Cocaïne in de Rotterdamse haven: een kat-en-muisspel

Cocaïnesmokkel blijft een groot probleem in de Rotterdamse haven. Jaarlijks worden enorme hoeveelheden drugs onderschept, maar hoeveel dit is in verhouding tot de totale invoer, blijft een mysterie. Criminologen aan Erasmus School of Law, waaronder universitair docent Robby Roks, onderzoeken hoe drugs vanuit Zuid-Amerika in handen van Nederlandse smokkelaars komen. Hoe groot is het probleem? Welke methoden worden gebruikt? En hoe proberen opsporingsdiensten de strijd tegen drugssmokkel te winnen? Roks was te gast bij de Universiteit van Nederland. In de YouTube video ‘Via deze gekke manieren komt coke Nederland binnen’ sprak hij over de problematiek rondom cocaïnesmokkel. 

Hoeveel cocaïne wordt er onderschept? 

Volgens het Drugs Informatie en Monitoring Systeem van het Trimbos Instituut bedroeg de gemiddelde prijs voor een gram cocaïne in 2023 €51,70. In 2024 wist de douane 35.000 kilo cocaïne te onderscheppen. Omgerekend zou de totale waarde van de vangst in 2024 uitkomen op ongeveer €1,81 miljard. Maar wat betekent 35.000 kilo in verhouding tot de totale hoeveelheid gesmokkelde drugs? Roks geeft aan: “Recent hebben onderzoekers berekend dat het zou kunnen gaan om 60 procent. Maar als je met mensen praat in de opsporingsdienst, dan hebben ze daar toch ook wel hun twijfels bij. Er zijn mensen die zeggen dat het om 20 procent zou gaan of om tien procent. Volgens mij is het eerlijke antwoord dat we dat eigenlijk nog niet zo heel erg goed weten.” 

De smokkelroutes en methoden 

Smokkelaars gebruiken uiteenlopende methoden om cocaïne Nederland binnen te krijgen. Roks heeft deze methoden geclassificeerd in drie zogenoemde crime scripts: smokkel via de lading, smokkel via het schip en smokkel via de container. Bij Universiteit van Nederland legt hij uit wat deze crime script precies inhouden. “Bij smokkel via de lading is de cocaïne verstopt tussen de lading, dus echt tussen de banen of ook bijvoorbeeld in uitgeholde ananassen of tussen de mango’s. Maar je kan ook denken aan cocaïne die verwerkt is, bijvoorbeeld in bevroren sinaasappelsap of in kleding.”  

Bij crime script twee, smokkel via het schip, kan de cocaïne ergens verstopt worden aan boord van een schip. Vrachtschepen zijn ontzettend groot. Dat maakt het mogelijk voor gecorrumpeerde medewerkers om ergens een geschikte verstopplek te vinden. Roks vervolgt: “Maar er zijn ook voorbeelden waarbij ze een hele grote torpedo volstoppen met cocaïne en deze onder het schip proberen vast te maken, zodat de cocaïne de hele zeevaart onder het schip blijft en dan uiteindelijk hier in Rotterdam door duikers daar weer vanaf wordt gehaald.” 

Het laatste crime script, smokkel via de container, houdt in dat de cocaïne verstopt wordt ergens in de container. Dat kan in de wanden, het plafond, maar ook in de koelunit van de container zijn. Roks zegt: “Naast voorbeelden waarin de cocaïne wordt ingebouwd in de container, valt ook de zogenaamde rip-off methode daaronder. Dat zijn sporttassen vol met cocaïne, die op het laatste moment, vlak voor vertrek uit Latijns-Amerika, aan de container worden toegevoegd.” 

De rol van uithalers 

Bij de rip-off methode worden de sporttassen vervolgens in de bestemmingshaven uit de container gehaald. Dit gebeurt door uithalers. Opvallend is dat uithalers steeds jonger worden. Volgens Roks heeft dit mogelijk te maken met de strengere straffen die voor uithalers zijn gaan gelden. “Tot voor kort, als je op zo’n haventerrein werd aangetroffen, dan kreeg je eigenlijk alleen maar een boete omdat je ergens was waar je niet mocht zijn”, legt Roks uit. “Ze hebben sinds een aantal jaren de zogenoemde uithalerswet, wat het ook mogelijk maakt om wat zwaardere straffen te geven aan mensen die op haventerreinen worden aangetroffen en zeker ook wanneer ze vaker daar zijn aangetroffen. Een van de dingen die je zou kunnen bedenken is dat de mensen die deze smokkel organiseren zich daar ook aan proberen aan te passen en dus vooral mensen naar de haven sturen die, als ze gepakt worden, daar niet het risico lopen dat ze twee jaar vast komen te zitten, omdat ze eigenlijk nog nooit in de haven geweest zijn en vanwege hun jonge leeftijd misschien alleen maar een werkstraf krijgen.” 

