Nieuwe EUC pilotcursus om kritische wereldburgers te vormen
In juli 2020 voltooide Ward Vloeberghs, Erasmus University College (EUC), het innovatieproject Critical world citizenship. Dit innovatieproject is ondersteund door de Community for Learning and Innovation (CLI).
In de eerste helft van 2020 organiseerde het EUC een pilotcursus over kritisch wereldburgerschap die werd opgezet als een academische uitwisseling met de School of International Relations (SIR) in Teheran, Iran.
Het was aanvankelijk de bedoeling met EUC-studenten naar Teheran te reizen en vervolgens SIR-studenten als gasten in Rotterdam te verwelkomen. Zoals zovelen, moesten ook wij echter vanwege het coronavirus het uitwisselingsprogramma aanpassen en het in een online format gieten.
In de eerste helft van 2020 organiseerden wij als EUC een pilotcursus over kritisch wereldburgerschap die werd opgezet als een academische uitwisseling met de School of International Relations (SIR) in Teheran, Iran.
Het was aanvankelijk de bedoeling met EUC-studenten naar Teheran te reizen en vervolgens SIR-studenten als gasten in Rotterdam te verwelkomen. Zoals zovelen, moesten ook wij echter vanwege het coronavirus het uitwisselingsprogramma aanpassen en het in een online format gieten.
In samenwerking met SIR stelden we een digitaal tiendaags uitwisselingsprogramma samen, dat resulteerde in interactieve online sessies van 22 uur in totaal. Om de voor deze uitwisseling benodigde achtergrondkennis en vaardigheden te bieden, organiseerden het EUC en SIR een voorbereidende module om onze studenten vertrouwd te maken met de vraagstukken rond de staat en samenleving van het ‘land van bestemming’.
Het programma werd inhoudelijk opgebouwd rond vijf thema’s die van belang zijn voor een beter begrip van Iran en Nederland:
- Bestuur
- Economie
- Samenleving
- Cultuur
- Geopolitieke situatie
Procesmatig gezien is het programma gebaseerd op vijf waarden om daadwerkelijke uitwisseling te waarborgen die verder gaat dan een klassiek landenprofiel of passieve sightseeing:
- Kritisch wereldburgerschap
- Interculturele communicatie
- Wederzijdse uitwisseling
- Diversiteit
- Bruikbaarheid
De opdrachten voor deze cursus (5 ECTS) zijn bedoeld om over elkaars landen te leren en tegelijkertijd kritisch na te denken over de eigen samenleving. Zo maakten studenten informatiebladen waarop zij grafisch alle materialen samenvatten voor een van de vijf onderwerpen. Deze documenten dienden tijdens de uitwisseling als onze ‘collectieve reisgids’. Na de digitale uitwisseling maakten de studenten ook een korte video of podcast waarin zij de digitale uitwisseling bekeken door de lens van een van de proceswaarden van het programma.
Dit programma is bedoeld om een gat in het EUC-onderwijsprogramma te vullen door studenten kritisch wereldburgerschap op een projectmatige manier in praktijk te laten brengen in een veilige, academisch verantwoorde omgeving die op hun professionele toekomst is afgestemd, dat wil zeggen gekenmerkt door menselijke diversiteit en verschillende, ogenschijnlijk tegenstrijdige voorkeuren.
Het EUC wil studenten opleiden tot burgers die het geleerde in praktijk brengen en die kritisch nadenken over hun eigen acties en samenleving, zich bewust van hun kosmopolitische rol en verantwoordelijkheid. We bieden momenteel veel vakken om kennis, inzicht en vaardigheden over te dragen om kritisch wereldburgerschap te bevorderen. De gelegenheid om dit binnen ons curriculum in praktijk te brengen is echter nog steeds zeer beperkt. Dit programma draagt bij om in deze leemte te voorzien door studenten een veilige plek te bieden waar zij een kritische wereldburger kunnen zijn in een interculturele setting.
