Verwarmingsinstallateurs komen je te hulp wanneer je verwarming uitvalt op een koude winterdag, terwijl elektriciens licht brengen wanneer de stroom is uitgevallen. Deze installateurs zorgen voor onze basisvoorzieningen, zoals energie, water en verwarming, maar blijven vaak onder de radar van beleidsmakers en onderzoekers in gesprekken over energietransities. In deze blogpost legt Erwin van Tuijl, een onderzoeker van Erasmus Universiteit Rotterdam, uit waarom installateurs potentiële helden zijn in energietransities, welke uitdagingen ze tegenkomen en hoe we hen beter kunnen ondersteunen in het realiseren van deze transities.
De onzichtbaarheid van installateurs komt door de kleine omvang van hun organisatie, aangezien ongeveer 80% van de installateurs tot de categorie kleine en middelgrote ondernemingen behoort, waarvan een groot deel zelfstandigen zijn. Bovendien zijn ze zelden op één plek te vinden omdat ze van deur tot deur gaan en van project naar project, waarbij hun busjes fungeren als hun geïmproviseerde kantoren. Pas recent hebben installateurs meer aandacht gekregen, ironisch genoeg door hun schaarste. Er is een schrijnend tekort aan installateurs. Europese brancheverenigingen voorspellen de behoefte aan 500.000 warmtepompinstallateurs [1] en tot één miljoen installateurs van zonnepanelen [2] tegen 2030 om de broeikasgasemissiedoelstellingen van de EU te halen.
Installateurs kunnen veilige en inclusieve energietransities mogelijk maken
Installateurs voeren energietransities uit door hernieuwbare energie-installaties te installeren, zoals zonnepanelen, of de energie-efficiëntie van verwarmingssystemen te verhogen. Ze zijn vakmensen met veel ervaring, gebaseerd op jaren van leren op de werkvloer. Ze zorgen ervoor dat de juiste apparaten en materialen worden gebruikt op basis van de behoefte en dat deze goed worden aangesloten op grotere systemen. Het kan bijvoorbeeld gemakkelijk lijken om een verwarmingsketel of warmtepomp te installeren, maar het integreren van zo'n verwarmingsapparaat in een vloerverwarmingssysteem is veel complexer. Slecht ontworpen en geïnstalleerde verwarmingsapparaten kunnen dan ook leiden tot een verminderde energie-efficiëntie van verwarmingsinstallaties [3].
Het lijkt misschien ook eenvoudig om een zonnepaneel op het dak te plaatsen, maar hoeveel panelen kan je dak dragen? Hoeveel panelen kan je groepenkast aan? Welke kabels en omvormers moet je gebruiken? Wat zijn de veilige routes voor de kabels? Stel je de schade voor als er fouten worden gemaakt bij de installatie van zonnepanelen. Met een beetje geluk is alleen een kleine reparatie nodig (bijv. vervanging van een omvormer); met minder geluk is vervanging van het hele elektrische systeem nodig, maar in het ergste geval kan je huis afbranden, zoals in sommige gevallen al is gebeurd. Tot nu toe hebben dergelijke ongelukken in Nederland gelukkig niet tot slachtoffers geleid. Maar dat was ook lange tijd het geval bij ongelukken veroorzaakt door verkeerd aangesloten gasboilers.
De rol van installateurs gaat verder dan alleen installeren en repareren. Ze adviseren ook mensen over welke systemen ze moeten aanschaffenen of installaties gerepareerd moeten worden of vervangen door nieuwe, energie-efficiëntere installaties. Zoals een geïnterviewde installateur opmerkte, zijn installateurs "de laatste vakmensen die bij mensen thuis komen. Anderen, zoals de melkboer, zijn verdwenen of gedigitaliseerd". Deze bezoeken geven installateurs een hoog niveau van vertrouwen, en klanten volgen bijna altijd het advies van de vertrouwde experts met diepgaande kennis van complexe verwarmings- en elektrische installaties [4].
Installateurs kunnen ook bijdragen aan meer inclusieve energietransities door oplossingen op maat te bieden voor klanten op basis van hun beschikbare budget. Grote installateurs, zoals Breman Installatiegroep of Energiewacht West in Nederland, werken bijvoorbeeld samen met woningcorporaties. Ze maken gezamenlijk lange termijn-plannen voor energierenovaties, waarbij beslissingen worden genomen over wanneer installaties moeten worden vervangen door energie-efficiëntere en wanneer energiebesparende maatregelen aan de gebouwschil (zoals dakisolatie) moeten worden uitgevoerd. Beide maatregelen zijn nodig om nul-emissiegebouwen te creëren, maar beide tegelijk uitvoeren is vaak te duur. Ook kleinere lokale installateurs die we interviewden gaven aan klanten met een klein budget te ondersteunen, bijvoorbeeld door soms een nieuwe installatie tegen kostprijs te leveren, de eenvoudige onderhoudsdiensten niet in rekening te brengen of klanten te adviseren om de aanschaf van een duur apparaat zoals een warmtepomp uit te stellen tot de prijs in de toekomst daalt. Dit laatste voorbeeld laat zien hoe installateurs energietransities ook kunnen vertragen.
