Bij elke academische plechtigheid - een promotie, opening van het academisch jaar of soms een graduation - verschijnen er hoogleraren in toga. Voorop loopt de pedel (spreek uit: pedèl). Maar wat is een pedel eigenlijk? En hoe word je dat? De pedel van de Erasmus Universiteit Rotterdam vertelt.
Elf jaar geleden zag Marleen van Kester een advertentie in de krant. De Erasmus Universiteit Rotterdam zocht een pedel. Van Kester: ‘Het is niet dat ik er als kind al van droomde om pedel te worden. Eerlijk gezegd wist ik niet eens wat het was toen ik die advertentie zag. Maar ik Googelde het en het leek me interessant.’ Sindsdien is van Kester het gezicht van de academische plechtigheden aan de Erasmus Universiteit. Samen met drie collega’s organiseert en begeleidt ze promoties, oraties, en afscheidscolleges. Maar ook de Dies Natalis, de opening van het academisch jaar en - zoals deze week - de witte-jassenceremonie, waarbij 212 geneeskundestudenten die hun co-schappen gaan lopen hun witte jas krijgen.
Promovendi begeleiden
‘In drukke tijden, zoals nu, hebben we vier promoties op een dag, vier dagen per week. Het is dan mijn taak om de promovendi te begeleiden. Vooraf hebben we altijd een promotie-klasje, waarin we ze uitleggen wat er gaat gebeuren en wat de do’s en don’ts zijn. Wat bijvoorbeeld echt niet mag, is in spijkerbroek verschijnen. We zullen een promovendus die in spijkerbroek verschijnt niet naar huis sturen, maar er zijn andere universiteiten die dat wel doen. Zo’n promotie is wel echt een academische ceremonie waar bepaalde regels bij horen. Verder werken we hier met een team dat de promovendi begeleidt bij de formele kant van de promotie. Op de dag zelf ga ik als pedel net als de professoren gekleed in een toga en open de plechtigheid. Daarna verlaat ik de zaal om aan het einde terug te keren. Dan rammel ik met mijn staf en roep: "Hora est!" (Het is tijd). In principe bepaalt de pedel dus wanneer de promotieplechtigheid beëindigd is.
Bijzondere herinneringen
Op de vraag of er met bijna 400 promoties per jaar een paar waren die ze nooit meer zal vergeten, begint ze te lachen. ‘Ik herinner me er zo veel. Ik doe ze niet allemaal zelf, natuurlijk. Dat zou qua omvang niet kunnen. Daarom zijn we met z’n vieren. Maar ik herinner me één promovenda die tijdens het lekenpraatje flauwviel. Het lekenpraatje betekent dat je voor de verdediging van je proefschrift in Jip-en-Janneke-taal vertelt waar je onderzoek over ging. De meeste promovendi zijn dan vreselijk zenuwachtig. Maar zo zenuwachtig dat er iemand flauw viel, dat is gelukkig maar één keer voorgekomen. En ik herinner me iemand die promoveerde op de Red Hat Society. Toen zat de hele zaal vol met vrouwen met rode hoeden. En bij promoties van studenten uit bijvoorbeeld Afrikaanse landen heb je soms een zaal vol mensen in prachtig gekleurde gewaden. We hebben ook wel eens een promovendus gehad van wie de familie de hele zaal met ballonnen en slingers had versierd. Hij was de eerste in zijn familie die ging promoveren, en voor zijn familie was dat reden voor een groot feest. Maar de voorzitter was die dag heel streng en toen moest alle versiering weg worden gehaald.’
Cortège
Dat Van Kester de meest gefotografeerde vrouw van de universiteit is, is te danken aan het feit dat ze bij elke universitaire plechtigheid voorop loopt, met haar pedellenstaf. Achter haar loopt het cortège. Bepaalt zij als universitaire ceremoniemeester wie waar loopt in de rij? ‘Nee, dat gaat op anciënniteit. De oudste faculteit - economie - loopt voorop, achteraan lopen de hoogleraren van ISS, die er als laatste zijn bijgekomen.’
Dies Natalis
Bij de Dies Natalis worden er binnenkort drie eredoctoraten uitgedeeld. Ook daarbij speelt de pedel een belangrijke rol. ‘Vaak zijn dat hoogleraren uit andere landen. En hoewel veel ceremonies op elkaar lijken, zijn er onderling ook wel verschillen. Dan leg ik ze uit hoe onze ceremonie gaat. Zo krijgen ze bijvoorbeeld een kappa, een speciaal manteltje dat je over je eigen toga draagt. Zo’n kappa mag je alleen dragen bij grote plechtigheden.’
Tips tegen de zenuwen
Nog tips voor een zenuwachtige promovendus? ‘Ja. Ik zeg altijd dat zij echt de expert zijn op hun gebied. Dat welke vraag ze ook krijgen, zij altijd het beste antwoord hebben. En ik leg uit dat als een vraag onduidelijk is, het niet gek is om een toelichting te vragen. Ik vertel ze dat ze er van moeten genieten, al snap ik dat het heel spannend is. Je hebt jarenlang onderzoek gedaan en nu moet je voor een commissie je werk verdedigen. Daarna gaan ze in beraad. En hoewel het hier nog nooit is voorgekomen dat er na dat beraad geen diploma wordt uitgereikt, heb ik de commissie toch wel eens zien twijfelen. Het is dan mijn taak om zo’n promovendus op zijn of haar gemak te stellen. Ik vertel ze dat ze moeten proberen te genieten van de dag, maar dat is in de praktijk toch echt lastig. Vlak bij mijn kantoor is het zweetkamertje. Daar breng ik de promovendi naartoe voor ze de zaal in gaan. Het is een traditie binnen de Erasmus Universiteit dat je daar je naam met watervaste stift op de muur of het plafond mag schrijven. Zo zit de universiteit vol met tradities. En misschien is de pedel dan wel degene die er voor zorgt dat al die mooie tradities in ere blijven, maar ook blijven passen bij de huidige academische wereld.’
Interview: Manon Sikkel Daelmans