Deze opleiding is bovendien bedoeld om studenten ervan bewust te maken dat zij in hoge mate verantwoordelijkheid dragen voor hun eigen onderwijsproces. Met uitgebreide begeleiding en feedback gaven we studenten de ruimte om tijdens digitale mobiliteit het heft in handen te nemen, bijvoorbeeld door hen te laten beslissen op welk onderwerp zij zich wilden richten, welk format hun sessie moest hebben en welke leerresultaten zij wensten. Dit leidde vaak tot kleinschalig, zeer intensief onderwijs, dat voortbouwde op hun intrinsieke motivatie en interesses.
Hoewel dit programma meer haken en ogen had dan oorspronkelijk verwacht, was het voor ons allen een daadwerkelijke oefening in het uitoefenen van wereldburgerschap in een interculturele setting. Deze ervaring is een aanwinst voor de opleiding van onze studenten gebleken en zal tijdens hun loopbaan van waarde blijven. Zij hebben dan namelijk als kritische wereldburgers hun vaardigheden nodig als ze met collega’s met andere opvattingen en achtergronden te maken krijgen.
Behalve het feit dat zij meer kennis opdoen over Iran en Nederland, hebben de studenten met overdraagbare vaardigheden gewerkt die voor wederzijdse uitwisseling uniek zijn. Deze vaardigheden omvatten onder meer kritisch communiceren over culturele grenzen heen, verantwoordelijkheid nemen voor het organiseren van de eigen digitale werkcolleges en leren anderen toe te staan kritisch naar hun eigen staat en samenleving te kijken.
Daarmee willen we niet zeggen dat het programma en het format perfect waren. We moeten beseffen dat een dergelijke oefening haar beperkingen heeft. Ofschoon er geen twijfel bestaat dat wij allemaal baat bij dit programma hebben gehad, weten we ook dat niemand van ons na dit programma te hebben voltooid het kritisch wereldburgerschap in een interculturele setting meester is. We kregen te maken met hindernissen en zaken die ons doordrongen van het feit dat de uitoefening van kritisch wereldburgerschap lastig is en de hoge mate waarin zij haar weerslag heeft op het leven van alledag. Vroeg in het programma kregen we bijvoorbeeld te maken met een video afkomstig van de Iraanse staatsmedia waarin de individualistische Europese corona-aanpak als een mislukking werd gepresenteerd. Velen van ons voelden zich beledigd en zagen dit als een propagandistische verkeerde voorstelling van onze samenleving. De ware uitdaging was dat wij moesten laten zien dat we het niet met dergelijke video’s eens waren terwijl we het gesprek voortzetten op basis van wederzijds begrip en respect. Dit vormde werkelijk een obstakel waarmee we aanvankelijk veel moeite hadden.
Het was ons streven studenten de mogelijkheid te geven kritisch wereldburgerschap in werkelijke omstandigheden te implementeren. Terugblikkend denken we dat de werkelijkheid voor de deelnemers het grootste obstakel vormde maar ook de grootste beloning: het vermogen door te zetten ondanks ontmoedigende omstandigheden.
Vanaf het begin ondervonden we dat het opzetten van een uitwisseling als deze met Iran grote overtuigingskracht en geestelijke flexibiliteit vereist om met onbekende variabelen om te gaan (veilig reizen, politieke onrust, als instelling baanbrekend werk verrichten, enz.). De pandemie en het feit dat dit een pilotcursus was, maakten dit programma er niet gemakkelijker op. Naar verluid heeft een genie ooit gezegd dat iemands intelligentie kan worden afgemeten aan diens vermogen met onzekerheden om te gaan. In dat opzicht kunnen onze deelnemers zeker doorgaan voor intelligente personen.
Gelet op de problemen die we hebben ervaren, zijn we er sterker dan ooit van overtuigd dat studenten een mogelijkheid bieden om het geleerde in een niet-vertrouwde culturele context in praktijk te brengen waarde toevoegt aan ons onderwijsprogramma. Tevens zijn we van mening dat het cruciaal is om dat op kleine schaal te doen (aan deze cursus namen zes studenten deel, terwijl een typische EUC-cursus twaalf deelnemers telt), zodat de uitwisseling als pedagogische techniek (immersie) persoonlijk, authentiek en haalbaar blijft.
