Op donderdag 7 mei 2020 verdedigt T. van Ruitenburg zijn proefschrift, getiteld: ‘Raising Moral Barriers. An empirical study on the Dutch approach to outlaw motorcycle gangs’.
Dit onderzoek komt voort uit een interessante wending in het Nederlandse beleid rondom de clubs die tegenwoordig beter bekend staan als ‘outlaw motorcycle gangs’ (OMG’s). Waar de Hells Angels MC in de jaren zeventig een subsidie kregen van de gemeente Amsterdam om een clubhuis te bouwen, worden tegenwoordig alle beschikbare (bestuurlijke) middelen ingezet om de vestiging van deze en andere OMG’s in clubhuizen te voorkomen. Waar deze problematische groepen vroeger dus letterlijk een plek in de samenleving kregen, lijkt het huidige nationale beleid voor te schrijven om deze groepen van deze plek uit te sluiten. Deze 180 graden wending in de Nederlandse aanpak van OMG’s vormt zowel de aanleiding als de kern van dit proefschrift. Het doel van dit onderzoek is dan ook het begrijpen, verklaren en beschrijven van de verandering in het overheidsbeleid rondom OMG’s. Om de ontwikkeling van de Nederlandse aanpak vanaf de jaren zeventig in kaart te brengen, zijn naast de analyse van gemeentelijk archiefmateriaal en nationale beleidsdocumenten in totaal 56 interviews afgenomen met onder meer burgemeesters en politiemedewerkers.
Dit proefschrift laat zien dat de huidige aanpak van OMG’s sterk is beïnvloed door het idee dat criminaliteitsbeleid in Nederland in toenemende mate is gericht op preventie en het voorkomen van risico’s. Daarmee bouwt de auteur voort op de vaststelling van Zedner (2007) dat de huidige samenleving verandert in een ‘pre-crime society’. Tegelijkertijd laat de auteur zien dat de aanpak van OMG’s een sterk moreel karakter kent. OMG’s worden door de Nederlandse overheid niet alleen beschouwd als een ‘risico’ voor criminaliteit, maar ook als een fenomeen waarvoor geen plaats zou moeten zijn in een ‘goede’ en ‘normale’ samenleving. Daarmee komt de auteur tot de algemene conclusie dat de huidige aanpak van OMG’s naast de aanpak van criminaliteit wordt beheerst door een morele strijd over wie het in Nederland voor het zeggen heeft. Daarbij beargumenteert de auteur onder meer dat het streven van de overheid om barrières tegen OMG’s op te werpen niet altijd effectief zal zijn voor het voorkomen van criminaliteit én dat het belangrijk is om OMG’s niet als één homogene groep te beschouwen.
De promoties vinden, in verband met het coronavirus, niet op de gebruikelijke wijze publiekelijk plaats in de Senaatszaal of de Professor Andries Queridozaal. De kandidaten zullen hun proefschrift online verdedigen.