De Russische invasie van Oekraïne stelt Europa voor een dilemma: is het aan ons om de politieke orde te herstellen? Terwijl de oorlogsbereidheid groeit, is het zinvol om te kijken naar de ideeën van de herontdekte filosoof en socioloog Helmuth Plessner en van Carl Schmitt, kroonjurist van het Derde Rijk.
De brute invasie van Oekraïne door Rusland, zo valt alom te vernemen in de media, heeft Europa doen opschrikken uit een aangenaam-vredige maar nogal naïeve illusie die ruim 75 jaar heeft geduurd. Hoewel daarbij de bloedige burgeroorlog die enkele decennia geleden de Balkan verscheurde lijkt te worden vergeten, is de verwijzing naar de Tweede Wereldoorlog wel te begrijpen. Het is immers – net als de invasie van Polen door nazi-Duitsland in 1939 – opnieuw een grootmacht die een kleiner land aanvalt en daarbij, door vernietiging van steden en medische voorzieningen en het doden, verkrachten en deporteren van burgers, rücksichtslos internationaal oorlogsrecht en mensenrechten schendt. En ook nu is er de angst dat het niet bij de invasie van één land zal blijven.
De ironie wil dat de invasie ditmaal niet geschiedt uit naam van het nazisme, maar volgens de agressor als doel heeft het nazisme in Oekraïne te vernietigen. De overeenkomsten tussen de nazistische ideologie en die van Poetin zijn evenwel opvallend. Bijzonder instructief is Poetins op het fascistische gedachtegoed van Lev Goemiljov en Alexander Doegin gebaseerde essay Over de historische eenheid van Russen en Oekraïners, dat 12 juli 2021 op de website van het Kremlin verscheen. Hierin verdedigt Poetin de Roesski Mir, de hereniging van de Groot-, Klein- en Wit-Russische ‘broedervolken’, op historische gronden. Ze vormen samen een ‘superetnos’, de incarnatie van de steppevolken die in de loop van de eeuwen Eurazië hebben bevolkt en daar een superieure cultuur hebben gevestigd. De broedervolken zijn verbonden door een gemeenschappelijke oertaal, bloedbanden en de orthodox-christelijke religie. Deze cultuur wordt nu evenwel bedreigd door de legalistische westerse cultuur, die sinds enkele decennia Oekraïne vergiftigt met decadente liberale ideeën zoals ‘zogenaamde gendervrijheden’.
De voormalige Oekraïense president Petro Porosjenko vergeleek Poetins essay met Hitlers Sudetenland-speech die in 1938 voorafging aan de onderwerping van Tsjecho-Slowakije door nazi-Duitsland. En er is nog een overeenkomst. Hoewel Rusland het woord ‘oorlog’ krampachtig vermijdt, plaatste de invasie van Oekraïne Europa voor de onontkoombare keus zich wel of niet in een (proxy)oorlog met de agressor te storten. Hoewel de publieke discussie wordt beheerst door de angst dat Europa daarmee een Derde Wereldoorlog riskeert, roept de Russische invasie ook de meer principiële vraag op of, en in welke mate, een liberaal-democratische rechtsstaat gerechtigd is militaire middelen in te zetten om de vernietiging van de eigen of een bevriende democratische rechtsstaat te voorkomen.
- Meer informatie
Lees het gehele artikel op de website van De Groene Amsterdammer.