Fabian Amtenbrink (50) en René Repasi (39) doen al enkele jaren zowel individueel als samen onderzoek naar de juridische, economische en politieke consequenties van brexit. Ook al vóór het beslissende referendum in 2016. “Brexit is het domste idee sinds de Tweede Wereldoorlog. Niemand wint.”
TEKST: Marieke Poelmann
ILLUSTRATIE: Margot Vlamings
Dit interview vond plaats in juli 2019: drie maanden voor het gestelde ultimatum voor een brexit-akkoord van 31 oktober. Na de publicatie van dit artikel in ea. is de uittredingsdatum verplaatst naar vrijdag 31 januari.
Op 23 juni 2016 besloot een kleine meerderheid van de Britse bevolking in een referendum dat het Verenigd Koninkrijk zich uit de Europese Unie moet terugtrekken. “Sindsdien proberen Britse en Europese onderhandelaars het onmogelijke mogelijk te maken”, zegt Amtenbrink. “Terwijl het Verenigd Koninkrijk probeerde volledige controle over alle rechtsgebieden terug te krijgen en toegang tot de interne markt van de EU te behouden, wilde de EU vrij verkeer beschermen en grenscontrole op het Ierse eiland vermijden.” Volgens Repasi een onmogelijke missie, die uiteindelijk leidde tot een weigering van de terugtrekkingsovereenkomst door het Britse Lagerhuis. “Het gevaar van een harde brexit zonder deal is groter dan ooit tevoren”, zegt Amtenbrink.
Hoe zijn jullie op elkaars pad gekomen?
Repasi: “In 2014 was er een conferentie in Den Haag over de Europese Economische en Monetaire Unie waar we allebei spraken. We raakten in gesprek en stelden vast dat we in soortgelijke wetenschappelijke onderwerpen zijn geïnteresseerd. Fabian was toen al hoogleraar aan de Erasmus Universiteit en ik maakte plannen om naar Nederland te verhuizen.”
Amtenbrink vult aan: “We waren bezig met de oprichting van het European Research Centre for Economic and Financial Governance (EURO-CEFG): een samenwerking van de universiteiten van Leiden, Delft en Rotterdam. Er was ruimte voor een postdoctorale plek die goed bij René paste. Zo is onze samenwerking begonnen.”
“Britse en Europese onderhandelaars hebben geprobeerd het onmogelijke mogelijk te maken”
Hoe leidde die samenwerking tot onderzoek naar brexit?
Repasi: “Binnen het EURO-CEFG onderzochten we juridische, economische en politieke kwesties rond de Europese schuldencrisis. Begin 2016 kwam er een aanvraag binnen van het Europees Parlement om onderzoek te doen naar de ‘new settlement deal’ tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU. Zodoende begonnen we over brexit en de mogelijke gevolgen na te denken, dus nog voor het daadwerkelijke brexit-referendum.”
Wat waren destijds jullie verwachtingen van het brexit-referendum?
Amtenbrink: “Je kunt je achteraf heel slim voordoen en stellen dat je het allemaal zag aankomen, maar dat is niet waar. In eerste instantie hield ik een pro-brexit meerderheid niet voor mogelijk. Dat gevoel hield aan tot een dag voor het referendum. Ik was in het VK voor een wetenschappelijk conferentie en de Britse collega-hoogleraar van de organiserende universiteit was afwezig. Ik vroeg waar hij was. “Die staat te flyeren voor een verblijf van Groot-Brittannië in de EU”, was het antwoord. Toen pas wist ik hoe laat het was.”
“Ook ik zag het niet aankomen”, zegt Repasi. “De dag voor het referendum hebben we voor het EURO-CEFG nog twee blogs voorbereid: eentje voor elk scenario. We waren er echt niet zeker van wat er precies zou gebeuren.”
“Het verspreiden van onwaarheden rond de gevolgen van brexit is een groot probleem in het VK”
Wat zijn de belangrijkste bevindingen van jullie onderzoeken?
Amtenbrink: “Er zijn verschillende aspecten en verschillende scenario’s: juridisch, economisch en politiek. Een belangrijk politiek gevolg van brexit is natuurlijk dat het haaks staat op idee van Europese integratie. Je zou kunnen zeggen dat op het moment dat Artikel 50 werd geïntroduceerd in het Verdrag betreffende de EU, de deur tot uittreding op een kier is gezet.
Het verspreiden van onwaarheden rond de gevolgen van brexit is een groot probleem in het VK. Aan ons als wetenschappers de taak om de feiten en cijfers op een rij te zetten en de daadwerkelijke juridische, economische en politieke gevolgen te analyseren. Voor burgers, voor ondernemingen, voor de overheid en voor de economie.”
“In het grotere plaatje zien wij dat in het dagelijks leven iedereen het slechter krijgt door brexit”, voegt Repasi toe. “Het is het domste idee sinds de Tweede Wereldoorlog omdat niemand wint. De Britten verliezen, maar het hele continent verliest mee. Het hele idee van een Europese Unie was om te vermijden dat we terug zouden gaan naar een klimaat van verdeeldheid. Ik zeg niet dat er oorlog komt, maar dit is wel een rampscenario.”
Wat betekent brexit voor studenten?
“Wij advocaten zeggen altijd: dat hangt er vanaf”, zegt Amtenbrink. “We weten nog steeds niet of het Britse Lagerhuis uiteindelijk de terugtrekkingsovereenkomst zal accepteren, of dat we eindigen met een harde brexit. In het eerste geval zullen de rechten van studenten tot eind 2020 hetzelfde blijven als nu. Daarna zal een toekomstige overeenkomst tussen het VK en de EU deze kwesties behandelen. In het laatste geval stoppen alle rechten voor EU-studenten in het VK en Britse studenten in de EU.”
“Daarom hebben zowel de EU als de lidstaten noodvoorschriften aangenomen”, zegt Repasi. “Die maatregelen beschermen elke student die op het moment van brexit in een uitwisselingsprogramma zit om zijn of haar studie af te maken. EU-financiering zal ook worden gegarandeerd op voorwaarde dat het VK in 2019 de EU-begroting betaalt.”
“Het einde van uitwisselingsprogramma's voor studenten en wetenschappers vanwege brexit zal een enorm intellectueel verlies zijn”, concludeert Amtenbrink.