukt de kracht van samenwerking: "De sector is geografisch en qua kennis en expertise sterk gefragmenteerd. Om echte verandering teweeg te brengen, moeten we samenwerking stimuleren." Ze erkent dat het gemakkelijk is om over samenwerking te praten, maar dat daadwerkelijke samenwerking vraagt om vertrouwen en de bereidheid om middelen te delen. "Het gaat erom dat we ons realiseren dat we het wiel niet telkens opnieuw kunnen uitvinden. We hebben behoefte aan een gecoördineerde inspanning, waarbij we gebruikmaken van open-source expertise en gedeelde innovaties", legt ze uit, waarmee ze de hoop uitdrukt om te komen tot een verenigde industrie die werkt aan een gemeenschappelijk doel.
"De rol van de modeontwerper verandert"
Mariangela Lavanga
Associate Professor of Cultural Economics and Entrepreneurship (ESHCC)
Volgens Lavanga kan de academische wereld, gezien haar onafhankelijke positie, een sleutelrol spelen in de transformatie van de industrie. "Om daadwerkelijk een overgang tot stand te brengen, moeten onderwijs, onderzoek en industrie de handen ineen slaan", benadrukt ze. Deze filosofie komt duidelijk naar voren in de verschillende initiatieven die ze heeft genomen om de samenwerking in de textiel- en kledingproductiesectoren te bevorderen. Bijvoorbeeld in het FABRIX-project: "We brengen lokale producenten in kaart, ondersteunen hen bij het maken van verschillende productiekeuzes en bieden financiering aan kleine en middelgrote ondernemingen om duurzame samenwerkingsverbanden te stimuleren. In deze stadscentra draait alles om het versnellen van circulaire mode", legt Lavanga uit.
Een proeftuin voor circulaire mode
Ze is momenteel bezig met het opzetten van het Just Fashion Transition Lab. In deze fysieke ruimte hebben de academische wereld, politiek en de industrie inzicht in elkaars rol en invloed en werken ze samen om de transitie te versnellen. Deze dynamische ruimte moedigt samenwerking aan door de sector en beleidsmakers in staat te stellen problemen aan te kaarten die rechtstreeks door de academische wereld en het onderwijs aangepakt kunnen worden. Haar initiatieven dienen als proeftuin voor circulaire mode, waarbij hergebruik, recycling en upcycling van materialen worden gestimuleerd om afval te verminderen. Lavanga’s visie van een collaboratieve, open-source aanpak is essentieel om de systemische veranderingen tot stand te brengen die nodig zijn voor een duurzamere en rechtvaardiger mode-industrie. Om deze transformatie te bewerkstelligen, moeten we ons ook richten op het opleiden van de volgende generatie professionals in de mode- en textielindustrie.
De professionals van morgen opleiden
De toekomst van de mode rust op de schouders van transformatief onderwijs. Volgens Mariangela Lavanga ligt de sleutel in het opleiden van onze toekomstige professionals. De Erasmus Universiteit Rotterdam heeft hierin het voortouw genomen door in de masteropleidingen van de Erasmus School of History, Culture and Communication verschillende vakken over mode aan te bieden, alsmede met de eerste universitaire Minor Fashion Industry in Nederland. Deze minor is interdisciplinair en staat open voor studenten van alle faculteiten van de Erasmus Universiteit, de TU Delft en de Universiteit van Leiden. Lavanga merkt op: "In de loop der jaren hebben we onder de studenten die deze minor volgen, een verandering waargenomen, waarbij ze steeds meer nadenken over de gevolgen van de mode- en textielindustrie voor het milieu en de samenleving."
In deze minor krijgen studenten inzicht in de culturele, economische en bedrijfsgeschiedenis alsmede in mediaperspectieven in de mode. Ze worden geconfronteerd met cruciale vraagstukken als klimaatverandering, verlies van biodiversiteit en sociale rechtvaardigheid. In de minor leren studenten hoe ze een balans kunnen vinden tussen de maatschappelijke impact en de milieu-impact van mode, waarbij wordt gezocht naar holistische oplossingen. Oud-student Jana van den Bergen: "Duurzaamheid gaat over innovatie en een mentaliteitsverandering. We hebben nieuwe processen nodig en een open houding om deze technologieën toe te passen."
