Wolf en migrant: allebei slachtoffer van xenofobe politiek

‘Indringers bedreigen wat wij hebben’, het is herkenbare retoriek in de Nederlandse politiek van vandaag. En dat geldt niet alleen maar voor migranten. Ook wolven worden door populisten neergezet als indringers die onze dieren bedreigen. Op 18 februari verscheen een opiniestuk van Ronald van Velzen (docent geschiedenis aan ESHCC) in de Volkskrant, waarin hij schrijft dat het debat over de wolf niet door feiten wordt gevoed, maar door angst.

Dit artikel is een verkorte en bewerkte versie van het opiniestuk van Ronald van Velzen

Angst voor de ‘ander’ vormt steeds vaker de basis voor beleid, vaak zonder feitelijke of wetenschappelijke onderbouwing. Uit onderzoek blijkt dat burgers in Nederland bezorgd zijn om dit nieuwe politieke klimaat. Daarom zorgt het debat vanuit de onderbuik voor een harde, gepolariseerde samenleving. Daar is nu ook de wolf slachtoffer van.

Als we naar de cijfers kijken, is de schade die de wolf in Nederland aanricht beperkt. In 2023 was slechts 0,8 procent van alle geslachte schapen in Nederland toe te schrijven aan wolven. Daarnaast zijn dodelijke incidenten tussen mens en wolf schaars. Ondanks dat er 15 duizend wolven in Europa leven, zijn er tussen 2002 en 2020 nul dodelijke incidenten gemeld. 

Selectief

De opkomst van een diersoort die ‘ons’ in de weg zit, wordt selectief benaderd. Toen een wolf in Nedersaksen de pony van EU-voorzitter Ursula von der Leyen doodbeet, pleitte zij anderhalf jaar later voor herziening van de beschermde status van de wolf. Hiermee zou de jacht op het dier makkelijker worden. Het doet er dus niet toe dat loslopende honden in het bos meer schade aanrichten aan de natuur dan de wolf en dat geiten en schapen in het slachthuis een even gruwelijke dood sterven. Het doden van dieren is pas een probleem als het om een gezelschapsdier of een economisch waardevol dier gaat.

Wolf en migrant: ‘bedreiging’

Net als migranten wordt de wolf neergezet als een bedreiging voor een imaginair ‘Nederlands’ landschap. Schapen zijn ‘van ons’, de wolf is een indringer, is het credo. Het is dan ook niet gek dat wolven met dezelfde polariserende en xenofobische retoriek worden bestreden. De voorstelbare angst onder bewoners van gebieden waar de wolf zich verspreidt, wordt nog eens extra gevoed door politici die daar handig op inspelen: ‘Ze lopen over straten en pleinen, benaderen mensen, springen over hekken, bedreigen huisdieren, en grijpen vee (…) De maat is vol, de wolf moet weg.’ Die retoriek komt sterk overeen met angstzaaierij over migranten en zien we ook terug in de voorgestelde  maatregelen om de wolf te weren: ‘probleemwolven’ moeten worden geëlimineerd en ‘wolfvrije regio’s’ moeten worden ingevoerd. 

Wolvenlessen

De wolf herinnert ons aan het feit dat niet alles is controleerbaar is, maar de angst voor het dier is dieper geworteld binnen Europa. Historisch gezien werd de wolf in christelijke tradities geassocieerd met chaos en het kwaad, een erfstuk van heidense religies waarin de wolf juist werd vereerd. In de Europese volkscultuur werd hij lange tijd afgeschilderd als een bloeddorstig roofdier dat de orde verstoorde. De Duitse filosoof Martin Heidegger noemde dat Unheimlichkeit: het onbehaaglijke gevoel dat ontstaat wanneer we geconfronteerd worden met iets wat we niet kunnen begrijpen of beheersen. En precies dát maakt de wolf een bedreiging.

In plaats van te vrezen voor het onbekende, moeten we juist accepteren dat we onderdeel zijn van een complexe en diverse wereld, waarin levens zich niet laten beheersen of controleren. En dat is helemaal niet erg. Integendeel, het kan een beginpunt zijn van inclusieve en empathische politiek.

Onderzoeker
Meer informatie

Lees het volledige opiniestuk in de Volkskrant hier (betaald)

Vergelijk @count opleiding

  • @title

    • Tijdsduur: @duration
Vergelijk opleidingen