Geen superhelden
Ondanks hun potentieel cruciale rol worden installateurs geconfronteerd met verschillende uitdagingen die hun vermogen belemmeren om als belangrijke spelers in energietransities op te treden. Ten eerste ondergaan ze zelf een transitie, met name Nederlandse verwarmingsinstallateurs die worstelen met de geleidelijke uitfasering van op gas gebaseerd verwarmingsinfrastructuur. Deze transitie vereist dat gasinstallateurs nieuwe vaardigheden leren en elektriciens worden om elektrische warmtepompen te installeren. Bovendien kan energie-efficiëntie alleen worden bereikt als installateurs één specifieke verwarmingstechnologie (bijv. een warmtepomp), het functioneren ervan binnen het verwarmingssysteem en de relatie met de gebouwschil begrijpen. Dit vereist een transformatie van installateurs van verkopers van een technologie die warmte en warm water levert, naar holistische adviseurs over hoe energie te besparen.
Daarnaast vormt de instroom van nieuwkomers met beperkte vaardigheden, aangetrokken door de grote vraag en lage instapdrempels zoals een gebrek aan certificering en controle, een andere uitdaging. Deze toestroom van onervaren ‘cowboys’ bedreigt de reputatie van ervaren, gecertificeerde installateurs en verhoogt het risico op ongelukken door ondeugdelijke instavakmensen
llaties. Ten slotte beperkt de product- en technologiegerichte benadering van installateurs hun vermogen om klanten effectief te adviseren en meer zichtbaar te worden. Installateurs zijn vaak te bescheiden over hun bijdragen en zien zichzelf slechts als 'eenvoudige' vakmensen in plaats van als sleutelfiguren die geavanceerde nul-emissiegebouwen realiseren.
Pleidooi voor erkenning en ondersteuning van installateurs in energietransities
Tot slot pleit ik voor meer erkenning van de bijdragen van installateurs. Hoewel ze veel potentieel hebben in energietransities, kunnen ze deze transitie niet alleen doorstaan. Beleidsmakers zouden manieren moeten verkennen om installateurs te ondersteunen bij het bevorderen van energietransities. Dit zou kunnen inhouden dat subsidies voor nieuwe installaties en renovatiewerkzaamheden worden gekoppeld aan installateurscertificeringen, zoals in andere landen zoals Frankrijk. Daarnaast kan het stimuleren van on-the-job training binnen openbare aanbestedingen voor installatieprojecten (bijv. renovatie van overheidsgebouwen) de kwaliteit verbeteren en de arbeidstekorten aanpakken. En voor mezelf en andere burgers is mijn advies om alleen gecertificeerde installateurs te gebruiken. Wees aardig voor installateurs. Geef ze een kop koffie en een stroopwafel, want voor je het weet zijn ze weer weg. Ze haasten zich naar het volgende project. Of erger nog, de laatste vakmensen zou kunnen worden vervangen door chatbots die op afstand advies geven voor zelfinstallatie en reparatie.
Dankwoord
Deze blog is gebaseerd op het onderzoek "The installer in the post-industrial city", dat is gefinancierd door de Erasmus Universiteit Rotterdam via de Erasmus Initiatives 'Vital Cities and Citizens' (VCC) en 'Dynamics of Inclusive Prosperity' (DoIP), het International Centre for Frugal Innovation (ICFI) en het International Institute of Social Studies (ISS).
[1] https://www.ehpa.org/news-and-resources/news/wanted-half-a-million-heat-pump-installers/
[2] https://www.reuters.com/business/energy/solar-skills-shortage-threatens-eu-targets-2023-02-16/
[3] Gleeson, C.P. (2016) Residential heat pump installations: the role of vocational education and training. Building Research & Information, 44(4), 394-406.
[4] Zaunbrecher, B. S., Arning, K., Halbey, J., & Ziefle, M. (2021). Intermediaries as gatekeepers and their role in retrofit decisions of house owners. Energy Research & Social Science, 74, 101939.
- Meer informatie
Vital Cities and Citizens
Met het Erasmus Initiative Vital Cities and Citizens (VCC) wil de Erasmus Universiteit bijdragen aan de kwaliteit van leven in stedelijke gebieden. In vitale steden kunnen de inwoners hun levensdoelen bereiken door educatie, zinvol werk en deelname aan het publieke leven. De vitale stad is een platform voor creativiteit en diversiteit, een veilige ontmoetingsplaats voor verschillende sociale groepen. De betrokken onderzoekers focussen zich op een van de volgende subthema’s:
- Inclusieve Steden en Diversiteit
- Duurzame en Rechtvaardige Steden
- Slimme Steden en Gemeenschappen
- Veerkrachtige Steden en Stedelingen
VCC is een samenwerking tussen Erasmus School of Social and Behavioural Sciences (ESSB), Erasmus School of History, Culture and Communication (ESHCC) en International Institute of Social Studies (ISS).