Versterk het vakmanschap van de kinderbescherming

Sofie is onder toezicht gesteld door de kinderrechter. Haar moeder leidt aan schizofrenie en heeft financiële problemen. Ze wonen in een tochtige woning in Rotterdam en de buren maken altijd ruzie in de nacht waardoor ze niet slapen. Sofie heeft last van de meervoudige problemen in haar gezin.

Sofie is niet de enige die te maken heeft met kindermishandeling zoals verwaarlozing, geweld of seksueel misbruik. Maar liefst 1 op de 30 kinderen heeft hiermee te maken en daarom is het een van de grootste maatschappelijke opgaves van deze tijd. Een fenomeen dat in zijn complexe en dynamisch aard ongrijpbaar is, terwijl we als samenleving wel voelen dat deze groep kinderen hulp nodig heeft.

Deze kinderen worden geholpen door de jeugdbescherming, die de afgelopen decennia op zoek is naar meer krachtgericht werken. Krachtgericht werken stimuleert het veranderpotentieel in een gezin en het wordt met enthousiasme ontvangen in wetenschap en praktijk. Maar het is lastig uit te voeren, is gebleken. Hoe kunnen jeugdbeschermers deze aanpak integreren in hun dagelijks werk en welke uitdagingen komen zij tegen? Dat heb ik in mijn proefschrift onderzocht.

Ken je doelgroep!

Om die vraag te beantwoorden is het belangrijk om de doelgroep van jeugdbescherming beter te begrijpen. Kindermishandeling is divers en er is niet een soort kindermishandeling. Bij het vinden van de juiste aanpak is het dan ook belangrijk om niet uit te gaan van one size fits all, maar slim op zoek te gaan naar subgroepen die specifiek vakmanschap van jeugdbescherming vereisen. Wij vonden vier betekenisvolle groepen namelijk groepen met meervoudige problemen, sociaaleconomische problemen, life events en opvoedproblemen. En opvallend, over 28% van de gezinnen stonden nauwelijks klachten in het dossier, waarschijnlijk omdat de dossiers nog niet volledig waren. Daarnaast hebben we geconstateerd dat 77% van de jeugdbeschermingsgezinnen veiliger zijn geworden waarbij vooral de basisschoolleerlingen vooruitgang lieten zien.  

Krachtgericht vakmanschap in de kinderschoenen

Ook hebben we gekeken of jeugdbeschermers krachtengericht werken, door te onderzoeken of zij krachten überhaupt waarnemen en of zij die ook weten te benutten. De meeste jeugdbeschermers zien krachten, maar liefst 42% van de gezinnen beschikt zelfs over meervoudige krachten. En dat is geweldig nieuws voor het krachtgericht werken, want nu kunnen deze krachten benut worden. Tegelijk vonden we dat gezinnen met sociaaleconomische problemen en meervoudige problemen over minder krachten beschikken. Ze zijn daarmee kwetsbaar. Maar we vonden ook dat maar liefst 1/3 van de multi probleemgezinnen beschikken over meerdere krachten die dus benut zouden kunnen worden.

Maar dat benutten van de krachten is nog niet vanzelfsprekend. Bijna de helft van de jeugdbeschermers stimuleert de krachten in het gezin, waarbij opgemerkt moet worden dat het informele netwerk nauwelijks wordt benut. Daarbij hebben we geen verschil gevonden tussen gezinnen met of zonder krachten. Dat is contra intuïtief, omdat men mag verwachten dat aanwezige krachten ook benut worden in de doelen. Het krachtgericht werken staat hiermee nog in de kinderschoenen.  

Drie uitdagingen die krachtgericht werken bemoeilijken

De eerste uitdaging noem ik de balancing act tussen recht en zorg. Het gedwongen karakter van de jeugdbescherming baseert zich op een klachtgerichte analyse, het kijkt naar wat niet goed gaat en ziet daarop toe. Ik noem dit het handelen vanuit ethics of justice. Terwijl het krachtgericht werken de krachten in het gezin stimuleert om zo tot positieve verandering te komen. Ik noem dit het handelen vanuit ethics of care. In het vakmanschap van jeugdbescherming komen deze twee rollen samen en dienen te worden gebalanceerd in unieke gezinssituaties.

De tweede uitdaging is het betrekken van een steunend netwerk. In ons onderzoek komt naar voren dat dit enerzijds lastig is om dat het netwerk verwikkeld is in de problematiek en daarom niet per definitie steunend is. Anderzijds, wordt het bemoeilijkt omdat het netwerk en zelfs betrokken hulpverleners het gezin vaak klachtgericht benaderd, met als gevolg dat het gezin zich gemakkelijk overweldigd en beoordeeld voelt door alle meningen uit het netwerk. Deze twee knelpunten zijn goed zichtbaar in de rondetafelgesprekken die niet zelden uitmonden in een conflict.

De derde uitdaging gaat over de mate waarin jeugdbeschermers ondersteund worden door hun eigen organisatie en het bredere jeugdbeschermingsstelsel. Ze voelen zich niet ondersteund, sterker nog ze ervaren te strakke en krappe kaders waardoor ze geen zorg op maat kunnen leveren. Dat wordt helemaal ingewikkeld als een veelvoud van hulpverleners betrokken raakt die ook allemaal vastzitten in hun kaders. De jeugdbeschermer dient dan een coördinerende rol te vervullen waarin alle belangen samen komen in 1 plan voor het gezin. Een onmogelijke opgave in complexe casuïstiek.

De jeugdbeschermer als spin in het web van de beschermingsopgave

De jeugdbeschermer is de voorman van het jeugdbeschermingsstelsel en staat in direct contact met het gezin. Zij of hij is gemotiveerd om krachtgericht te werken, maar wordt gehinderd door het gebrek aan degelijke ondersteuning en aan kennis en kunde van systeemgericht werken. Zolang de hulpverlening vastgehouden wordt in strakke kaders zal het opstellen van 1 plan voor een gezin vaak niet slagen.

Jeugdbescherming als maatschappelijke verantwoordelijkheid

Daarom mijn pleidooi om vakmanschap van jeugdbescherming te erkennen voor de moeilijke maatschappelijke taak die het heeft. En te erkennen dat het afhankelijk is van het jeugdbeschermingsstelsel als geheel. Een systeem dat constant balanceert tussen recht en zorg en te maken heeft met complexe en beweeglijke gezinnen, waardoor het nooit stil staat. Het vraagt om flexibiliteit en het loslaten van controlemechanismes op alle lagen. Dat staat haaks op de beweging van het huidige stelsel. Pas als we als samenleving begrijpen dat kindermishandeling ongrijpbaar is, we daar bestuurlijk ruimte voor moeten creëren en verdieping moeten zoeken in wetenschap en praktijk, dan zal de zorg aan kinderen kunnen verbeteren. Jeugdbescherming wordt dan weer een maatschappelijke opgave en een verantwoordelijkheid van ons allemaal.

Promovendus

Vergelijk @count opleiding

  • @title

    • Tijdsduur: @duration
Vergelijk opleidingen