Met een opiniebijdrage voor het Nederlands Dagblad reageert Ivo Arnold, hoogleraar economie aan Erasmus School of Economics, op het nieuws dat de Duitse justitie invallen heeft gedaan bij panden van Wirecard in Duitsland en Oostenrijk. Bij dit fintech-bedrijf is 1,9 miljard euro aan contant geld verdwenen. De topman is gearresteerd en de financiële man is voortvluchtig.
Fintech-bedrijven
Arnold beschrijft fintech als de benaming voor een bonte verzameling bedrijven die technologie toepassen om de financiële dienstverlening te verbeteren. Zo biedt het bedrijf Wirecard software oplossingen voor het digitale betalingsverkeer. Vaak gaat het om startende ondernemingen, maar ook grote bedrijven als Apple, Facebook en Google doen mee in deze markt, benadrukt Arnold. Deze fintech-bedrijven zijn vaak beter in het stimuleren van innovaties en productiviteitsverbeteringen dan traditionele financiële instellingen. Deze innovaties zijn voordelig voor consumenten en bedrijven, stelt Arnold, denk bijvoorbeeld aan het gemakt waarmee internetbetalingen tegenwoordig worden afgehandeld.
Kritisch toezicht
Dankzij deze positieve bijdragen worden fintech-bedrijven warm onthaald op de aandelenbeurs. Het enthousiasme van de aandelenmarkt legt volgens Arnold grote druk op jonge, beursgenoteerde fintech-ondernemingen om snel te groeien en ondernemend te worden. Hij stelt dat wanneer er veel nieuwe spelers met een onbewezen betrouwbaarheid toetreden in een dergelijke sector, dit vraagt om een kritische houding van accountants, toezichthouders en zakenpartners. Bij het Wirecard schandaal ontbrak het hier volledig aan. Ivo Arnolds schrijft dat het onthutsend is hoe gemakkelijk de financiële wereld is gaan geloven in het fintech-sprookje van de Wirecard- fraudeurs.
Verdienmodel
Het verdienmodel van de grote techbedrijven is gebaseerd op schaalgrootte, marktmacht en het uitnutten van klantgegevens, concludeert Ivo Arnold in zijn stuk. Volgens hem is het niet in het publiek belang als dit verdienmodel gaat domineren in de financiële sector. Er moet voorkomen worden dat bedrijven gaan verdienen aan de betaalgegevens van consumenten, omdat deze gegevens iets zeggen over het vermogen en de bereidheid om geld uit te geven. Dergelijke informatie kan volgens Arnold makkelijk tegen je worden gebruikt. Daarnaast is het vanuit het systeemrisico onwenselijk wanneer belangrijke schakels in de financiële infrastructuur in handen zijn van één private partij. Toezichthouders moeten zich niet laten meeslepen in het succes van fintech-bedrijven, maar zorgen voor een veilig financieel systeem, waar fraudeurs geen voet aan de grond krijgen, de marktmacht van bedrijven wordt beperkt en betaalgegevens goed worden beschermd, concludeert Ivo Arnold in zijn opiniestuk.
Opiniestuk Ivo Arnold, Nederlands Dagblad
- Professor
- Meer informatie
Het gehele artikel uit het Nederlands Dagblad kan bovenstaand gedownload worden, 2 juli 2020.
