Vaccinatieplicht: kan dat juridisch?

Martin Buijsen

Kinderrechtenorganisatie KidsRights waarschuwde in juli voor een flinke daling in de kwaliteit van kinderzorg, waarbij Nederland twaalf plaatsen op de ranglijst zakte. Eén van de oorzaken voor deze daling is de afnemende vaccinatiegraad. Dit zorgt ervoor dat bij uitbraken van infectieziekten discussies over een mogelijke vaccinatieplicht weer oplaaien. Martin Buijsen, hoogleraar Gezondheidsrecht aan Erasmus School of Law, schreef over dit onderwerp in het maandblad van de juridische uitgeverij Ars Aequi. Buijsen gaat onder andere in op het Nederlandse vaccinatiebeleid, de rechten van burgers en de mogelijke consequenties van een dalende vaccinatiegraad.

Vaccinatie biedt bescherming tegen ernstige ziekten die door bacteriën, virussen, schimmels of parasieten worden veroorzaakt. Door een hoge vaccinatiegraad kan een gemeenschappelijke groepsimmuniteit bereikt worden, die niet alleen gevaccineerde personen beschermt, maar ook degenen die niet ingeënt zijn. In 2013 bereikte Nederland een vaccinatiegraad van 92 tot 99 procent voor alle vaccinaties, met uitzondering van HPV. Deze hoge vaccinatiegraad was het resultaat van het Rijksvaccinatieprogramma, dat als doel heeft om zoveel mensen te beschermen tegen infectieziekten. Ondanks dit programma is de vaccinatiegraad voor een aantal infectieziekten vanaf 2015 gedaald tot beneden de door de Wereldhandelsorganisatie (WHO) voor de meeste vaccinaties wenselijk geachte 90 procent. De WHO stelt dat de oorzaak hiervan vaccine hesitancy is. Dat betekent dat mensen minder bereid zijn of zelfs weigeren zich te laten vaccineren. “Dit fenomeen is niets nieuws”, zegt Buijsen. “We zien het al langer in kleine religieuze gemeenschappen, maar nu breidt het zich uit naar bredere lagen van de samenleving.”

Vaccinatie en fundamentele rechten

Er is een sociaal grondrecht op gezondheid dat op verschillende manieren wordt beschermd. Zo heeft Nederland de plicht infectieziekten te voorkomen en programma’s daarvoor te ontwikkelen en te implementeren. Deze wettelijke verplichting vloeit in dit geval voort uit het Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten. Buijsen legt uit dat het daarbij gaat om een progressieve verwerkelijking, inhoudende dat de vaccinatiegraad onder kinderen moet toenemen. Met deze verplichting komt ook het verbod op regressie: de vaccinatiegraad mag niet dalen. Als dat wel gebeurt, levert dat een schending van het verbod op regressie op.

Vavřička-zaak

Bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens diende een aantal jaren geleden een zaak waarbij het ging om beboete ouders wegens het verzuimen van de wettelijke verplichting hun kinderen te laten inenten, waardoor ook toegang tot de kinderdagopvang geweigerd werd. 

Volgens Buijsen lag het oordeel van het Hof in lijn der verwachtingen met eerdere jurisprudentie over dit onderwerp. Het Hof stelde namelijk dat verplichte vaccinatie als onvrijwillige medische interventie een inmenging is op het recht op eerbiediging van privéleven. Tóch werd deze inmenging geoorloofd geacht door het Hof, omdat deze bij wet was voorzien en begaan was omwille van een legitiem doel: bescherming van de gezondheid en de rechten van anderen. Het Hof oordeelde daarnaast dat de inmenging als noodzakelijk kon worden beschouwd in een democratische samenleving. Aan deze voorwaarden moet tevens voldaan worden, wil de inmenging als legitiem worden beschouwd.

Zal Nederland een vaccinatieplicht invoeren?

Buijsen concludeert in zijn opinie dat verplichte juridische vaccinatie in Nederland niet snel bezwaarlijk is. Vermoedelijk zal het toch niet snel tot invoering komen, vanwege het ontbreken van maatschappelijk draagvlak en echte politieke wil. “Van verplichtende maatregelen moet bovendien niet veel worden verwacht. Feitelijk zijn de ervaringen met zowel directe als indirecte vaccinatieplichten in het buitenland erg wisselend en liggen de vaccinatiegraden lang niet altijd boven de huidige Nederlandse”, aldus Buijsen. “De keuze om niet tot invoering van verplichte vaccinatie voor kinderen over te gaan is gezien de wisselende ervaringen alleszins verdedigbaar, maar dat neemt niet weg dat Nederland op grond van het in internationale verdragen neergelegde recht op gezondheid verplicht is effectieve maatregelen te nemen.”

Professor
Meer informatie

Klik hier om de gehele opinie van Buijsen te lezen in het maandblad van uitgeverij Ars Aequi.

Gerelateerde content
Martin Buijsen gaat in op het weigeren van toegang aan ongevaccineerde kinderen op kinderdagverblijven en basisscholen.
patiëntendata

Vergelijk @count opleiding

  • @title

    • Tijdsduur: @duration
Vergelijk opleidingen