Wanneer Nederlandse bedrijven naar een ander EU-lidstaat verhuizen worden zij door de overheid belast, de zogeheten exitheffing. Het Europees Hof van Justitie heeft Nederland op de vingers getikt over de manier waarop deze bedrijven belast worden. Het is namelijk in strijd met de vrijheid van vestiging in de Europese Unie, oordelen de rechters van het in Luxemburg gevestigde Hof. Dick van Sprundel, als wetenschappelijk medewerker en promovendus verbonden aan het Fiscaal Economisch Instituut van de Erasmus School of Economics, wordt om reactie gevraagd in Het Financieele Dagblad en door TaxLive op 2 februari 2013.
De Nederlandse regering heeft een nieuw wetsvoorstel ingediend, dat volgens fiscalisten nog steeds op een aantal punten botst met de EU-wetgeving.
Bedrijven die vertrekken naar het buitenland mogen kiezen tussen afrekenen met de Belastingdienst, betaling in tien gelijke termijnen of betalingsuitstel. In de praktijk blijkt de uitstelregeling niet erg populair en dat heeft zo z'n redenen. ‘De voorwaarden zijn véél te streng en de grote vraag is of Nederland deze zo wel mag stellen, want eigenlijk is de keuzeoptie niet reëel,’ aldus Dick van Sprundel bij TaxLive.
‘Bij uitstel moet de onderneming al na drie jaar rente gaan betalen over de belastingclaim van de fiscus. Ook moet het bedrijf altijd een bankgarantie of andere zekerheid afgeven aan de Belastingdienst waarmee eveneens kosten zijn gemoeid. Ten slotte moet voor de Nederlandse fiscus jaarlijks een verlies-en-winstrekening en balans worden opgemaakt. De eerdere belemmering wordt al met al niet materieel weggenomen,’ aldus Van Sprundel in het Financieele Dagblad.