Prof.dr. Roland Bal van vakgroep Health Care Governance en prof.dr. Carina Hilders van Health Services Management & Organisation aan Erasmus School of Health Policy & Management, zijn door BNR geïnterviewd als twee van de Big Five van de Zorg.
Elke week wordt op BNR één thema, één sector en elke dag één van de hoofdrolspelers een uur lang geïnterviewd. Deze keer is het thema ‘de zorg’ aan de beurt. Want op 20 november is er een landelijke staking van zorgpersoneel, omdat zorgprofessionals het niet meer trekken: ze worden onderbetaald, hebben te maken met regeldruk en overbelasting. Presentator Roelof Hemmen sprak met Roland Bal en Carina Hilders over deze problemen.
Rebellen in de zorg
In gesprek met Hemmen vertelt Roland Bal over zijn onderzoek naar de regeldruk van zorgprofessionals waar de vraag centraal stond: ‘Hoe gaat de zorg om met overregulering?’.
In het onderzoek kwam naar voren dat de oorzaak van overregulering vooral ligt bij de noodzaak van alle regels waar het personeel zelf zegt het nut er niet van in te zien. Met als gevolg dat er bij diverse instellingen zogeheten zorgrebellen ontstaan die beter functioneren als zij zich niet altijd aan alle regels houden. Roland Bal: “De zorgrebel is voornamelijk een groep waar de patiënt altijd centraal staat. Dat klinkt als een open deur, maar dat is het niet. Bij heel veel instellingen staat namelijk de organisatie centraal. Patiënten zijn belangrijk in de zorg, uiteraard, maar als je je moet verantwoorden naar je baas of anderen dan is zo’n relatie ook belangrijk. En de rebelse groepen zijn in staat om voortdurend met elkaar in gesprek te zijn om de patiënt altijd centraal te stellen.”
Een voorbeeld dat Bal noemt is een patiënt die op een afdeling ligt waarvan wordt vastgesteld dat zij het risico heeft op het ontwikkelen van acute verwardheid: “Wat de rebelse groep dan doet is daar de focus opleggen. Dat gaan zij bijhouden, monitoren en proberen te interveniëren als er iets misgaat. Andere dingen zoals drie keer per dag pijn moeten meten, het valrisico in de gaten moeten houden, voeding bijhouden, daar zijn ze minder op gefocust. Terwijl op andere afdelingen die ruimte er gewoon minder is.”
Niet de regels zelf maar de wijze waarop daarmee gestuurd wordt zijn dan het probleem. Rebelse groepen vinden het bijvoorbeeld helemaal niet erg om zich te verantwoorden, maar willen dat dan wel op de inhoud doen van wat zij belangrijk vinden voor hun patiënten. De huidige vorm van veelal top down sturing zorgt ervoor dat rebelse groepen relatief onzichtbaar zijn terwijl als ze de ruimte krijgen ze van veel meer nut zouden kunnen zijn voor de organisatie.
Wil je het hele interview met Roland Bal beluisteren met alle besproken onderwerpen, luister hier de podcast.
Niet patiënt maar medewerker op één zetten
Carina Hilders, naast bijzonder hoogleraar bij ESHPM ook directievoorzitter van het Reinier de Graaf Ziekenhuis in Delft, heeft sinds twee jaar een beleid dat niet de patiënt centraal staat maar de medewerker. “Ik ben er heilig van overtuigd dat als je de medewerker centraal stelt en ze met een glimlach op hun gezicht aan het werk gaan, de patiënt de beste zorg krijgt”, zegt Hilders.
Maar hoe bewerkstellig je dat de zorgprofessional weer met plezier naar zijn werk gaat? Hilders: “Het is heel verleidelijk om als zorgbestuurder je terug te trekken naar je bestuurskamer en het beleid en strategie te bedenken. Maar je moet met medewerkers in gesprek, verhalensessies ophalen, aan storytelling doen en nieuwsgierig blijven. Dus je moet die bestuurskamer uit en de werkvloer op."
Geïnspireerd naar het voorbeeld van het Zweedse Karolinksa Ziekenhuis in Stockholm, werkt het Reinier de Graaf Ziekenhuis anders dan andere ziekenhuizen in Nederland. Hilders: “We zijn naar de medewerkers gegaan en hebben gevraagd ‘hoe kunnen we de organisatiestructuur aanpassen?’. Hierdoor ontstonden thema’s in plaats van afdelingen: moeder & kind, oncologie, kwetsbare ouderen en chronische zorg, acute zorg en planbare zorg. In die thema’s verlenen we de zorg aan onze patiënten.”
Maar hoe ziet dat er in de praktijk uit? Hilders: “De mensen die over de zorg gaan zitten nu allemaal in één bespreking. Dat zorgt voor veel kortere lijnen en minder overleggen. Ik zal een voorbeeld noemen: er is krapte op de afdeling neonatologie. Dan zit je met de kerngroep moeder & kind, iemand van P&O, Communicatie en de zorgprofessionals zelf. Waarbij je direct kan bedenken hoe we dit probleem gaan oplossen. Kortom, je hebt geen tien besprekingen meer nodig. Medewerkers hebben zelf de regie in handen.”
Wil je het hele interview met Carina Hilders beluisteren met alle besproken onderwerpen, luister hier de podcast.
- Meer informatie
Auteursrecht afbeeldingen: BNR.nl