Door de oorlog in Oekraïne liggen niet alleen de inwoners van het land onder vuur, maar ook de graanschuur van een groot deel van de wereld. Als de oorlog geen halt wordt toegeroepen, zullen de graanprijzen stijgen. Met name kwetsbare landen in Afrika zullen hier extreem onder lijden. De oorlog illustreert hiermee, net zoals de coronapandemie, hoe sterk we als landen mondiaal met elkaar verweven zijn. Welke effecten hebben dergelijke crises op al bestaande ongelijkheid? Op 17 maart lanceert het International Institute of Social Studies (ISS) van de Erasmus Universiteit het boek ‘COVID-19 en internationale ontwikkeling’ (Springer, 2021), een boek waarin onderzoekers de niet getoonde gezichten van de coronapandemie in lagelonenlanden belichten.
Tijdens de boeklancering op 17 maart in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam gaan onderzoekers van ISS in gesprek met gasten afkomstig uit verschillende plekken van de wereld. Welke gevolgen heeft de pandemie gehad op armoede, het globale financiële systeem, onderwijs, klimaat en water in bepaalde delen van de wereld? Welke lessen kunnen we hieruit trekken, voor deze en andere crises, zoals deze dagen het conflict in Oekraïne?
De oorlog in Oekraïne toont ons nu hoe dit conflict een domino-effect kan hebben op onze wereldwijde voedselvoorziening en -prijzen. Tijdens de coronapandemie is ook gebleken dat een gezondheidscrisis van deze schaal de voedselvoorziening ernstig kan verstoren. Zo moesten sommige lagelonenlanden als gevolg van de coronapandemie meer voedsel importeren, waarmee ze afhankelijker werden van andere landen. En net zoals er nu wordt gesproken over het anders inrichten van de energieketen om minder afhankelijk te worden van Russisch gas, bleek de pandemie onbenutte kansen bloot te leggen op het gebied van grote, structurele veranderingen voor energie en klimaat. Zo treden er bij crises mechanismen in werking; ze tonen ons welke problemen we lange tijd geen aandacht hebben gegeven. Daarmee dwingen ze ons ook om naar onze eigen rol en verantwoordelijkheid te kijken. En sporen ze ons aan tot verandering. Maar de vraag is: wat gebeurt er vervolgens, en hoe zorgen we werkelijk voor verandering?
Het boek ‘COVID-19 en internationale ontwikkeling’ geeft aanbevelingen. Tijdens de boeklancering worden daarom naast academici en studenten ook beleidsmakers, politici en professionals werkzaam bij ngo’s van harte uitgenodigd en aangespoord het gesprek aan te gaan. Het eerste exemplaar van het boek zal worden aangeboden aan mevrouw Pascalle Grotenhuis, Directeur Sociale Ontwikkeling (DSO) bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Professor Elissaios Papyrakis (ISS), auteur en eindredacteur van het boek: ‘Het is belangrijk om oog te houden voor wat zich buiten onze landsgrenzen afspeelt. Niet alleen omwille van internationale solidariteit, maar ook omdat lokale oplossingen niet afdoende zijn om problemen op mondiale schaal op te lossen. Nu de coronapandemie in de westerse wereld een andere fase is ingegaan, zouden we bijna vergeten dat het economisch herstel voor veel lagelonenlanden nog een enorme uitdaging is, en nog lang niet is bereikt. Gezamenlijk moeten we hier het gesprek over aangaan. Het is belangrijk om niet achterover te leunen, maar de problemen die de pandemie heeft veroorzaakt of blootgelegd aan te pakken, en samen naar oplossingen te zoeken.’
- Professor
- Gerelateerde content