Het maken van een positieve impact is een belangrijk onderdeel van de strategie van de Erasmus Universiteit Rotterdam. De maatschappij wordt met grote uitdagingen geconfronteerd en het is nu meer dan ooit duidelijk dat we als universiteit midden in deze maatschappij willen staan. Naast de impact die we als EUR altijd al met ons onderzoek hebben gehad, is het belangrijk om ons toe te leggen op ons onderwijs. Want één ding is zeker: we kunnen met onze kennis en kunnen een significante bijdrage leveren aan de maatschappelijke uitdagingen van deze tijd.
Om deze reden organiseerde Impact at the Core op maandag 3 oktober de Impact Education Dialogue met als thema ‘Onderwijs en de transities in Rotterdam’. In een talkshow-setting onder leiding van prof.dr. Arwin van Buuren (Academic Lead Impact at the Core) verkenden kopstukken van de gemeente Rotterdam en de universiteit hoe het onderwijs kan bijdragen aan het vormgeven van de transities in Rotterdam. Wat staat ons nu eigenlijk te doen als universiteit en stad? Tijdens dit gesprek probeerden de tafelgasten tot een gedeelde visie te komen. Dit was nog niet zo makkelijk, maar zoals Arnoud Molenaar zei: “Als het makkelijk was, dan zouden wij hier nu niet zitten.”
Geen tijd om de hele video te bekijken? Lees dan de belangrijkste punten hieronder.
Arwin van Buuren, Academic Lead van Impact at the Core (tafelheer)
Ed Brinksma, voorzitter van het college van bestuur van de Erasmus Universiteit Rotterdam
Jannelieke Aalstein, deputy director issuemakers
Arnoud Molenaar, chief resilience officer, gemeente Rotterdam
Lyanda Vermeulen-Kerstens, afdelingshoofd Onderwijs, gemeente Rotterdam
Albert Wagelmans, Professor of Management Science, Erasmus School of Economics
Beitske Boonstra, Assistant professor in Urban Governance, Erasmus School of Social and Behavioural Sciences
Vildana Gacic, Rotterdamse Douwers, Gemeente Rotterdam
Impact maken met het onderwijs is een hele onderneming. Het brengt grote vragen met zich mee, en waar moeten we als universiteit nu beginnen? Voor Lyanda Vermeulen-Kerstens is dit duidelijk. We moeten als universiteit het onderwijs veel meer vanuit de praktijk vormgeven. Niet alleen een stage aanbieden, maar een langdurige leerlijn in de praktijk. Het mbo kent dit al: een beroepsbegeleidende leerweg. Dit zou ideaal zijn voor studenten die behoefte hebben aan het leren vanuit de praktijk. Het multidisciplinaire aspect dat komt kijken bij het werken in de praktijk is enorm waardevol. Vooral omdat de toekomst vraagt om multidisciplinaire mensen. Vermeulen-Kersten benadrukt dat het belangrijk is dat studenten de kans krijgen om de praktijk te ervaren, maar wel tegen betaling. Dit om selectie aan de poort te voorkomen en kansenongelijkheid tegen te gaan. Het gaat om het bieden van keuzemogelijkheden aan de studenten. Sommigen floreren in de collegebanken, anderen willen de praktijk ervaren om zo te zien waar zij het verschil kunnen maken.
Ook Jannelieke Aalstein ziet graag dat de studenten de stad ingaan. Het liefst vanaf dag een. Niet om meteen actie te ondernemen, maar om te kijken wat er nu echt gebeurd in de stad. Wat leeft er? En wat zou jij als student hieraan willen doen? De student moet hieraan denken bij ieder vak dat hij volgt tijdens zijn tijd aan de universiteit. Aalstein zou graag zien dat er aan het begin van het academisch jaar niet de burgemeester op het podium staat, maar vijf ‘gewone’ Rotterdammers. Ondanks dat je als student in een discipline getraind gaat worden is het een belangrijke boodschap om mee te geven dat ze over vier jaar de maatschappij ingaan en dat dit de plek zal zijn waar ze de impact gaan maken die ze willen hebben.
Ieder jaar starten er zo’n vijfduizend studenten op de universiteit. Veel van deze studenten hebben nog geen idee wat nu eigenlijk bij hen past, zo stelt Ed Brinksma. Deze moeten vaak nog wennen aan het leven op de universiteit. Hij erkend dat het belangrijk is dat studenten meer gelegenheid krijgen om te ontdekken wat de stad nodig heeft en wat zij daaraan kunnen bijdragen. Maar we moeten ook accepteren dat er studenten zijn die voor iets anders naar de universiteit komen.
Albert Wagelmans sluit zich hierbij aan. Studenten moeten eerst getraind worden in het vak waarvoor ze hebben gekozen voordat ze met andere disciplines kunnen samenwerken aan maatschappelijke vraagstukken. Een multidisciplinaire aanpak is erg ingewikkeld en alle grote vraagstukken vragen om een multidisciplinaire aanpak. Dit zien we ook in de Convergentie. Ervaren onderzoekers die monodisciplinair zijn opgeleid, moeten ineens elkaars taal leren begrijpen.
We zitten al op de goede weg wat betreft multidisciplinariteit en interdisciplinaire samenwerking. Zowel tussen de universiteit en andere sectoren, maar ook tussen de universiteit en andere onderwijsinstellingen. Wat het lastig maakt, is om de grote maatschappelijke vraagstukken op de agenda te krijgen. Ook bij de gemeenste, zo stelt Arnoud Molenaar. Hij denkt dat het nuttig kan zijn wanneer de universiteit helpt bij het formuleren van de juiste vragen. Daarnaast hebben we het over continuïteit, zegt Molenaar. Het is de Rotterdammer die de stad maakt. De weerbaarheid van de stad ligt bij hen. Als de universiteit zich zou toeleggen op een meer vraaggestuurde aanpak, dan zou dit mooi zijn. We kunnen wel vanuit de ivoren toren blijven werken, maar we moeten de wijken in om verandering te maken.
Vanuit de stad leren werken, reageert Beitske Boonstra instemmend. Er gebeurt ontzettend veel op de universiteit, alleen weten we het niet altijd van elkaar. Dit wordt ook teruggekoppeld vanuit onze partners in de stad. Er is behoefte aan continuïteit en dit moeten we als universiteit beter organiseren. Boonstra spreekt verder over het brandende vlammetje van de studenten. Ze willen iets voor de maatschappij betekenen en verandering teweegbrengen. Je moet de student leren dat je in je eentje geen impact kan maken. Dit moet je samendoen. Dit kan jaren duren en is hard werken. Hiervoor heb je commitment en een lange adem nodig. Samen een impact maken met de stad, niet op de stad. Daar gaat het om.
- Meer informatie
Impact at the Core is een programma binnen de Erasmus Universiteit dat werkt aan onderwijs waarbinnen studenten samen werken aan oplossingen voor maatschappelijke problematiek. Dit doen wij door het financieren, opzetten en ontwikkelen van initiatieven rond impact-gedreven onderwijs. Met die term bedoelen we onderwijs waarbij onze positieve bijdrage aan de maatschappij centraal staat.