‘Als je mensen vraagt of ze hun werk leuk vinden, dan vindt 70% dat. Minder positief wordt het als je concreter vraagt wat er op de werkvloer met beloningen en management gebeurt’ zegt Robert Dur, hoogleraar economie aan Erasmus School of Economics, naar aanleiding van het WERKonderzoek 2019. Hij stelt dat er meer gevarieerd zou moeten worden met beloningen.
Prestatiebeloning
Dur maakte al eerder bekend dat de helft van de werknemers in de publieke sector met liefde een deel van de salarisstijging opgeeft voor een prestatie-afhankelijke bonus. Voor werknemers tot 45 jaar was dit percentage zelfs 60%. Volgens Dur zou deze uitkomst een vervolg moeten krijgen door beloningen meer afhankelijk te maken van prestaties. ‘Hoe je dat doet is een puzzel’, zegt Dur. ‘Daar moeten we stappen in nemen. Prestatiebeloning is aantrekkelijk voor mensen die beter presteren en die wil je als organisatie vasthouden. Dat is een gunstig effect.’
‘Er valt nog best wat te verbeteren’
Uit het WERKonderzoek 2019 blijkt ook dat 60% van de ondervaagden tevreden is over zijn leidinggevende en 1 op de 6 uitgesproken ontevreden. ‘Daar hebben we op doorgevraagd en dan blijkt dat maar de helft zijn leidinggevende inspirerend vindt en ook de helft vindt dat deze hen helpt te ontwikkelen. En 50% vindt dat de leidinggevende gaat voor het maximaal haalbare. Er valt op het gebied van management dus best wat te verbeteren’, zegt Dur.
Zijn managers te zwak?
Ook werd er in het onderzoek gevraagd naar hoe er met slecht presterende medewerkers wordt omgegaan. ‘In de publieke sector geeft 1 op de 3 aan dat het gewoon wordt gedoogd. In de marktsector is dat minder: 1 op de 5. Andersom: aan goede prestaties in de markt zit vaker prestatiebeloning vast en dat is in de publieke sector minder vaak het geval.’ Zijn managers dan te zwak? Dur vindt het interessant om te onderzoeken hoe moeilijk leidinggevenden denken dat het is om effectief te handelen. ‘Een uiterste maatregel is ontslag of iemand op een andere functie zetten. Als ik met leidinggevenden in de publieke sector praat, dan zeggen de meesten: die weg bega ik niet, dat is te moeilijk en te kostbaar. Maar sommigen hebben wel die weg begaan en dat is niet slecht bevallen.’
Beter in kaart brengen van prestaties
Volgens Dur begint het allemaal bij het beter in kaart brengen van prestaties. ‘Veel organisaties in de publieke sector schrikken ervoor terug om op individueel of teamniveau te kijken hoe goed het gaat. Als je dat wel doet, steek je je nek uit. Je weet je zwakke plekken en wat er beter kan. Door die data te verzamelen krijg je daar inzicht in en kun je actie ondernemen. Dat zou de publieke sector flink kunnen verbeteren.’
- Professor
- Meer informatie
Het volledige artikel van Binnenlands Bestuur van 19 september 2020, kunt u hier vinden.