De Uithalerswet 

Voor de invoering van de Uithalerswet kregen personen die zonder toestemming op haventerreinen werden aangetroffen slechts een boete. Soms stonden uithalers de volgende dag weer opnieuw in de haven. Om hier een einde aan te maken, is op 1 januari 2022 de Uithalerswet ingevoerd. Deze wet stelt dat personen die zich onbevoegd in de haven bevinden en ervan verdacht worden als uithaler te opereren, risico lopen op een gevangenisstraf – zelfs als ze op dat moment geen drugs bij zich hebben. De maximale straf hiervoor is één jaar cel. Als iemand daarnaast gebruikmaakt van valse toegangsdocumenten kan de straf oplopen tot twee jaar gevangenisstraf. 

Hulp van binnenuit – een nieuwe cruciale speler in het spel 

De Rotterdamse haven is een streng beveiligd gebied en toch vinden smokkelaars manieren om binnen te dringen. Roks geeft aan dat dit komt door hulp van binnenuit. Havenmedewerkers - van vrachtwagenchauffeurs tot douaniers - worden steeds vaker onder druk gezet of omgekocht om toegangspassen uit te lenen of informatie door te spelen. Roks vertelt dat dit een trend van de afgelopen jaren is. “Als je wat langer terugkijkt naar bijvoorbeeld zaken die hebben gedraaid rond de jaren 1990, 2000 dan zag je dat hulp van binnenuit minder nodig was. Ook allerlei opsporingsonderzoeken die toen bestudeerd zijn gaven zicht op het feit dat corruptie toen eigenlijk niet nodig was en dat cocaïne de haven ook zonder hulp van binnenuit binnenkwam.”  

Maar waarom is hulp van binnenuit nu dan wel nodig? Roks verklaart dat de aanpak van drugssmokkel door allerlei aanpassingen in de haven de afgelopen jaren steeds meer verbeterd is. Het wordt drugssmokkelaars moeilijker en moeilijker gemaakt om hun activiteiten uit te voeren. “Je ziet dat je in toenemende mate iemand van binnenuit nodig hebt.” Wanneer uithalers bijvoorbeeld sporttassen uit een container moeten halen, hebben zij hele specifieke informatie nodig. Containerterminals zijn onwijs groot. Roks noemt het zoeken naar een container op zo’n terminal zonder specifieke informatie “zoeken naar een speld in een hooiberg”. Smokkelaars laten zich dan ook graag versterken door havenmedewerkers, die bijvoorbeeld informatie kunnen geven over de locatie van een container of die hun toegangspas tot de haven willen uitlenen.  

De strijd tegen smokkel 

Opsporingsdiensten proberen smokkelaars steeds verder onder druk te zetten met betere beveiliging, strengere controle en geavanceerde technologie. Maar het is een kat-en-muisspel: hoe beter de opsporingsdiensten worden, hoe slimmer de smokkelaars te werk gaan. “Dat is hoe het werkt. Ze gaan op zoek naar allerlei kwetsbaarheden in het systeem en dus ook bij mensen. En als ze zien of weten dat iemand een gokschuld heeft, of een verslaving bijvoorbeeld, dan zijn dat natuurlijk wel de knoppen waarop gedrukt zou kunnen worden om uiteindelijk iets van iemand gedaan te krijgen.” 

In zijn volgende onderzoek wil Roks graag praten met smokkelaars. Hij zou ze vragen willen stellen, zoals: “Hoe gaan zij om met bottlenecks? Hoe ga je met het toezicht om? Of wat doe je op het moment dat de opsporingsdiensten ervoor zorgen dat bepaalde dingen niet meer kunnen?” Roks’ uiteindelijke doel is het beter begrijpen van de drugssmokkel en met de opgedane kennis smokkel in de toekomst voorkomen. Dit onderzoek maakt onderdeel uit van het FORT-PORT project, gericht op de vraag hoe we de Rotterdamse haven veiliger en weerbaarder tegen georganiseerde criminaliteit maken. FORT-PORT wordt geleid door Erasmus School of Law onderzoekers Karin van Wingerde, Lieselot Bisschop, Robby Roks en Richard Staring en is gefinancierd door Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). 

Professor
Professor
Professor
Universitair Hoofddocent
Meer informatie

*Alle quotes in dit artikel komen uit de video ‘Via deze gekke manieren komt coke Nederland binnen’ van de Universiteit van Nederland

Gerelateerde content
Hoe maak je de Rotterdamse haven veiliger en weerbaarder tegen georganiseerde criminaliteit? Dat is de centrale vraag binnen het FORT-PORT project.
FORT-PORT onderzoeksgroep
Burgemeester Aboutaleb spreekt van een “rapportage in de volle breedte en complexiteit, waarin een uniek en verhelderend beeld wordt geschetst”.
Samen werken aan innovatieve haven
Onderzoeksgroep Criminologie winnaar van de Research Prize 2023. De groep heeft onderzoek gedaan naar drugsgerelateerde criminaliteit, mensenhandel en smokkel.
Criminologie groep winnaars lopend in hal.

Vergelijk @count opleiding

  • @title

    • Tijdsduur: @duration
Vergelijk opleidingen