De kosten van de gezondheidszorg worden onbetaalbaar. De oplossing ligt voor de hand: voorkomen dat mensen ziek worden. Preventie en effectieve zorg verlenen. Dat zou ook in het belang van de zorgverzekeraars moeten zijn. Toch neemt de aandacht voor preventie in de jaarverslagen af, constateert het Impact Centre Erasmus. Wie gooit de reddingsboei uit?
Wetenschap is soms een kwestie van simpel tellen. Biologen doen dat om de soortenrijkdom op een plek vast te stellen. Onderzoekers van het Impact Centre Erasmus door te onderzoeken hoe vaak woorden als ‘preventie’ in de jaarverslagen over 2020 en 2021 van vier grote zorgverzekeraars voorkomen. Die frequentie neemt af, zo blijkt uit dit onderzoek.
In 2020 stonden de woorden ‘preventie/voorkomen’ gemiddeld vaker in de jaarverslagen van Achmea, CZ, Menzis en VGZ dan in 2021. Aantallen schommelden tussen de 40 en 50 keer. Er was sprake van een daling van 12,3 procent. Een woord als ‘welzijn’ kwam zelfs 23,8 procent minder vaak voor in de rapportages, die toch een beeld moeten geven van de daadwerkelijke inspanningen van een organisatie over een jaar. Het heet niet voor niets een verantwoording over activiteiten te zijn. De organisatie brengt in een jaarverslag focus aan, zeker in de belangrijke delen van deze verantwoording.
Het woord ‘gezondheid’ populairder
Er was één woord dat wél populariteit geniet bij de ziektekostenverzekeraars: ‘gezondheid’. Dit kwam vorig jaar gemiddeld 68,5 keer voor in alle jaarverslagen, een stijging van 13,7 procent. Maar van ‘gezondheid’ kan ook sprake zijn na een intensieve en kostbare medische behandeling. Het Impact Centre was juist geïnteresseerd in de vraag hoe mensen gezond kunnen blijven zonder eerst naar een arts of specialist toe te hoeven. Ook is het belangrijk dat er ‘zinnige zorg’ wordt verleend. Klachten die vanzelf kunnen overgaan hoef je niet te behandelen. Een behandeling bij de fysiotherapeut kan een ziekenhuisopname voor een knieoperatie schelen. Galblaasoperaties zijn ook niet altijd nodig, om van de pijn van galstenen af te komen. Het zijn enkele voorbeelden uit de praktijk van het Udense streekziekenhuis Bernhoven, waar een beleid werd ingezet om de zorg te laten krimpen. Dit onder het motto van oud-minister van Volksgezondheid Els Borst: ‘Een goed gesprek met een patiënt kan helender zijn dan een operatie of een zak pillen’.
Zinloze zorg voorkomen
Kan er op basis van deze telling geconstateerd worden dat de grote ziektekostenverzekeraars hun rol in ‘preventiebeleid’ voor gezien houden? Dat is ook weer niet zo. Vorig jaar herschreven verzekeraars hun missie. Daarin kwam het woord ‘preventie’ wel veel vaker voor, zelfs bijna bij allemaal, daar waar dat in 2020 nog niet zo was. Is hier mogelijk een relatie te leggen met de ambitie van Zorgverzekeraars Nederland? Deze vereniging heeft de ambitie voor 2025 als volgt verwoord: ‘Houdbare zorg die de persoon centraal stelt, met compassie geleverd wordt op een effectieve manier in netwerken rondom de patiënt en die zinnig, zuinig en eerlijk omgaat met premiegeld om solidariteit te behouden’.
Het Impact Centre Erasmus concludeert dan ook: ‘Bij het vergelijken van de twee jaargangen valt op dat de doelen van 2021 vaker iets te maken hebben met de woorden/termen waar wij naar gezocht hebben: preventie/voorkomen, gezondheid, welzijn, domein overschrijdend/overstijgend werken/ over domeinen heen en toegankelijkheid/ beschikbaarheid. Dit wijst op preventie en voorkomen van zinloze zorg. Alléén VGZ noemt in 2020 duidelijk de doelen over meerdere jaren in de strategie’.
Geen geld gereserveerd
Jaarverslagen gaan van oudsher over geld, want het is van oorsprong een financiële verantwoording. Ook in de harde cijfers zocht het Impact Centre Erasmus of er een berekening van kosten aan een woord als ‘preventie’ was gehangen. Dat bleken alleen CZ en VGZ te hebben gedaan, in 2020. ‘In 2021 wordt preventie door geen van de vier zorgverzekeraars gekenmerkt als geld. Je mag hieruit constateren dat er in de begroting geen apart budget is voor preventiebeleid’.
Nederland kent sinds 2019 een Nationaal Preventieakkoord. In deze meer dan 200 afspraken tussen meer dan 70 organisaties staan ook de maatregelen die de Rijksoverheid neemt. De aandacht gaat vooral uit naar roken (20 duizend doden per jaar), overgewicht (hart- en vaatziekten en diabetes: kosten 500 miljoen euro per jaar) en problematisch alcoholgebruik. Onder de handtekeningen van organisaties uit de zorg, het bedrijfsleven, sportclubs en het onderwijs staan ook die van zorgverzekeraars en hun koepelorganisaties.