"Studenten worden opgeleid om ontwerpers te ondersteunen bij het sneller duurzaam maken van hun activiteiten"
Mariangela Lavanga
Associate Professor of Cultural Economics and Entrepreneurship (ESHCC)
"De rol van een modeontwerper evolueert," merkt Lavanga op. "De huidige generatie ontwerpers moet bij grote bedrijven aandringen op duurzamere praktijken. Onze studenten worden opgeleid om ontwerpers te ondersteunen bij het sneller duurzaam maken van hun activiteiten. Deze allesomvattende benadering stelt studenten in staat om traditionele praktijken ter discussie te stellen en baanbrekende, niet op exploitatie gerichte methoden van modeproductie, ‑distributie en ‑consumptie te ontwikkelen. Er ontwikkelen zich goede praktijken, maar we moeten deze inspanningen versterken en ervoor zorgen dat ze niet overschaduwd worden." Daarom is de gemeente Rotterdam, in het bijzonder Rotterdam Circulair, een cruciale partner in zowel hun onderwijs- als onderzoeksprogramma’s, waarmee deze waarden verder worden verankerd in de gemeenschap. De laatste cruciale stap is de consument over te halen te kiezen voor wat het beste is voor onze aarde.
Jouw kracht in mode
Stel je voor dat je elke keer dat je winkelt een verschil maakt. Mariangela Lavanga benadrukt dat ook consumenten in staat zijn om de mode-industrie in een duurzamere richting te sturen. "Consumenten moeten zich bewust zijn van de volledige levenscyclus van hun kleding", stelt Lavanga. Jouw keuzes kunnen kledingmerken stimuleren om groenere praktijken toe te passen en er ethische normen op na te houden. Momenteel ontbreekt het de mode-industrie nog aan strenge regelgeving, waardoor merken zonder noemenswaardige represailles schadelijke producten kunnen blijven produceren en verkopen. Lavanga pleit voor strikte richtlijnen die ervoor zorgen dat meer merken en consumenten zich aan duurzame praktijken houden. Strengere regels kunnen helpen om beter geïnformeerde, milieuvriendelijke keuzes te maken. De weg is lang en complex, maar het is een spannende tijd van transformatieve en innovatieve verandering, zowel in productie als consumptie.
Ook sociale media vormen een krachtig hulpmiddel. Hoewel fast fashion vaak wordt gepromoot op platformen als Instagram en TikTok, kunnen ze ook worden ingezet om bewustzijn over duurzame mode te vergroten. Lavanga denkt dat sociale media bij uitstek geschikt zijn om gebruikers te informeren over betere materialen, ethische merken en de impact van hun keuzes op het milieu. "We moeten de invloed van sociale media inzetten om consumenten voor te lichten over duurzame mode en ze ertoe aan te zetten deze te kopen", benadrukt ze.
Jouw bewuste keuzes en steun voor duurzame merken kunnen ervoor zorgen dat de industrie meer ethische en milieuvriendelijke praktijken toepast. "Elke aankoop is een uiting voor het soort wereld waarin we willen leven", besluit Lavanga, en benadrukt de invloed die je hebt om daadwerkelijke veranderingen in de mode-industrie tot stand te brengen. Door beter geïnformeerd en bewuster te zijn, kun jij de weg wijzen naar een duurzamere en rechtvaardiger modewereld.
- Universitair Hoofddocent
- Meer informatie
Mariangela Lavanga is universitair hoofddocent Culturele Economie en Ondernemerschap aan de afdeling Kunst- en Cultuurwetenschappen van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Ze is de Academic Lead on Fashion Sustainability Transition bij het Design Impact Transition (DIT) platform. Daarnaast is ze academisch coördinator van de MA in Cultural Economics and Entrepreneurship en medeoprichter en coördinator van de Minor Fashion Industry.
Meer wetenschapsverhalen? Kijk op ons online magazine Erasmus Extra.
- Gerelateerde content