De belangrijkste tip van allemaal: gebruik een agenda! Het maakt niet uit of het een papieren of digitale agenda is. Plan je colleges en werkgroepen erin, je sociale activiteiten en sport, je deadlines. Als je alle activiteiten erin zet krijg je een goed overzicht. Dat geeft rust in je hoofd en je bent je er sneller van bewust wanneer je echt moet beginnen met studeren, schrijven, etc. Als je de agenda ook voor de leuke activiteiten gebruikt wordt je agenda ook wat minder snel negatief beladen.
Hoe duidelijker je wekelijkse routine is, hoe normaler het is om op bepaalde dagen en tijden te studeren. Dan hoef je niet steeds jezelf op wilskracht naar de bieb te slepen, maar kun je die energie gebruiken om daadwerkelijk te studeren.
Probeer je studieritme aan te passen aan je bioritme: ben je een ochtend- of avondmens? Stem daar je studieplanning voor zover als mogelijk op af.
Zorg dat je een studeerplek vindt waar jij goed kunt werken. Misschien is dat voor jou een opgeruimd bureau op je kamer, aan de keukentafel, of juist een werkplek in de bieb met geroezemoes op de achtergrond. Probeer verschillende plekken uit en kijk wat voor jou het beste werkt.
Pak je uitstelgedrag aan:
Gebruik de ’10-minutenregel’. Spreek met jezelf af dat je in ieder geval 10 minuten gaat leren. Als je eenmaal bezig bent, gaat het vaak best goed en blijf je langer studeren.
Stel duidelijke, kleine doelen. Als een doel behaald is: beloon jezelf.
Vertel aan vrienden en familie wanneer je gaat studeren. Vraag ze je er aan te herinneren en je te steunen.
Studeer niet te lang achter elkaar op dezelfde manier, maar wissel activiteiten af (lezen, samenvatten, opgaven maken).
Bereid een college voor: welk onderwerp zal aan de orde komen? Blader alvast het bijbehorende hoofdstuk/boek door. Scan de tekst. Bekijk de grafieken en schema’s. Wat weet ik er al van? Bekijk, als dat mogelijk is, de presentatie van vorig jaar vooraf.
Boek of artikel bestuderen: begin niet direct te lezen, maar kijk eerst eens hoe het boek/ artikel is opgebouwd. Lees de flap en de inhoudsopgave. Bekijk afbeeldingen, grafieken, vetgedrukte tekst, samenvattingen. Welke vragen komen er bij je op?
Verwacht niet van jezelf dat je uren achter elkaar effectief kunt leren: gemiddeld kunnen mensen zich 45 minuten achter elkaar concentreren. Alles wat je daarna bestudeert wordt minder effectief opgenomen. Om effectief te leren zijn veel korte pauzes net zo belangrijk als het bestuderen van de studiestof. Gebruik bij voorbeeld de Pomodoro techniek, daar zijn ook veel smartphone apps voor.
Ga in een pauze echt iets anders doen, bijvoorbeeld even lopen, iets drinken, een praatje maken, een mindfulness- of ontspanningsoefening.
Blijf tijdens colleges bij de les door aantekeningen te maken. Probeer de docent niet bij te houden en alles op te schrijven, maar maak bijvoorbeeld een mindmap. Als de docent de PowerPoint van tevoren online zet, print deze dan uit, of zet ze op je laptop om makkelijk extra aantekeningen te maken bij het college.
Het kan helpen om met iemand af te spreken om samen te studeren. Je vergroot de kans dat je daadwerkelijk gaat studeren, je houdt elkaar bij de les tijdens het studeren en het is gezelliger tijdens de pauzes. Leg de stof ook eens uit aan medestudenten of vrienden.
Door jezelf tijdens het studeren vragen te stellen neem je de stof makkelijker op. Bekijk bijvoorbeeld oude tentamens en bedenk tijdens het studeren soortgelijke vragen over de stof die je bestudeert.
Er worden verschillende trainingen aangeboden voor mensen die moeite hebben met studeren. Bekijk ons actuele aanbod van trainingen en groepen. Als je twijfels hebt over je studiekeuze, je studieplanning of andere studie-gerelateerde zaken kun je ook een afspraak met de studieadviseur maken. Klik hier voor een overzicht van de contactgegevens van de studieadviseurs per faculteit.