De taxichauffeur keek me meewarig aan toen ik ‘hotel Baron’ zei. Mannen met geld slapen in het Sheraton. Het Baron hotel in Aleppo is het oudste hotel in Syrië, gebouwd in 1911 door twee Armeense broers die gevlucht waren voor de onderdrukking in Turkije. Het mooie van een hotel dat zijn beste tijd heeft gehad, is dat je je goed kunt voorstellen hoe de grandeur eruit moet hebben gezien omdat de vernieuwing er nooit zijn intrede heeft gedaan. De scheeflopende trap en de krakende vloeren, de verveloze muren en het zielige waterstraaltje dat uren nodig heeft om het bad te vullen, zijn stille getuigen van betere tijden. In kamer 203 schreef Agatha Christie aan Murder on the Orient Express en Lawrence of Arabia zat aan de bar waar nu zijn onbetaalde drankrekening ingelijst aan de muur hangt. De presidenten Nasser, De Gaulle en Theodore Roosevelt hebben er overnacht en vanaf het balkon werd in 1947 de Syrische onafhankelijkheid uitgeroepen. Luxe is ver te zoeken maar het hotel ademt geschiedenis.
Wat maakt een hotel een goed hotel, vroeg ik aan de klas. ‘Het moet een goede visie hebben,’ meende Youssef. Het duurde even voordat ik begreep dat hij het uitzicht bedoelde. ‘Er moet schoenen zijn. Je moet altijd op schoenen cheken,’ schreef Farzah en nee ze bedoelde geen gratis badslippers maar de hygiënische staat van de hotelkamer: het moet schoon zijn. In een goed hotel moet er ook wat te graaien zijn. Zeepjes, shampoo, pennen, je moet niks laten liggen wat bedoeld is om mee te nemen, daar is iedereen het over eens. ‘De ziepen moet elke dag verse zijn.’
Het Baron hotel was schoenen maar had geen visie en de ziepen waren verre van vers maar nog wel groot genoeg om je mee te wassen. Toen ik het vertelde, keken degenen die uit Aleppo kwamen mij net zo aan als de taxichauffeur destijds en wezen me op de aanwezigheid van het Sheraton dat voor hen een symbool van beschaving was. De generaties die zijn opgegroeid onder de dictatuur hechten weinig waarde aan het eigen verleden.
Terug naar het hotel. Een goed hotel heeft een manager die dienstig is. Dienstig? Jazeker,hij heeft een goed servies. De rest van het personeel moet ook een veel dienst hebben. Het is uiteraard vanzelfsprekend dat er Wifi is en plaats om te parken jou auto. De zweempol mag natuurlijk niet ontbreken en ook zou het fijn zijn, meent Farzah, als het hotel een plek heeft waar kinderen gevangen kunnen worden. Op dit soort momenten verbaas ik me altijd dat iedereen dit direct begrijpt, alsof ze zichzelf een nieuwe taal hebben geleerd terwijl ik sliep. Als je dienstig bent, heb je een goed servies en kinderen moeten gevangen worden. In het Nederlands van mijn studenten is gastig trouwens een synoniem voor dienstig en het betekent in onze taal gastvrij. Het Baron hotel was niet zo gastig, ik herinner me een knorrige, zuchtende manager die het liefst geen gasten had en daarom misschien wel perfect bij het hotel paste.
Het ideale hotel moet ook niet prijzig zijn zoals het Sheraton waar een kamer volgens Youssef ‘meer dan 400 dollar duurt.’ Ooit sliep hij in een Bulgaars budgethostel maar dat doet hij nooit meer: ‘Het was het slechtste van mijn lief.’ Een lieft is een pluspunt voor mensen met groot kofer of rijzen tas maar niet echt noodzakelijk. Het ontbijt daarentegen moet absoluut vers, warm en overdadig zijn. Niet zozeer omdat het bij de prijs is inbegrepen wat een gevoel van gratis geeft maar vooral omdat het ontbijt een belangrijke maaltijd is aangezien er in de Arabische wereld niet wordt geluncht. Baron had geen ontbijt maar er waren veel eethuisjes in de straat. Dat laatste werd ook genoemd door de klas: het is prettig als er een restaurant in de beurt is.
Een goed hotel moet niet te bezig zijn anders wordt het minder gastig waarmee ze willen zeggen dat het niet te druk moet zijn want dat gaat ten koste van de gastvrijheid. Iedereen stelt persoonlijke aandacht op prijs.
De eerste gasten van het Baron hotel waren Armeense vluchtelingen die net als de eigenaars uit Turkije kwamen. De laatste gasten waren vluchtende buurtbewoners die een schuilplaats zochten voor de bommen van de opstand. Het hotel bevond zich in de frontlinie van de rebellen in Aleppo en werd zwaar beschadigd. Het staat nog overeind en twee personeelsleden hebben er nu hun intrek genomen. Ik weet niet of het er nu gastig is maar het is zeker niet bezig.