Promotie A.J.M. (Meike) van de Sande

Korte samenvatting: 

. Hooggradige cervicale intraepitheliale neoplasie (CIN 2-3) is de voorloper van baarmoederhalskanker en wordt veroorzaakt door een infectie met het humaan papillomavirus (HPV). Dankzij nationale screeningsprogramma’s is er een afname van het aantal gevallen van baarmoederhalskanker, maar worden er meer gevallen van CIN gevonden, voornamelijk bij vrouwen van vruchtbare leeftijd. Bij chirurgische behandeling (lisexcisie) wordt er een gedeelte van de baarmoedermond verwijderd voor het verwijderen van de CIN laesie. Dit verhoogt het risico op vroeggeboorte bij volgende zwangerschappen, vooral na meerdere ingrepen. Bovendien krijgt een aanzienlijk aantal (5-22%) te maken met recidiverende of persisterende CIN (rrCIN) na een chirurgische ingreep. Ook blijven vrouwen een hoger risico lopen op het ontwikkelen van baarmoederhalskanker in vergelijking met vrouwen zonder eerdere behandeling voor CIN.

In een poging de lange termijn effecten in de zwangerschap te verminderen, onderzochten we een niet-chirurgisch alternatief, imiquimod, een crème met antivirale en anti-tumor eigenschappen. Ondanks het opnemen van imiquimod in Nederlandse behandelrichtlijnen voor de behandeling van CIN, is het onderzoek naar de effectiviteit ervan bij CIN en rrCIN beperkt. De doelstellingen van dit proefschrift waren daarom (1) het beoordelen van de effectiviteit van imiquimod bij vrouwen met hooggradige CIN laesie en (2) onderzoeken of imiquimod een alternatief is voor een lisexisie bij vrouwen met rrCIN.