Sinds de zomer van 2019 staan de ontwikkeling en toekomst van het verpleegkundig beroep in Nederland volop in de belangstelling van de politiek, werkgevers- en werknemersorganisaties, bestuurders van zorgorganisaties en professionals zelf. Arbeidsmarkttekorten en de veranderende zorgvraag maken dat het beroep en de rol van verpleegkundigen veranderen.
Hoe het verpleegkundig beroep zich verder kan en moet ontwikkelen om bij te blijven dragen aan goede zorg kent meer vragen dan antwoorden. Vragen over onderscheid tussen activiteiten, capaciteiten, competenties en bevoegdheden staan in dit vraagstuk centraal, net als de vraag wat de toekomstige zorgvraag vereist van verpleegkundige kennis en vaardigheden op verschillende opleidingsniveaus.
RN2Blend
RN2Blend is een quality collaborative met een actiegerichte mixed-methods-aanpak waarbij ziekenhuizen afzonderlijk en gezamenlijk experimenteren met de inzet van, en het onderscheid tussen mbo-, inservice- en hbo-verpleegkundigen in ziekenhuizen. Daarnaast is er aandacht voor loopbaanontwikkeling in bredere zin, dus ook de inzet en positionering van master-opgeleide (onder andere verpleegkundig specialist en verplegingswetenschapper) en gepromoveerde verpleegkundigen.
De focus van het onderzoek ligt op functiedifferentiatie, of anders gezegd, een gedifferentieerde inzet van verpleegkundigen met verschillende opleidingsniveaus. Uit internationaal onderzoek is bekend dat functiedifferentiatie van invloed is op de (kwaliteit van de) zorgverlening. Onbekend is echter wat lokale verschillen voor effect hebben op (de mate en vorm van) functiedifferentiatie en de kwaliteit van de zorg. Ook weten we nog niet wat het betekent voor de werkzaamheden die verpleegkundigen op mbo-, inservice- en hbo-niveau uitvoeren en hun werktevredenheid.
De komende vier jaar wordt in een samenwerkingsverband van het Radboudumc, de Erasmus Universiteit Rotterdam, de Hogeschool Utrecht, het UMC Utrecht en het Spaarne Gasthuis de verpleegkundige beroepsuitoefening onderzocht. Het onderzoek wordt gecoördineerd door de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) en de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) en is gericht op het wetenschappelijk onderbouwen en begeleiden van de transitie die in de praktijk van de verpleegkundige beroepsuitoefening moet plaatsvinden. Daarbij wordt nauwe samenwerking gezocht met andere centrale stakeholders, zoals de beroepsvereniging Verzorgenden en Verpleegkundigen Nederland (V&VN), en met verpleegkundigen in de dagelijkse zorgpraktijk.
5 deelstudies
Het onderzoek bestaat uit 5 deelstudies. ESHPM is betrokken bij 2 deelstudies. In deelstudie 1 ontwikkelen we een zorg-sociologische benadering op de verpleegkunde. Iris Wallenburg, Martijn Felder, Roland Bal en promovendus Syb Kuijper hebben de leiding. Het deelonderzoek richt zich op de waarden en waardenontwikkeling binnen het verpleegkundig beroep. We onderzoeken enerzijds hoe verpleegkunde en verpleegkundigen zich positioneren in het beleid en het veld van de gezondheidszorg, en met welke consequenties voor de beroepsontwikkeling en uitoefening van de zorg. Anderzijds kijken we hoe functiedifferentiatie in de dagelijkse praktijk van de zorg vorm krijgt en hoe verpleegkundig werk zich verhoudt tot dat van andere zorgprofessionals. Een andere deelstudie wordt uitgevoerd door ESHPM’ers Lucas Goossens, Maureen Rutten-van Mölken en een promovendus. Dit deelonderzoek gaat over de waarde en de kosten van de verpleegkundige zorg (health technology assessment; HTA), waarin een aantal casussen worden bestudeerd rond specifieke medische interventies en onderzoeken hoe de gezondheidsuitkomsten en de kosten veranderen als gevolg van een veranderde inzet van verpleegkundigen.
Wil je het volledige artikel lezen? Lees verder op de website van het tijdschrift Verpleegkunde.
- Meer informatie
Dit nieuwsartikel is een verkorte en aangepaste versie van het artikel uit het tijdschrift Verpleegkunde nummer 1, maart 2020. Geschreven door: Pieterbas Lalleman, Dewi Stalpers, Lucas Goossens, Catharina van Oostveen, Roland Bal, Hester Vermeulen, Lisette Schoonhoven en Iris Wallenburg.