Matthijs Korevaar, universitair hoofddocent aan Erasmus School of Economics, legt in een artikel van het FD nadruk op de koopeconomie op de huizenmarkt. Hierin ligt hij toe wat de perikelen zijn op de huizenmarkt en waarom het kopen wan woningen gestimuleerd zou moeten worden.
Koophuizen zijn voor steeds meer jonge mensen een utopie, de gestegen huizenprijzen en schaarste maken een eigen huis kopen haast onmogelijk. Waar dat voorheen vanzelfsprekend was, verschuift de kopersleeftijd steeds meer. Vanuit de overheid wordt er regelmatig sympathie geuit naar de starters, door middel van allerlei maatregelen. Zo’n beleid, zoals bijvoorbeeld startersleningen, noemt Korevaar politiek aantrekkelijk, maar uiteindelijk niet fantastisch.
Opkoopbescherming
Een van de maatregelen van de overheid is de opkoopbescherming. Voorheen waren er veel investeerders die huizen opkochten om te verhuren en op die manier geld te verdienen. Door de recente opkoopbescherming verbieden gemeentes het dat beleggers allemaal huizen opkopen. In Rotterdam bleek inderdaad dat beleggers veel minder huizen aankochten, maar huurders moesten hierdoor wel plaatsmaken voor huizenkopers. In andere landen wordt de vraag gesteld of dit soort acties niet discriminatoir zijn, maar in Nederland wordt daar eigenlijk niet over gesproken.
Het verlagen van de huren leidt niet direct tot een betere huursituatie, aangezien de huurwoningen zullen afnemen. Korevaar denkt dat het selectiebeleid vervolgens niet aangepast zou worden en de meest welvarende huurders dan nog steeds een voorsprong zouden hebben. De dilemma’s op de woningmarkt zijn volgens Korevaar allemaal politiek. Zij beslissen uiteindelijk wie er van de bevolking voorrang krijgt. Een goede oplossing vinden op korte termijn is daarom erg moeilijk.
- Universitair Hoofddocent
- Meer informatie
U kunt het volledige artikel van het FD, 9 februari 2024, hier lezen.