Het einddoel van de studenten maakt dit programma anders dan een ‘normale’ EUC-cursus. In plaats van te werken naar een tentamen of schriftelijke opdracht, moesten de studenten hun kennis en vaardigheden met betrekking tot interactie met Iraanse collega’s toepassen in de praktijk. Als zodanig bood dit programma studenten een primeur in wat het EUC hun wil leren: kritische wereldburgers zijn.
Op grond van onze ervaringen met dit programma hebben we drie suggesties:
Studenten ervan bewust maken dat zij in hoge mate verantwoordelijkheid dragen voor hun eigen onderwijs kan heel goed werken. Studenten de kans geven de onderwerpen en formats te ontwerpen (binnen bepaalde parameters) die zij interessant of relevant vinden, leidt tot echte betrokkenheid, hoge intrinsieke motivatie en uiteindelijk beter onderwijs.
Daarmee verandert ook de rol van het onderwijzend personeel. De studenten wordt niet opgedragen zich met stof bezig te houden die uitsluitend door ons wordt gekozen. Tijdens de digitale uitwisseling moesten wij onze drang alles te willen beheersen loslaten. Dit leidde ertoe dat onze rol er veeleer een was van begeleider die studenten tijdens het proces hielp hun eigen onderwijsproces te structureren.
Uit deze kleinschalige, door studenten geleide benadering ontstond een relatief horizontale professionele groepsdynamiek op basis van een hoge mate van wederzijds vertrouwen en respect. Deze dynamiek verschilt van die van andere ‘normale’ cursussen en zorgde dat de identiteit en persoonlijkheid van individuele studenten tijdens het proces naar voren kwamen.
Zorg dat de uitwisseling werkelijk in twee richtingen verloopt en geen éénrichtingsverkeer is. In plaats van leren wat er in Iran goed en fout gaat, leek het ons goed te kijken wat wij over de (Nederlandse) samenleving leren door de basisprincipes daarvan aan onze Iraanse collega’s uit te leggen.
Tijdens de uitwisseling met SIR leerden we de waarde van luisteren als belangrijke academische oefening. Ofschoon het belangrijk blijft om kritisch ten aanzien van anderen te zijn, denken we dat onmiddellijk kritiek uiten soms overschat wordt in vergelijking met luisteren en ervaren als noodzakelijke elementen in een kritisch gesprek op basis van wederzijds begrip en respect. Dat wil niet zeggen dat opkomen voor je mening moet worden afgeschaft, maar dat het wellicht doeltreffender is om eerst de dialoog aan te gaan en vervolgens uit te leggen waarom je het ergens niet mee eens bent of waarom je iets afwijst.
Kritisch zijn ten aanzien van de buitenwereld is slechts een onderdeel van wat het betekent om een kritische wereldburger te zijn. Kritisch jegens jezelf zijn en toestaan dat anderen kritisch tegenover jou zijn is een belangrijke tweede stap.
Als je studiebezoeken organiseert, overweeg dan de mogelijkheid daarvan een proces in twee richtingen te maken. Bedenk in plaats van over je doelgroep te leren hoe die doelgroep jou iets kan leren. Zelfs als er niet duidelijk ‘een ander’ is om naar te luisteren, is het altijd waardevol een element van zelfbeschouwing en kritische (zelf)evaluatie in je onderwijs in te bouwen.
Op bepaalde momenten in onze uitwisseling kregen we te maken met frustratie, misverstanden en confrontatie. Sommige van deze gevoelens hielden aan tot het einde van het programma en betekenden dat studenten niet het idee van afsluiting (dat wil zeggen, zich een vaardigheid hadden eigen gemaakt) hadden bij de voltooiing van het programma. Wij menen echter dat het belangrijk is te vermelden dat we van niemand verwachten dat zij dit programma voltooien als meesters in bijvoorbeeld interculturele communicatie. In dit geval ging het om de ervaring van het potentieel en de beperkingen van communicatie over culturele grenzen heen. Met andere woorden, de reis zelf is het doel.