In de zorg leidt het tuchtrecht niet zonder meer tot verbeteringen, maar vaak juist tot voorzichtigheid. En nu zijn door de coronacrisis de lange wachttijden voor procedures nóg hoger opgelopen. Een goede aanleiding om het tuchtrecht beter in te richten, vindt Pauline Meurs, hoogleraar in bestuur van de gezondheidszorg bij Erasmus School of Health Policy & Management.
Door de coronapandemie lopen de tuchtcolleges voor de gezondheidszorg vertraging op. Ze hebben veel minder klachten van patiënten over zorgprofessionals kunnen afhandelen. Normaal duurt een klachtprocedure zes tot negen maanden; dat is al behoorlijk lang voor zowel de zorgprofessional als de patiënt en zijn naasten. Daar komen nu in coronatijd vele maanden bij. In sommige gevallen is er hoger beroep bij het Centraal Tuchtcollege mogelijk. Die procedure duurt gemiddeld negen maanden, en ook dat duurt nu veel langer. De achterstand is zorgelijk en pijnlijk voor de betrokkenen, maar biedt ook een kans om het anders te doen.
Het tuchtrecht in de gezondheidszorg is een bijzondere vorm van rechtspraak, waarbij het tuchtcollege beoordeelt of een arts of andere zorgverlener heeft gewerkt volgens de geldende professionele standaard. Het tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken, en om patiënten te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen van een zorgverlener. Tuchtcolleges bestaan elk uit drie leden-beroepsgenoten en twee juristen (waarvan één voorzitter).
Wanneer het tuchtcollege een klacht gegrond verklaart, kan het verschillende tuchtrechtelijke maatregelen opleggen. De meest lichte vorm is een waarschuwing en de meest zware vorm is een doorhaling van de inschrijving in het register. Alle maatregelen die een inperking van de beroepsuitoefening inhouden worden openbaar gemaakt.
Jaarlijks worden ongeveer 1500 tuchtklachten ingediend bij de regionale tuchtcolleges. Circa een derde daarvan leidt tot een zitting en nog niet de helft daarvan wordt gegrond verklaard. In 2019 werden uiteindelijk 194 zorgverleners bestraft. Een zeer klein aantal op een totaal van 360.000 zorgverleners die onder het tuchtrecht vallen.
Kwelling
De laatste jaren is ontevredenheid ontstaan over het tuchtrecht. Artsen ervaren een tuchtklacht als zeer belastend en vinden dat de procedure te lang duurt. Maar ook voor de klagers kan de lange duur een kwelling zijn. Beide partijen verkeren in grote onzekerheid en dat trekt een behoorlijke emotionele wissel. Advocaat Oswald Nunes laat hiervan treffende voorbeelden zien in zijn boek Tot persistit! Hij geeft een korte schets van honderd tuchtzaken met daarbij de lessen die uit elke zaak geleerd kunnen worden.
- Meer informatie
Lees het volledige artikel op de website van het Financieel Dagblad.