In de media is al het nodige gezegd over de baanbrekende uitspraak van de Hoge Raad over de onrechtmatige grondslag van de vermogensrendementsheffing. Maar wat betekent dit concreet voor de belastingheffing? Peter Kavelaars, hoogleraar fiscale economie aan Erasmus School of Economics, geeft tekst en uitleg en biedt een oplossing voor problemen rondom de voorlopige aanslag.
Arrest
Volgens de hoogste belastingrechter is de vermogenswinstbelasting die sinds 2017 van kracht is, in strijd met het Europese eigendomsrecht en het discriminatieverbod. Eerder verklaarde de Hoge Raad dat de belasting in strijd was met het Europees recht. Vervolgens delegeerde hij de verantwoordelijkheid voor correctie echter aan politici. De Hoge Raad heeft onlangs een zaak beslecht waarin hij een alternatieve grondslag voor de vermogenswinstbelasting heeft gegeven. In plaats van uit te gaan van de ficties van de belastingdienst, gebruikten de raadsheren het werkelijke inkomen van de belastingplichtige.
Implicaties
De voorlopige aanslag blijft van kracht totdat deze is vastgesteld, zo garandeert de staatssecretaris van Fiscaliteit. Hoogleraar Kavelaars heeft begrip voor de gekozen kortetermijnaanpak, gezien de complexe uitdaging waar wetgever en Belastingdienst mee te maken hebben. Volgens hem hoeven belastingplichtigen niet bang te zijn dat zij vóór 2021 worden belast op basis van foutieve rendementsgrondslagen die de Hoge Raad heeft afgewezen. Belastingplichtigen die een voorlopige aanslag voor 2022 hebben gekregen, hebben echter te maken met een extra complicatie. Wie meer dan een paar ton op de bank heeft staan en hierover belasting moet betalen, zal een te hoog rendement aangerekend worden. Kavelaars vindt dat dit geen groot probleem hoeft te zijn. Hoewel belastingplichtigen het niet oneens kunnen zijn met een voorlopige aanslag, kunnen zij wel om herziening vragen. Kavelaars adviseert dit te doen, onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 24 december jl.
Downloads
- Professor
- Meer informatie
U kunt het volledige artikel uit Het Financieele Dagblad van 25 januari 2022 hierboven downloaden.