Robots kunnen een waardevolle rol spelen in de zorg voor ouderen. Zeker als ze menselijke trekjes vertonen, denkt assistent-professor eHealth Marleen de Mul, die in april een internationaal onderzoek naar de inzet van robots in de ouderenzorg afrondde.
Veel ouderen kunnen momenteel wel wat gezelschap gebruiken, nu de coronacrisis het meeste bezoek buiten de deur houdt en zorgprofessionals ook minder vaak over de vloer komen. ‘Eenzaamheid ligt op de loer,’ zegt Marleen de Mul, assistent-professor eHealth aan de Erasmus School of Health Policy & Management. ‘Voor een deel van die ouderen kan een thuisrobot uitkomst bieden. Binnen ons project hadden dertig ouderen zo’n gezelschapsrobot gedurende drie weken in huis. Zeker ouderen met gevoelens van eenzaamheid of een afnemende mobiliteit waren enthousiast. Die zagen de robot al snel als een maatje, terwijl er best nog wel gesleuteld moet worden aan het prototype.’
Autonoom
Binnen het internationale ACCRA project ontwikkelden robotbouwers, zorgverleners en onderzoekers samen met ouderen twee robots. De grotere en kostbare Astro voor zorginstellingen en de kleine, relatief goedkope Buddy voor ouderen die thuis wonen. ‘Over co-creatie met ouderen wordt veel gepraat, maar wij hebben tijdens dit project weer gezien: zonder kán niet,’ zegt De Mul. ‘Ouderen weten goed uit te leggen wat ze van een robot nodig hebben om een deel van hun autonomie te behouden. Ondanks culturele verschillen tussen de deelnemende landen komt dit neer op: activatie, bijvoorbeeld een reminder om medicatie in te nemen of te bewegen. Een praatje, met de robot of via video met een dierbare. En een alarmfunctie, bij een val of ander gevaar.’
Dit is een deel van het interview met Assistant Professor Marleen de Mul dat op 29 april 2020 verscheen in Life Sciences & Health. Om het gehele interview te lezen, bezoek de website van Life Sciences & Health
- Meer informatie
ACCRA is gestart in december 2016 en afgerond in april 2020. In het project werkten zes partijen uit Europa en drie partijen uit Japan samen, met een budget van twee miljoen euro. Namens ESHPM waren de hoofdonderzoekers: Marleen de Mul, Isabelle Fabbricotti en Kasia Tabeau. Het Nederlandse deel van het experiment werd uitgevoerd bij WVO Zorg in Vlissingen.