Het WK voetbal zal eind 2022 plaatsvinden en wordt beschouwd als zeer controversieel: the Guardian heeft onthuld dat al 6.500 werkers gestorven zijn tijdens de bouw van de stadions. Waarom leidt deze ethische ramp niet tot een boycot? In een artikel van Het Laatste Nieuws analyseert Thomas Peeters, sporteconoom aan Erasmus School of Economics, de potentie van een mogelijke boycot en de tekortkomingen van de deelnemers.
Volgens Qatar, de organisator van het aankomende WK, zijn officieel 37 mensen gestorven vanwege ongelukken op de werkplaats. Alle andere doden? Die worden bestempeld als proportioneel in vergelijking met vergelijkbare bouwprojecten, zelfs terwijl de gegevens laten zien dat de zelfmoordcijfers en het aantal hartaanvallen onder de werknemers relatief hoog zijn. Men zou zich kunnen afvragen waarom Qatar überhaupt de eer heeft gekregen om het evenement te organiseren: het verkiezingsproces wordt door insiders omschreven als corrupt. Bovendien hangt homoseksuele mensen in Qatar een celstraf van drie jaar boven het hoofd; is de keuze voor Qatar op zijn minst niet vreemd te noemen, in de wetenschap dat voetbalcampagnes om homofobie en discriminatie in het algemeen al jaren worden uitgedragen?
Dubieus sinds het begin
Volgens Peeters zijn er sinds het begin al redenen om de toewijzing te betwijfelen: 'Het is de keuze voor het grote geld daar, maar ook economisch is dat geen logische keuze. Dan zou de FIFA het WK geven aan een land met een sterke competitie die de WK- stadions ook erna kan gebruiken, zoals Engeland'. Een boycot is een serieus alternatief voor het normale scenario van deelname met de nationale elftallen. Het is echter te laat om dit nu nog te doen: Dat moest eendrachtig na de toewijzing gebeuren. Als dan 24 van 32 teams zeggen niet te komen, had Qatar die stadions niet gebouwd. Nu kan je die coalitie niet meer vormen. De stadions staan er, de doden vielen helaas al'.
Het perspectief op grote inkomsten
Vele voetbalbonden gaan liever niet in op alle slachtoffers die al gevallen zijn en de schrijnende humanitaire omstandigheden in Qatar, aangezien de inkomsten van het evenement en de kans om je wereldwijd te profileren te belangrijk zijn om te missen. Peeters gebruikt België als voorbeeld, maar dit geldt evenzeer voor andere voetballanden: 'Stel dat België het WK boycot. Dan is de laatste grote kans voor de gouden generatie weg. Eigenlijk heeft de FIFA en petit comité iedereen gegijzeld. De schuldigen zijn weg, maar de landen staan met de rug tegen de muur. Het inkomstenverlies bij een boycot is te groot'.
Veel landen spreken van het voeren van een Soft power strategie in plaats van een boycot: de ratio van deze strategie is dat meer bereikt zou kunnen worden op humanitair gebied door diplomatische druk uit te oefenen, in plaats van wegblijven. Peeters waarschuwt voor de implicaties van deze strategie: hoewel de boycot een zwaar middel is, heeft de diplomatische weg ook nadelen. De dialoog aangaan kan als makkelijker gezien worden, maar het kan ook als excuus aangevoerd worden om nauwelijks of geen moeite te doen om de situatie in Qatar te verbeteren. Uiteindelijk lijkt Qatar de grote winnaar te zijn: 'Met topsport voert Qatar de ideale marketingstrategie voor het post-olietijdperk. Waar kunnen ze meer media-aandacht kopen dan in topvoetbal?'
Downloads
- Onderzoeker
- Meer informatie
U kunt het volledige artikel van Het Laatste Nieuws, 17 maart 2021, hierboven downloaden.