Onderwijsvernieuwing leidt vaak tot verhitte discussies tussen voor- en tegenstanders. Leerlingen worden de dupe. Onderzoekers Fianne Konings, verbonden aan de Erasmus School of History Culture and Communication, en Astrid Rass stellen in NRC een andere aanpak voor. ‘Kunnen we niet gewoon met elkaar in gesprek gaan, gesteund door wetenschappelijke inzichten?’
Konings en Rass stellen dat het onderwijs enerzijds bepaald wordt door de maatschappelijk wenselijke vrijheid die scholen hebben en de banden, of invloed, die de overheid probeert te behouden. Aan de andere kant blijkt ook dat voor een vernieuwing meer nodig is dan alleen de vernieuwing. ‘Met wetenschappelijke inzichten, waarbij we niet alleen de kennis bedoelen, maar ook een wetenschappelijke houding waarin interventies langer en consequenter worden gevolgd, komen het veld, de docent en de leerling waarschijnlijk verder’.
Volgens Konings en Rass moeten we met elkaar in gesprek blijven. En bij een vernieuwing niet al de volgende vernieuwing in gang zetten, maar met een wetenschappelijke blik de interventies analyseren, conclusies trekken en op basis daarvan bijstellen.
‘We moeten meer de nuance zoeken. Net als ouders kijken wat er aan de hand is, wat belemmert, wat er dan geleerd moet worden en op welke wijze doen we dat gaan doen. Dus geen vechtscheiding, terwijl de kinderen zich ondertussen stoïcijns verder ontwikkelen met behulp van YouTube en TikTok, want laten we eerlijk zijn, daar leren ze best veel van.’
Lees het volledige artikel op NRC.nl of download het artikel als PDF.