Interessant dus om op te zoeken wat de zorgverzekeraars in hun jaarverslagen te melden hebben over hun bijdrage aan dit Nationaal Preventieakkoord. Niets dus. Impact Centre Erasmus stelt: ‘Dit is in 2020 bij geen van de vier zorgverzekeraars naar voren gekomen. In 2021 is Menzis de enige die wel een relatie legt. Zij benoemen dat zij samen met CZ en Zilveren Kruis (de grote zorgverzekeraar van Achmea) een oproep gedaan hebben aan de politiek met twee kernpunten: zorg voor een betere samenwerking in de regio en maak meer werk van preventie. Ze zeggen de opstellers van het nieuwe regeerakkoord concrete punten aangereikt te hebben om de zorg toegankelijk, betaalbaar en van goede kwaliteit te houden en de volksgezondheid te verbeteren. Daarna vertellen ze dat ze blij zijn te zien dat er meer aandacht komt voor preventie en gezonde leefstijl in het coalitieakkoord. Feitelijk zijn de voorgenomen maatregelen van de regering nu al achterhaald. Neem de suikertaks, waar volgens onderzoek van de VU Amsterdam ruim de helft van de Nederlanders voorstander van is. De kabinetsmaatregel komt er niet omdat de staatssecretaris afspraken heeft gemaakt met de voedingsindustrie in het Nationaal Preventieakkoord’.
Al heel lang is bekend dat gezondheid alles te maken heeft met sociaaleconomische status (SES). Generatie op generatie van mensen aan de onderkant van de samenleving eet ongezond, drinkt te veel en beweegt te weinig. De huisvesting is door een laag inkomen ook vaak slechter, vochtiger, minder goed geïsoleerd. Dat heeft deels met inkomen te maken, en ook deels met culturele achtergrond en omgeving. Het is een van de grootste opgaves voor beleidsmakers in de preventiezorg om deze cyclus te doorbreken. De noodzaak is er: door werkloosheid, onvoldoende financiële armslag door slecht betaald werk en problematische schulden is er weinig tijd en geld voor zaken als gezonde voeding en voldoende lichaamsbeweging. De Rijksoverheid (RIVM) verzamelde cijfers en feiten over de relatie tussen armoede en gezondheid. Het RIVM constateert op de website Loket Gezond Leven onder het kopje ‘gedragsfactoren’: ‘Mensen die in armoede leven, hebben vaak een minder gezonde levensstijl en zijn daardoor ongezonder. Mensen met een laag inkomen roken meer, hebben vaker overgewicht, voldoen minder vaak aan de beweegrichtlijn en zijn zwaardere drinkers ten opzichte van mensen met een inkomen boven de lage-inkomensgrens’.
Keer Diabetes 2 Om
Als het dan zo overduidelijk is, zien de zorgverzekeraars hier dan ook een taak in, wilde het Impact Centre Erasmus weten. Alleen VGZ noemt in 2021 SES ‘letterlijk als criterium voor het risicovereveningssysteem’. ‘VGZ gaat dieper in op wat de gevolgen zijn voor mensen met een lage sociaaleconomische status. VGZ heeft zelfs een team opgesteld wat hiermee aan de slag gaat. Dit jaar (2022) moet een advies volgen. Wat verder opvalt is dat in 2020 elke andere zorgverzekeraar iets gezegd heeft over de kwetsbare groepen in de samenleving. CZ benoemt in het voorwoord van de Raad van Bestuur duidelijk dat er ongelijkheid is in de maatschappij en zij niks hebben aan zorg maar meer aan preventie’. De aandacht voor kwetsbare groepen komt bij alle zorgverzekeraars in 2021 weer terug, alleen bij Menzis niet.
Daar staat tegenover dat Menzis dit gat in hun jaarverslagen aanvult op de website, onder het kopje ‘preventie’. Hier is wel over initiatieven te lezen, zoals ‘gecombineerde leefstijlinterventie, Keer Diabetes 2 Om, training stoppen met roken’. Overigens biedt ook VGZ het op internet te volgen programma ‘Keer Diabetes 2 Om’ op de eigen website aan.
Wie heeft de financiële macht?
Al met al leidt dit onderzoek van het Impact Centre Erasmus tot onthutsende vragen: hoe kan het dat wanneer het zo overduidelijk is dat ‘preventie’ en aandacht voor ‘sociaaleconomische status’ de zorgkosten kunnen beperken, dit door de zorgverzekeraars niet of nauwelijks wordt opgepakt? Niet in woorden, niet in geld en dus ook niet in activiteiten? Vinden zorgverzekeraars soms dat ‘preventie’ een taak van andere organisaties is? Maar als dat zo is, welke partij in de zorgketen gaat er dan voor zorgen dat er een einde komt aan de jaarlijkse stijging met 13 procent van de zorgkosten? Huisartsen, GGD’ en of samenwerkende partijen in regio’s hebben niet dezelfde financiële macht als zorgverzekeraars om veranderingen in het systeem aan te brengen. Alleen zorgverzekeraars hebben momenteel met hun systeem van vergoedingen de mogelijkheid om focus af te dwingen. De ‘grote vier in de zorg’ domineren de markt.
Het Impact Centre Erasmus stelt dan ook voor om een nieuwe formule voor het declareren van zorgkosten te gaan ontwikkelen. Hierbij komt er een uitbreiding van de huidige formule van eenheidsprijs (minuten, handelingen) vermenigvuldigt met het aantal eenheden. Wat aan deze formule ontbreekt is een criterium van bewezen positief effect op maatschappij en individu. Door dit impactdenken aan de formule toe te voegen, kunnen wél zinvolle kwaliteitskeuzes gemaakt worden, die leiden tot een betere gezondheid van mensen en organisaties.
Disclaimer Impact Centre Erasmus: gezondheid, zorg en behandeling is een complex werkveld dat onmogelijk in een artikel van een paar pagina’s gevat kan worden. Er is slechts een gedachtenlijn geschetst waarmee een debat gevoerd kan worden. Nader onderzoek en verdere uitwerking naar impactdoelstellingen in de zorg blijft nodig.
Download de complete editie van P+ hier.