Straatintimidatie moet blijvend op de kaart worden gezet

Ondanks het Rotterdamse sisverbod en campagnes zoals de StopApp waarin seksuele straatintimidatie gemeld kan worden, komt straatintimidatie nog veel voor en is de afname gering, zo blijkt uit onderzoek van Fischer en Vanderveen. Dit blijkt niet alleen te komen door de hardnekkigheid van straatintimidatie, de cijfers worden ook beïnvloed door de bewustwording van het probleem onder vrouwen.

Bewustwording van catcalls

Er is een sterke toename in de bewustwording omtrent het probleem van straatintimidatie en het onderzoek van Fischer en Vanderveen draagt hieraan bij: “Vrouwen kwamen er tijdens ons onderzoek achter: goh, dit is eigenlijk niet normaal. Ook mannen en professionals op straat zoals politieagenten snappen veel beter wat de vrouwen meemaken en pikken signalen mogelijk sneller op.”

Hulp van de rechter

De initiatieven blijken echter nog niet voldoende om straatintimidatie aan banden te leggen. Zo stelde het gerechtshof dat het sisverbod in strijd is met vrijheid van meningsuiting.  Het is volgens de rechter niet aan gemeentes om zo’n beperking van de vrijheid van meningsuiting te verbieden, dat moet via landelijke wetgeving.

In juni bood Stichting Stop Straatintimidatie samen met Erik Verweij, Rotterdamse advocaat en alumnus van Erasmus School of Law, een petitie aan in de Tweede kamer om de fracties te stimuleren om voor de nieuwe wet te stemmen. “Natuurlijk behoeft het probleem een totaal aanpak, maar de wet maakt duidelijk dat straatintimidatie niet geaccepteerd wordt en geeft een opsporingsambtenaar een instrument om er iets tegen te doen”, zo stelt Verweij.

Effectiviteit van de nieuwe zedenwet

Niet iedereen is echter optimistisch over de te verwachten effectiviteit van de zedenwet. Er wordt getwijfeld over de praktische bruikbaarheid van de wet door de lage pakkans en uitdagingen omtrent het bewijzen van intenties. Ook Fischer en Vanderveen twijfelen over de inzet van de wet, maar zien ook de toegevoegde waarde: “De jongens waar het om gaat zeggen: we zijn echt niet bang voor die boetes want de pakkans is zo laag. Tegelijkertijd helpt de strafbaarstelling wel bij het stellen van een norm. Het geeft handhavers als boa’s een mandaat om mensen aan te spreken. Daarbij helpt het bij het op de kaart zetten en het vergroten en verspreiden van de kennis over het probleem.”

Hoewel de wet het probleem niet zal oplossen, zet de komst van de nieuwe zedenwet het probleem in ieder geval extra op de kaart. En dat is al winst zo stelt Vanderveen: “Heel veel vrouwen vertellen ons dat ze het belangrijk vinden dat dit onderzoek gebeurt. Bijna een soort dankbaarheid van: wat goed en fijn dat hier aandacht voor is.”